ECLI:NL:GHARN:2010:BM6751
Gerechtshof Arnhem
- Raadkamer
- C. Caminada
- A.E. Harteveld
- J.H.M. Zwinkels
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep in voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 2 juni 2010 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van het hoger beroep van de verdachte, geboren op 10 mei 1982, die verblijft in het huis van bewaring te Nieuwegein. Het hoger beroep was ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank te Utrecht van 12 mei 2010, waarin het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte was afgewezen. De verdachte had eerder op 21 april 2010 al hoger beroep ingesteld tegen een vergelijkbare beslissing van de rechtbank.
Tijdens de zitting in raadkamer heeft de raadsman van de verdachte betoogd dat het hoger beroep ontvankelijk is, omdat de tekst van artikel 406 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering herhaalde toepassing niet uitsluit. De advocaat-generaal daarentegen heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte, met een beroep op artikel 87 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering.
Het hof heeft de ontvankelijkheid van het herhaalde beroep beoordeeld in het licht van het stelsel van rechtsmiddelen tegen beslissingen omtrent voorlopige hechtenis. Dit stelsel biedt de verdachte de mogelijkheid van hoger beroep, maar beperkt deze mogelijkheid om een vlotte en doelmatige voortgang van het vooronderzoek te waarborgen. Het hof heeft geoordeeld dat tegen beslissingen omtrent voorlopige hechtenis in beginsel slechts eenmaal hoger beroep openstaat, ook als het onderzoek ter terechtzitting al is aangevangen.
De wetgever heeft in beperkte gevallen hoger beroep opengesteld tegen beslissingen omtrent voorlopige hechtenis, maar het hof is van mening dat dit niet betekent dat de verdachte bij herhaling van tussenbeslissingen telkens recht heeft op hoger beroep. Het hof heeft daarom de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, en deze beslissing is genomen in aanwezigheid van de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn advocaat, mr. W. Hendrickx.