ECLI:NL:GHARN:2009:BJ7603
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- H.M. Poelman
- S.H. Wachter
- H.J. de Ruijter
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaarschrift tegen omzetting werkstraf in vervangende hechtenis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 28 augustus 2009 uitspraak gedaan over een bezwaarschrift van een veroordeelde tegen de omzetting van een werkstraf in vervangende hechtenis. De veroordeelde was eerder, op 10 april 2007, veroordeeld tot een taakstraf van 60 uren, met de voorwaarde dat bij niet-nakoming vervangende hechtenis van 30 dagen zou worden opgelegd. De kennisgeving van de omzetting van de werkstraf werd op 18 maart 2009 aan de veroordeelde betekend, waardoor de termijn voor het indienen van bezwaar op 1 april 2009 verstreek. Het bezwaarschrift werd echter pas op 23 april 2009 ingediend, wat betekende dat de termijn voor het indienen van het bezwaar al was overschreden.
Het hof heeft vastgesteld dat de termijnoverschrijding in strijd is met artikel 22g lid 3 van het Wetboek van Strafrecht, dat bepaalt dat een bezwaarschrift binnen veertien dagen na betekening moet worden ingediend. Aangezien het bezwaarschrift te laat was ingediend, heeft het hof de veroordeelde niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit vice-presidenten en een griffier, waarbij mr. De Ruijter niet in staat was het arrest mede te ondertekenen. De advocaat van de veroordeelde was wel aanwezig tijdens de zitting, maar de veroordeelde zelf was niet ter terechtzitting verschenen. Het hof heeft de advocaat-generaal en de raadsman gehoord voordat het tot zijn beslissing kwam.