ECLI:NL:GHARN:2010:BN7748
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R. van den Heuvel
- C.G. Nunnikhoven
- P.T. Heblij
- Rechtspraak.nl
Helikopterongeluk tijdens Landmachtdagen 2007: beoordeling van grove schuld en nalatigheid
In deze zaak gaat het om een helikopterongeluk dat plaatsvond tijdens de Landmachtdagen in 2007, waarbij een afdaaltouw op de verkeerde plaats werd doorgesneden, wat leidde tot de dood van een slachtoffer. De verdachte, een boordwerktuigkundige, werd beschuldigd van dood door schuld. Het hof heeft de zaak beoordeeld op basis van de feiten en omstandigheden die hebben geleid tot het fatale ongeval. De verdachte had de afdaallijn van het slachtoffer niet op de juiste manier doorgesneden, waardoor deze aan de helikopter bleef vastzitten. Dit leidde tot een fatale situatie toen de helikopter wegvloog, terwijl het slachtoffer nog aan de lijn was bevestigd.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte een fout heeft gemaakt door de afdaallijn op een verkeerde plek door te snijden. Echter, het hof heeft ook gekeken naar de organisatorische omgeving en de omstandigheden waaronder de verdachte opereerde. Er waren verschillende factoren die bijdroegen aan het ongeval, waaronder onvoldoende aandacht voor veiligheid en gebrekkige communicatie tussen de betrokken partijen. Het hof concludeert dat de gemaakte fout van de verdachte niet kan worden aangemerkt als grove of aanmerkelijke onachtzaamheid of nalatigheid, gezien de omstandigheden waaronder hij handelde.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van zowel het primair als het subsidiair tenlastegelegde. De beslissing is genomen op basis van een integrale beoordeling van de feiten, waarbij de ernst van de gevolgen niet leidend was voor de mate van schuld. Het hof benadrukt dat de organisatorische en procedurele tekortkomingen een belangrijke rol hebben gespeeld in het ongeval, en dat de verdachte niet alleen verantwoordelijk kan worden gehouden voor de fatale afloop.