ECLI:NL:GHARN:2009:BJ4913
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- A.J. Rietveld
- H.J. Deuring
- F.W.J. den Ottolander
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak en veroordeling in hoger beroep wegens opiumwet en geweld tegen ambtenaren
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 10 augustus 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte was geconfronteerd met zeven feiten, waarvan er drie werden vrijgesproken vanwege onrechtmatig verkregen bewijs en onvoldoende bewijs voor twee winkeldiefstallen. De resterende vier feiten leidden tot een gevangenisstraf van drie maanden. De verdachte was eerder veroordeeld voor soortgelijke misdrijven en had een strafblad dat zijn recidivegedrag aantoonde. De advocaat-generaal had gevorderd tot een gevangenisstraf van vier maanden, maar het hof kwam tot een lagere straf, rekening houdend met de bewezenverklaring van minder feiten dan in eerste aanleg was vastgesteld.
De tenlastelegging omvatte onder andere belediging van een ambtenaar, opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet, wederspannigheid en het beschadigen van politie-eigendommen. Het hof oordeelde dat de vrijspraak van de cocaïnezaak (zaak C, onder 1) gerechtvaardigd was, omdat de staandehouding van de verdachte niet rechtmatig was. De verbalisanten hadden geen redelijk vermoeden van schuld, wat leidde tot de conclusie dat het bewijs niet op een rechtmatige wijze was verkregen. De verdachte werd wel schuldig bevonden aan de andere ten laste gelegde feiten, wat resulteerde in de gevangenisstraf.
Het hof heeft de strafmotivering gebaseerd op de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan meerdere misdrijven, wat leidde tot overlast en schade voor de samenleving. De beslissing om de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf af te wijzen, werd ook in de uitspraak meegenomen. Het hof heeft de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Opiumwet toegepast die van kracht waren ten tijde van de feiten.