ECLI:NL:GHARN:2010:BO0156
Gerechtshof Arnhem
Hoger beroep tegen veroordeling voor diefstal van onderbroeken
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 12 oktober 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte was eerder veroordeeld voor diefstal van vijfendertig onderbroeken, gepleegd op 9 juli 2009 in de gemeente [pleeggemeente]. De politierechter had de verdachte een gevangenisstraf van vier weken opgelegd, maar de verdediging voerde aan dat deze straf onvoldoende was gemotiveerd. Het hof verwierp dit verweer en oordeelde dat de politierechter zich aan de landelijke oriëntatiepunten had gehouden. Het hof nam als uitgangspunt dat de politierechter beperkt was in zijn beslissingsvrijheid door een eerdere raadkamerbeslissing, en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die tot een andere strafmaat zouden moeten leiden.
Het hof vernietigde het vonnis van de politierechter voor zover dat aan hoger beroep was onderworpen en deed opnieuw recht. Het hof achtte de verdachte strafbaar en legde dezelfde straf op als de politierechter, met inachtneming van de tijd die de verdachte al in voorarrest had doorgebracht. De uitspraak benadrukte de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was gepleegd, evenals de strafblad van de verdachte, die veelvuldig was veroordeeld voor vermogensdelicten. Het hof concludeerde dat de opgelegde straf passend en geboden was, en dat de tijd in voorarrest in mindering zou worden gebracht op de gevangenisstraf.