ECLI:NL:GHARN:2011:BP1196
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake partneralimentatie en draagkracht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de vaststelling van partneralimentatie. De man, appellant in het principaal appel, heeft verzocht om de beschikking van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 21 januari 2010 te vernietigen, waarin zijn alimentatieverplichting aan de vrouw, geïntimeerde in het principaal appel, was vastgesteld op € 750,- per maand met ingang van 4 december 2009. De man betwist dat hij voldoende draagkracht heeft om deze alimentatie te betalen en stelt dat zijn inkomen is gedaald. De vrouw heeft echter aangevoerd dat de man onvoldoende financiële gegevens heeft overgelegd om zijn stelling te onderbouwen.
Het huwelijk van partijen is op 20 juni 2003 ontbonden. De vrouw heeft in 2009 verzocht om een bijdrage in haar levensonderhoud, wat door de rechtbank is toegewezen. In hoger beroep heeft de vrouw de ingangsdatum van de alimentatieverplichting betwist en verzocht deze te stellen op 1 juli 2009. Het hof heeft vastgesteld dat de behoefte van de vrouw niet in geschil is, maar dat de man niet heeft aangetoond dat zijn inkomen lager is dan het door de vrouw gestelde bedrag van € 30.018,- bruto per jaar.
Het hof heeft geoordeeld dat de man zijn stelling dat hij onvoldoende draagkracht heeft niet voldoende heeft onderbouwd met relevante bescheiden. De man heeft geen jaarcijfers en belastingaangiften over de afgelopen jaren overgelegd, waardoor het hof niet kan concluderen dat zijn inkomen is gedaald. Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij de alimentatieverplichting van de man aan de vrouw is gehandhaafd.