ECLI:NL:GHARN:2010:BO0464
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- G.M. Meijer-Campfens
- K.J. van Dijk
- J. Hielkema
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens frontale aanrijding en overtreding van de Wegenverkeerswet 1994
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 14 oktober 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1988, werd beschuldigd van het veroorzaken van een frontale aanrijding op 18 december 2007, waarbij hij met zijn personenauto op de verkeerde weghelft terechtkwam. De kantonrechter had de verdachte eerder veroordeeld tot straffen en een bijkomende straf. De advocaat-generaal vorderde in hoger beroep een zwaardere straf, maar het hof besloot het vonnis van de kantonrechter te vernietigen en opnieuw recht te doen.
Het hof achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994 had begaan. De verdachte had verklaard zich niets te herinneren van het ongeval, maar uit het dossier bleek dat hij verkeersregels had overtreden. Hij had hinderlijk dicht achter een ander voertuig gereden en onvoldoende opgelet bij het uitvoeren van een inhaalmanoeuvre. Het hof oordeelde dat de verdachte onvoorzichtig had gehandeld, vooral gezien het feit dat hij pas drie maanden in het bezit was van een rijbewijs.
De straf die het hof oplegde bestond uit een taakstraf van 120 uren, subsidiair 60 dagen hechtenis, en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor 15 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Het hof motiveerde de straf op basis van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan. De uitspraak benadrukte de noodzaak van een substantiële straf om herhaling van dergelijk gedrag te voorkomen, vooral omdat de verdachte in de toekomst als koerier of chauffeur wilde werken.