Parketnummer: 24-000330-09
Parketnummer eerste aanleg: 07-630279-08 + 07-470091-07 (tul)
Arrest van 21 december 2009 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 27 januari 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1986 te [geboorteplaats] Ethiopië,
wonende te [woonplaats], [adres],
thans verblijvende in PI Achterhoek - Gev. Ooyerhoekseweg te Zutphen,
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman mr. S. Schuurman, advocaat te Breukelen.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis vrijgesproken ter zake van de onder 3 en 5 ten laste gelegde misdrijven. Ter zake van de onder 1, 2, 4, 6 en 7 ten laste gelegde misdrijven is verdachte veroordeeld tot een straf en is een maatregel opgelegd, daarnaast is op de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij en op een vordering tot tenuitvoerlegging beslist, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De officier van justitie en de verdachte zijn op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen in hoger beroep d.d. 22 september 2009 en 7 december 2009, alsmede het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg d.d. 16 oktober 2008 en 13 januari 2009.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van het onder 3. primair en subsidiair en 5. primair en subsidiair ten laste gelegde zal vrijspreken. Daarnaast heeft het de advocaat-generaal gevorderd dat het hof verdachte ter zake van het onder 1, 2, 4, 6 en 7 ten laste gelegde zal veroordelen tot een gevangenisstraf van vier jaren (met aftrek), alsmede de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij zal toewijzen tot € 4000,--, waarvan € 2500,-- hoofdelijk, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voorts heeft de advocaat-generaal de tenuitvoerlegging van een gevangenisstraf van drie weken gevorderd.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Blijkens het proces-verbaal van de terechtzitting in eerste aanleg is een wijziging in de tenlastelegging aangebracht, die de eerste rechter heeft toegelaten. In het dossier ontbreekt de vordering van de officier van justitie strekkende tot de wijziging en uit het proces-verbaal van de terechtzitting kan niet worden afgeleid welke wijziging is aangebracht. Het hof gaat daarom uit van de ongewijzigde tenlastelegging. Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
1.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), (telkens) heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die ander, terwijl die ander de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt;
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), (telkens) ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling, dan wel ten aanzien van die ander enige handeling(en) en heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handeling(en), terwijl die ander de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt;
en/of
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, (telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit één of meer seksuele handeling(en) van een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), met of voor een derde tegen betaling, terwijl die ander de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt;
immers heeft verdachte toen aldaar (telkens):
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze hem, verdachte, "[naam]" moest noemen en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze haar best moest doen op school en/of dat als ze iets nodig had hij ervoor zou zorgen dat ze dat kreeg en/of
- die [benadeelde partij] beloofd dat zij sigaretten en/of drugs van hem, verdachte, kreeg en/of dat zij geen seks hoefde te hebben met anderen als zij naar hem, verdachte, toe kwam en/of
- de telefoon en/of de MP3-speler en/of (een) geldbedrag(en) en/of drugs van die [benadeelde partij] afgepakt en/of (vervolgens) tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze de telefoon en/of MP3-speler en/of dat/die geldbedrag(en) en/of drugs terug kreeg als ze iets voor hem, verdachte, zou doen en/of als zij seks zou hebben met een of meerdere man(nen) en/of
- die [benadeelde partij] verteld waar ze aan moest denken als ze onbekenden oraal moest bevredigen (namelijk aan ijs of een lolly) en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat het heel normaal is om seks te hebben met anderen en/of dat hij wist wat goed voor haar was en/of
- lief te doen tegen die [benadeelde partij] op het moment dat zij hem, verdachte, gehoorzaamde en/of boos te worden op het moment dat zij, die [benadeelde partij], hem, verdachte, iets weigerde en/of
- die [benadeelde partij] overal mee naar toe genomen en/of gezegd tegen anderen dat zij zijn, verdachtes, vriendin was en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat hij, verdachte, haar leuk vond en/of dat als zij iets nodig had ze dat van hem, verdachte, kon krijgen en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd: "Je wilt toch drugs?" en/of "Je hebt mazzel dat je alleen maar hoefde te kokken" en/of
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen om hem, verdachte, geld te geven en/of
- die [benadeelde partij] verteld dat hij, verdachte, altijd precies wist waar zij was geweest en met wie en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd, dat zij niet naar andere jongens toe mocht gaan en/of dat zij van hem, verdachte, is en/of
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen naar hem, verdachte, toe te komen door te zeggen dat ze hem, verdachte, toch graag wilde zien en/of
- die [benadeelde partij] beloofd dat als hij, verdachte, veel geld had, hij dit met haar zou delen en/of
- gebruik gemaakt van een handgebaar waarmee hij een bepaalde macht had over die [benadeelde partij];
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 3 maart 2008 tot en met 8 mei 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), (telkens) heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die ander, terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt;
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 3 maart 2008 tot en met 8 mei 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), (telkens) ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling, dan wel ten aanzien van die ander enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handeling(en), terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt;
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 3 maart 2008 tot en met 8 mei 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, (telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit één of meer seksuele handeling(en) van een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), met of voor een derde tegen betaling, terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt;
immers heeft verdachte toen aldaar (telkens):
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze hem, verdachte, "[naam]" moest noemen en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze haar best moest doen op school en/of dat als ze iets nodig had hij ervoor zou zorgen dat ze dat kreeg en/of
- die [benadeelde partij] beloofd dat zij sigaretten en/of drugs van hem, verdachte, kreeg en/of dat zij geen seks hoefde te hebben met anderen als zij naar hem, verdachte, toe kwam en/of
- de telefoon en/of de MP3-speler en/of (een) geldbedrag(en) en/of drugs van die [benadeelde partij] afgepakt en/of (vervolgens) tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze de telefoon en/of MP3-speler en/of dat/die geldbedrag en/of drugs terug kreeg als ze iets voor hem, verdachte, zou doen en/of als zij seks zou hebben met een of meerdere man(nen) en/of
- die [benadeelde partij] verteld waar ze aan moest denken als ze onbekenden oraal moest bevredigen (namelijk aan ijs of een lolly) en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat het heel normaal is om seks te hebben met anderen en/of dat hij wist wat goed voor haar was en/of
- lief te doen tegen die [benadeelde partij] op het moment dat zij hem, verdachte, gehoorzaamde en/of boos te worden op het moment dat zij, die [benadeelde partij], hem, verdachte, iets weigerde en/of
- die [benadeelde partij] overal mee naar toe genomen en/of gezegd tegen anderen dat zij zijn, verdachtes, vriendin was en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat hij, verdachte, haar leuk vond en/of dat als zij iets nodig had ze dat van hem, verdachte, kon krijgen en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd: "Je wilt toch drugs?" en/of "Je hebt mazzel dat je alleen maar hoefde te kokken" en/of
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen om hem, verdachte, geld te geven en/of
- die [benadeelde partij] verteld dat hij, verdachte, altijd precies wist waar zij was geweest en met wie en/of
- tegen die [benadeelde partij] gezegd, dat zij niet naar andere jongens toe mocht gaan en/of dat zij van hem, verdachte, is en/of
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen naar hem, verdachte, toe te komen door te zeggen dat ze hem, verdachte, toch graag wilde zien en/of
- die [benadeelde partij] beloofd dat als hij, verdachte, veel geld had, hij dit met haar zou delen en/of
- gebruik gemaakt van een handgebaar waarmee hij een bepaalde macht had over die [benadeelde partij];
3.
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] (nabij de [naam school]) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [benadeelde partij] heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) die [benadeelde partij] gedwongen te dulden dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) meermalen, in ieder geval éénmaal zijn/hun, verdachtes, penis(sen) in de vagina en/of de mond van die [benadeelde partij] duwde(n)/bracht(en), en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben verstrekt en/of (vervolgens) die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben laten roken/gebruiken, waardoor die [benadeelde partij] afhankelijk is geworden van softdrugs en/of ten gevolge waarvan een fysiek en/of geestelijk overwicht van verdachte en/of zijn mededader(s) ten opzichte van die [benadeelde partij] is ontstaan en/of
- tegen die [benadeelde partij] heeft/hebben gezegd dat zij hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) moest pijpen en/of dat zij, die [benadeelde partij], door moest gaan met pijpen van verdachte en/of
- die [benadeelde partij] heeft/hebben vastgepakt en/of vastgehouden en/of (met kracht) tegen een muurtje heeft/hebben gedrukt (gehouden) en/of
- tegen die [benadeelde partij] (op een boze toon) heeft/hebben gezegd dat zij niet zomaar kon stoppen als zij aan iets begonnen was en/of
- (terwijl die [benadeelde partij] probeerde weg te komen en/of tegen te stribbelen) die [benadeelde partij] heeft/hebben tegengehouden en/of heeft/hebben voorovergebogen (gehouden) en/of
- (met kracht) en/of onverhoeds de kleding en/of het slipje van die [benadeelde partij] naar beneden/uit heeft/hebben getrokken en/of
- (vervolgens) onverhoeds en/of met kracht zijn/hun penis(sen) in de vagina van die [benadeelde partij] heeft/hebben geduwd (terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) die [benadeelde partij] vasthielden)
en/of (aldus) voor die [benadeelde partij] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
althans, indien het vorenstaande onder 3 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met [benadeelde partij], van wie hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) wist(en) dat die [benadeelde partij] in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar geestvermogens leed dat die [benadeelde partij] niet of onvolkomen in staat was haar wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) meermalen, in ieder geval éénmaal zijn/hun penis(sen) geduwd/gebracht in de mond en/of de vagina van die [benadeelde partij];
4.
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 1 januari 2008 te [pleegplaats 1] (in een woning gelegen aan de [adres]), althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [benadeelde partij] heeft/hebben gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) die [benadeelde partij] gedwongen te dulden dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) zijn/hun, verdachtes, penis(sen) in de vagina en/of in de mond van die [benadeelde partij] duwde(n)/bracht(en), en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben verstrekt en/of(vervolgens) die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben laten roken/gebruiken, waardoor die [benadeelde partij] afhankelijk is geworden van softdrugs en/of ten gevolge waarvan een fysiek en/of geestelijk overwicht van verdachte en/of zijn mededader(s) ten opzichte van die [benadeelde partij] is ontstaan en/of
- tegen die [benadeelde partij] heeft/hebben gezegd dat zij op de (slaap)kamer moest blijven en/of dat zij hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) moest pijpen en/of neuken en/of
- die [benadeelde partij] (met kracht) heeft/hebben terug(geduwd) op het bed en/of (vervolgens) (onverhoeds) op die [benadeelde partij] is/zijn gaan liggen en/of
- nadat die [benadeelde partij] heeft gezegd dat zij niet wilde en/of begon tegen te stribbelen en/of kenbaar had gemaakt dat zij geen seksuele handelingen wilde dulden of plegen, zijn/hun penis(sen) onverhoeds en/of met kracht in de vagina en/of de mond van die [benadeelde partij] heeft/hebben geduwd/gebracht en/of
- die [benadeelde partij] meermalen, in ieder geval éénmaal (met kracht) heeft/hebben vastgehouden en/of vastgepakt en/of tegengehouden (terwijl één of meer van zijn, verdachtes, mededaders, zijn/hun penis(sen) duwden/brachten in de vagina en/of de mond van die [benadeelde partij]) en/of
(aldus) telkens voor die [benadeelde partij] een bedreigende situatie heeft/hebben doen ontstaan;
althans, indien het vorenstaande onder 4 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 1 januari 2008 te [pleegplaats 1] (in een woning gelegen aan de [adres]), tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met [benadeelde partij], van wie hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) wist(en) dat die [benadeelde partij] in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar geestvermogens leed dat die [benadeelde partij] niet of onvolkomen in staat was haar wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) meermalen, in ieder geval éénmaal zijn/hun penis(sen) geduwd/gebracht in de mond en/of de vagina van die [benadeelde partij];
5.
hij in of omstreeks de periode van 1 april 2007 tot en met 02 maart 2008 (in een woning) te [pleegplaats 1] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [benadeelde partij] heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) die [benadeelde partij] gedwongen te dulden dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) meermalen, in ieder geval éénmaal zijn/hun, verdachtes, penis(sen) in de vagina en/of de mond van die [benadeelde partij] duwde(n)/bracht(en), en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben verstrekt en/of (vervolgens) die [benadeelde partij] softdrugs heeft/hebben laten roken/gebruiken, waardoor die [benadeelde partij] afhankelijk is geworden van softdrugs en/of ten gevolge waarvan een fysiek en/of geestelijk overwicht van verdachte en/of zijn mededader(s) ten opzichte van die [benadeelde partij] is ontstaan en/of
- tegen die [benadeelde partij] heeft/hebben gezegd dat zij pas weg mocht als zij iets voor hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) had gedaan en/of nadat zij met hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) naar bed was geweest en/of
- die [benadeelde partij] meermalen, in ieder geval éénmaal in de buik en/of de schaamstreek, althans in het lichaam heeft/hebben gebeten en/of
- die [benadeelde partij] heeft/hebben uitgekleed en/of
- tegen die [benadeelde partij] heeft/hebben gezegd dat zij moest gaan staan en/of met haar handen moest leunen op de armleuning van de bank en/of
- tegen die [benadeelde partij] heeft/hebben gezegd dat zij hem, verdachte, en/of zijn mededader moest pijpen en/of
- zijn/hun penis(sen) onverhoeds en/of met kracht heeft/hebben geduwd/gebracht in de vagina van die [benadeelde partij] en/of
- die [benadeelde partij] heeft/hebben vastgehouden
en/of aldus voor die [benadeelde partij] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
althans, indien het vorenstaande onder 5 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] (in een woning), tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met [benadeelde partij], van wie hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) wist(en) dat die [benadeelde partij] in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar geestvermogens leed dat die [benadeelde partij] niet of onvolkomen in staat was haar wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], hebbende verdachte en/of zijn mededader meermalen, in ieder geval éénmaal zijn/hun penis(sen) geduwd/gebracht in de mond en/of de vagina van die [benadeelde partij];
6.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], althans in Nederland, (telkens) met [benadeelde partij] (geboren [geboortedatum]), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], immers heeft verdachte toen en aldaar meermalen, in ieder geval éénmaal zijn, verdachtes penis geduwd/gebracht in de mond en/of in de vagina van die [benadeelde partij];
7.
hij op of omstreeks 22 juli 2008 in de gemeente [pleeggemeente] een of meer wapens van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, heeft vervoerd en/of heeft gedragen en/of voorhanden heeft gehad.
Vrijspraak ter zake van feiten 1, 3, 4 en 5
Zowel de advocaat-generaal als de verdediging zijn van oordeel dat verdachte dient te worden vrijgesproken van het onder 3 en 5 ten laste gelegde, omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is. Ten aanzien van feit 4 heeft advocaat-generaal aangevoerd dat de aangifte voldoende wordt ondersteund door de verklaringen van de getuigen [getuige 1] en [getuige 2], alsmede de kennelijk leugenachtige verklaring van verdachte. De raadsman van verdachte heeft ter zitting van het hof de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster in twijfel getrokken. De raadsman heeft bovendien betoogd dat verdachte dient te worden vrijgesproken ter zake van feit 4, omdat het tijdstip onvoldoende vaststaat. Ook ten aanzien van feit 4 is er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs, aldus de raadsman.
Het hof overweegt hieromtrent het volgende.
De verklaringen van aangeefster zijn op hoofdlijnen consistent en soms ook gedetailleerd. Daarentegen bevatten haar verklaringen ook meerdere inconsistenties, terwijl ook deze inconsistente verklaringen details bevatten die doen lijken of er sprake is van waarheidsgetrouwe verklaringen. Ter zitting van het hof heeft aangeefster verklaard dat zij soms liegt om zaken acceptabel te maken. Aangeefster geeft hierbij weliswaar ook verklaringen voor haar leugens, maar desondanks vindt het hof het moeilijk om haar verklaringen naar waarde te schatten. Het hof zal terughoudendheid betrachten bij het gebruik van de verklaringen van aangeefster.
Het hof heeft niet de overtuiging bekomen dat verdachte hetgeen onder 3 en 5 is ten laste gelegd heeft begaan. Naast de aangifte is er geen ander steunbewijs. In de verklaringen van de getuigen [getuige 3], [getuige 2], [getuige 4] en [getuige 5] worden naar het oordeel van het hof onvoldoende concrete tijdstippen en/of locaties genoemd om deze verklaringen, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, toereikend te achten als steunbewijs voor de door aangeefster gerelateerde gebeurtenissen die als de feiten 3 en 5 zijn ten laste gelegd.
Ten aanzien van feit 4 is het hof van oordeel dat de verklaringen van getuigen [getuige 1] en [getuige 2] op meerdere punten fundamenteel verschillen met de verklaringen van aangeefster (te weten: [benadeelde partij]). Een eerste verschil ziet op de datum waarop het ten laste gelegde feit zou zijn begaan. Aangeefster heeft verklaard dat de verkrachting aan de [adres] plaatsvond drie dagen na de verjaardag van [verdachte] op [...] december, dus op 23 december 2007. Zij had hem namelijk een cadeautje gegeven omdat hij drie dagen daarvoor jarig was geweest. Ook weet zij zich te herinneren dat de kerstboom nog in huis stond, terwijl die er niet meer hoorde te staan. Voorgaande verklaringen zijn weliswaar tegenstrijdig - op 23 december hoort de kerstboom er juist wel te staan -, maar hieruit kan worden afgeleid dat volgens aangeefster het feit zich heeft voorgedaan na 23 december 2007. Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat hij [benadeelde partij] in de zomer van 2007 in de woning aan de [adres] heeft gezien. Echter, later verklaart hij dat hij niet meer precies weet wanneer het was. Het kan na de zomer zijn geweest, omdat het 's avonds al knap donker was. Daarnaast heeft getuige [getuige 2] d.d. 19 juni 2008 verklaard dat ze [benadeelde partij] een half jaar geleden, misschien korter, geheel overstuur aantrof. [benadeelde partij] vertelde dat de vrienden van [naam] aan haar hadden gezeten. Het was rond 18.00 uur. Het was nog licht buiten, aldus [getuige 2]. Het is een feit van algemene bekendheid dat het in de periode van december/januari vóór 18.00 uur donker is. Gelet op het vorenstaande is het aannemelijk dat de getuigenverklaringen niet zien op dezelfde periode - en dus niet op dezelfde gebeurtenis - als de aangifte. Bovendien komt de beschrijving van de kleding die getuige [getuige 2] geeft (aangeefster zou een lange broek hebben gedragen) niet overeen met de verklaring van aangeefster dat zij die avond een jurk droeg.
Ook op een ander punt spoort de verklaring van aangeefster niet met de verklaringen van [getuige 1]. Aangeefster heeft verklaard dat zij die dag in de woonkamer zat met [verdachte] en een onbekende jongen, toen een man met twee honden binnenkwam. Daarna kwam een buitenlandse man binnen. Even later moest ze met [verdachte] naar boven. Boven lagen twee mannen, onder wie [naam], op een tweepersoonsbed. Getuige [getuige 1] heeft meerdere verklaringen afgelegd. Hoewel getuige [getuige 1] inconsistent verklaart, zijn zijn verklaringen op het (essentiële) punt van het vertrek van aangeefster naar boven consistent. [getuige 1] heeft nimmer verklaard dat het meisje, zoals aangeefster verklaart, alleen met - de hem bekende - [verdachte] naar boven is gegaan. Volgens [getuige 1] ging aangeefster juist met een onbekende jongen naar boven.
Aannemelijk is dat aangeefster op enig moment in de woning aan de [adres] is geweest. Getuige [getuige 1] heeft aangeefster - die hij heeft herkend middels een enkelvoudige fotoconfrontatie - beneden in de woonkamer zien zitten. Daarnaast geeft aangeefster belangrijke details over de woning. Zo klopt haar beschrijving van de woning, alsook de door haar gemaakte plattegrond, met de bevindingen van de politie. In de woning is bovendien een groen slipje gevonden. Aangeefster heeft verklaard dat dit haar slipje zou kunnen zijn, terwijl getuige [getuige 6] heeft verklaard dat het slipje van haar, noch van haar dochter is. Het slipje is niet onderzocht. Echter, dit slipje zegt alleen iets over de aanwezigheid van aangeefster in de woning. In dit licht komt aan deze vaststelling aldus geen zelfstandige bewijswaarde toe.
Uit het bovenstaande leidt het hof af dat de verklaringen van getuige [getuige 2], noch [getuige 1] zien op het ten laste gelegde feit onder 4. De verklaringen verschillen op fundamentele punten met de aangifte. Gelet op de terughoudendheid waarmee de verklaringen van aangeefster zullen worden gebruikt vindt de aangifte onvoldoende steun in de overige bewijsmiddelen.
Tot slot overweegt het hof dat verdachte ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde van alle onderdelen moet worden vrijgesproken. In alle onderdelen is het bestanddeel opgenomen dat aangeefster de leeftijd van 16 jaren nog niet had bereikt. Aangeefster heeft zelf verklaard dat alle keren dat zij met [naam] sex had zij de leeftijd van 16 jaren al had bereikt. Met betrekking tot de andere gebeurtenissen waarbij aangeefster sex met andere jongens of mannen had is in het dossier naast de aangifte waar gelet op het eerder overwogene terughoudend gebruik van wordt gemaakt, naar het oordeel van het hof onvoldoende ander bewijs aanwezig om tot een bewezenverklaring te komen.
Aldus acht het hof hetgeen onder 1, 3. primair en subsidiair, 4. primair en subsidiair en 5. primair en subsidiair aan verdachte is ten laste gelegd niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte daarvan moet worden vrijgesproken.
Bewijsoverweging ter zake van feit 2
De raadsman van verdachte heeft ter zitting van het hof de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster in twijfel getrokken. Daarnaast heeft de raadsman aangevoerd dat de overige verklaringen - uitgezonderd de verklaring van [naam] - slechts van horen zeggen zijn en afkomstig van één bron, namelijk aangeefster. De verklaringen van [naam] bij de politie zijn bovendien uitermate onbetrouwbaar, omdat hem tijdens zijn verhoor bij de politie sturende vragen zijn gesteld en hem foutieve dingen werden voorgehouden. Gezien het vorengenoemde dient verdachte te worden vrijgesproken ter zake het onder 1 en 2 ten laste gelegde, aldus de raadsman.
Het hof overweegt hieromtrent het volgende.
De verklaringen van aangeefster, in onderling verband beschouwd en in samenhang bezien met de andere bewijsmiddelen, zijn op hoofdlijnen consistent. Het hof acht deze verklaringen voldoende betrouwbaar aangezien deze verklaringen diverse details bevatten die overeenstemmen met details in andere bewijsmiddelen. De verklaringen in het dossier zijn voor een gedeelte zogeheten de auditu verklaringen, maar naast die verklaringen bevinden zich tevens de verklaringen van [naam], die verklaart over de geldafhandeling in het parkje alwaar hij zelf meerdere malen tegen betaling aan verdachte seksuele handelingen zou hebben verricht met aangeefster.
Deze verklaringen van [naam] zijn naar het oordeel van het hof - ondanks zijn psychische toestand ten tijde van het verhoor bij de politie - betrouwbaar. De verklaringen van [naam] en aangeefster komen op hoofdlijnen en op diverse (essentiële) punten overeen.
Aangeefster heeft verklaard dat [naam] (te weten: [naam]) - die zij herkent bij een meervoudige fotoconfrontatie - een man uit Irak of Iran is. Zij kwam hem voor het eerst tegen in het park. [Verdachte] maakte een praatje met hem en maakte [naam] met gebaren duidelijk dat zij hem voor geld zou willen kokken (pijpen) of ballen (neuken). Ze hoorde dat ze aan het onderhandelen waren. Na het onderhandelen zei [verdachte] dat ze geluk had, omdat ze de man alleen maar hoefde te kokken. Zij heeft vier keer seks met [naam] gehad in het stadspark, achter de kinderboerderij. Ze wilde helemaal geen seks met hem, maar deed dit omdat het moest van [verdachte]. Het was altijd 's avonds. De laatste keer was 7 mei 2008. De keren dat zij seks met [naam] heeft gehad was ze zestien jaar oud. [Verdachte] en [naam] onderhandelden over de prijs. Aangeefster kan zich herinneren dat beide mannen met hun vinger getallen in hun handen schreven. Ook kan zij zich herinneren dat zij zich die vierde keer vreselijk gekleineerd voelde, omdat zij [verdachte] tegen [naam] hoorde zeggen dat hij een businessman was.
[naam] heeft bij de politie bekend dat hij zelf tegen betaling seksuele handelingen heeft verricht met aangeefster. Hij kwam '[benadeelde partij]' - aangeefster, die hij herkent bij een enkelvoudige fotoconfrontatie - 3,5 maand geleden tegen in het park met een Afrikaanse jongen. Hij heeft zowel het telefoonnummer van de jongen, als van het meisje gekregen. Het telefoonnummer van de jongen had hij in zijn telefoon staan omdat de jongen had gevraagd om met het meisje seks te bedrijven. Er werd in gebarentaal gecommuniceerd. Er is gesproken over geld. De jongen tekende op de hand van [naam]. Hij vroeg 50 euro. De volgende dag heeft [naam] die jongen geld gegeven, waarna de jongen zei dat het meisje in het park was. Dat meisje heeft [naam] in het park gepijpt. Die jongen was daar niet bij. Tijdens het onderhandelen heeft de jongen het woord "businessman" gebruikt. [naam] heeft het meisje later nog gebeld, maar het meisje zei steeds: 'bel [verdachte]. Bel [verdachte].". [naam] heeft verklaard dat hij vier keer tegen betaling seks met dat meisje heeft gehad en het geld aan de jongen heeft gegeven. Alle keren was het op dezelfde plek. Hij werd door [verdachte] gebeld die vroeg of hij wilde komen. [naam] moest [verdachte] eerst bellen en toen heeft [verdachte] het telefoonnummer van [naam] opgeslagen. Het gebeurde altijd in de namiddag, tegen de avond, voordat het donker werd. Bovendien heeft [naam] tijdens een confrontatie met videobeelden verdachte herkend aan zijn gezicht, mimiek en stem.
Verder wordt de aangifte ondersteund door ander bewijs. Bij de aanhouding van verdachte werd in zijn telefoontoestel het telefoonnummer van [naam], onder de naam [naam], aangetroffen. Ook blijkt dat met de telefoon van verdachte tienmaal is gebeld naar het nummer van [naam] in de periode van 8 tot en met 13 mei 2008.
Gelet op het vorenstaande, in onderling verband en samenhang bezien, is het hof van oordeel dat verdachte het onder 2 ten laste gelegde feit zoals hierna weergegeven heeft begaan. Het verweer wordt verworpen.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 2, 6 en 7 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
2.
hij in de periode van 3 maart 2008 tot en met 8 mei 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), (telkens) ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling, waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handeling(en), terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt;
hij in de periode van 3 maart 2008 tot en met 8 mei 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], (telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit één of meer seksuele handeling(en) van een ander, genaamd [benadeelde partij] (geboren [1992]), met of voor een derde tegen betaling, terwijl die ander de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt;
immers heeft verdachte toen aldaar (telkens):
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze hem, verdachte, "[naam]" moest noemen en
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat ze haar best moest doen op school en dat als ze iets nodig had hij ervoor zou zorgen dat ze dat kreeg en
- die [benadeelde partij] beloofd dat zij sigaretten en/of drugs van hem, verdachte, kreeg en
- die [benadeelde partij] verteld waar ze aan moest denken als ze onbekenden oraal moest bevredigen (namelijk aan ijs of een lolly) en
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat het heel normaal is om seks te hebben met anderen en dat hij wist wat goed voor haar was en
- lief te doen tegen die [benadeelde partij] op het moment dat zij hem, verdachte, gehoorzaamde en boos te worden op het moment dat zij, die [benadeelde partij], hem, verdachte, iets weigerde en
- die [benadeelde partij] overal mee naar toe genomen en gezegd tegen anderen dat zij zijn, verdachtes, vriendin was en
- tegen die [benadeelde partij] gezegd dat hij, verdachte, haar leuk vond en dat als zij iets nodig had ze dat van hem, verdachte, kon krijgen en
- tegen die [benadeelde partij] gezegd: "Je wilt toch drugs?" en "Je hebt mazzel dat je alleen maar hoefde te kokken" en
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen om hem, verdachte, geld te geven en
- die [benadeelde partij] verteld dat hij, verdachte, altijd precies wist waar zij was geweest en met wie en
- die [benadeelde partij] ertoe bewogen naar hem, verdachte, toe te komen door te zeggen dat ze hem, verdachte, toch graag wilde zien en
- die [benadeelde partij] beloofd dat als hij, verdachte, veel geld had, hij dit met haar zou delen;
6.
hij in de periode van 01 april 2007 tot en met 02 maart 2008 te [pleegplaats 1] en/of [pleegplaats 2], (telkens) met [benadeelde partij] (geboren [1992]), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde partij], immers heeft verdachte toen en aldaar meermalen, in ieder geval éénmaal zijn, verdachtes penis geduwd/gebracht in de mond en/of in de vagina van die [benadeelde partij];
7.
hij op 22 juli 2008 in de gemeente [pleeggemeente] een wapen van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, voorhanden heeft gehad.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 2, 6 en 7 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op de misdrijven:
6.
met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
7.
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft een jong meisje uitgebuit door haar er toe aan te zetten om seksuele handelingen te verrichten met een derde, en hij heeft zichzelf bevoordeeld met (een deel van) de daarvoor betaalde geldbedragen. Verdachte heeft misbruik gemaakt van het feit dat aangeefster verliefd op hem was en geen weerstand aan hem kon bieden. Door zijn handelen heeft verdachte op ernstige wijze misbruik gemaakt van het slachtoffer.
Verdachte heeft een ernstige inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer, hetgeen in zijn algemeenheid als ingrijpend wordt ervaren en nadelige psychische gevolgen van mogelijk lange duur met zich kan brengen.
Daarnaast heeft verdachte zich nog schuldig gemaakt aan overtreding van de Wet Wapens en Munitie.
Het hof heeft bij het bepalen van de straf tevens rekening gehouden met het de verdachte betreffende Uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 19 mei 2009, waaruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld ter zake van strafbare feiten.
Hetgeen hiervoor is overwogen maakt dat aan verdachte een vrijheidsbenemende straf van aanmerkelijke duur moet worden opgelegd. Nu het hof, anders dan de rechtbank en de advocaat-generaal, niet de onder 1 en 4 ten laste gelegde feiten bewezen acht, komt het hof tot een lagere gevangenisstraf dan eerder opgelegd respectievelijk gevorderd.
Benadeelde partij
Uit het onderzoek ter zitting van het hof is gebleken, dat de benadeelde partij zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd, dat de vordering in eerste aanleg gedeeltelijk is toegewezen en dat de benadeelde partij zich binnen de grenzen van de eerste vordering in het geding in hoger beroep opnieuw heeft gevoegd. Derhalve duurt de voeging ter zake van de in eerste aanleg gedane vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort.
De benadeelde partij heeft de materiële schade begroot op € 442,50. Daarnaast heeft zij de immateriële schade begroot op € 7000,--.
De vordering is van de zijde van verdachte niet weersproken. Het hof acht de vordering tot een bedrag van € 4000,- (immateriële schade) voor toewijzing vatbaar.
Het hof is van oordeel, dat de vordering van de benadeelde partij voor het overige niet van zo eenvoudige aard is, dat zij zich leent voor behandeling in het strafgeding. Gelet op het bepaalde in artikel 361, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, dient de benadeelde partij in haar vordering in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard, met bepaling, dat de benadeelde partij haar vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Gelet op het vorenstaande dient de verdachte, als (deels) in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Het hof zal voormeld bedrag tevens toewijzen in de vorm van een schadevergoedingsmaatregel.
Tenuitvoerlegging
Bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad d.d. 19 april 2007, is veroordeelde veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie weken, met een proeftijd van twee jaren. Dit vonnis is onherroepelijk geworden op 3 mei 2007. De proeftijd is ingegaan op 4 mei 2007. De officier van justitie heeft d.d. 11 september 2008 gevorderd dat last zal worden gegeven tot tenuitvoerlegging van voormelde gevangenisstraf, omdat veroordeelde zich voor het einde van voormelde proeftijd heeft schuldig gemaakt aan het ten laste gelegde.
Nu gebleken is dat veroordeelde de hiervoor bewezen verklaarde feiten heeft begaan voor het einde van de bij voormeld vonnis gestelde proeftijd, zal het hof de tenuitvoerlegging gelasten van voormelde straf.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 14g, 36f, 57, 63, 245 en 273f van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 13 en 55 van de Wet wapens en munitie, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder 1, 3. primair en subsidiair, 4. primair en subsidiair en
5. primair en subsidiair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart het verdachte onder 2, 6 en 7 ten laste gelegde bewezen, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 2, 6 en 7 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van twee jaren;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
wijst toe de vordering van de benadeelde partij, [benadeelde partij], wonende te [woonplaats], tot een bedrag van vierduizend euro;
verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;
bepaalt dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt - tot aan deze uitspraak begroot op nihil - en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan verdachte tevens de verplichting op tot betaling aan de Staat van vierduizend euro ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij], wonende te [woonp[woonplaats];
beveelt dat vervangende hechtenis voor de duur van vijftig dagen zal worden toegepast, indien noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt;
bepaalt dat indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat van bovenvermeld bedrag, de verplichting om te voldoen aan de vordering van de benadeelde partij komt te vervallen, alsmede dat, indien veroordeelde aan de vordering van de benadeelde partij heeft voldaan, de verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen;
gelast de tenuitvoerlegging van de aan veroordeelde bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 19 april 2007 voorwaardelijk opgelegde straf, te weten:
gevangenisstraf voor de duur van drie weken.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. G. Dam, voorzitter, mr. K. Lahuis en mr. J.A. Wiarda, in tegenwoordigheid van mr. J. Brink als griffier, zijnde mr. J.A. Wiarda buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.