ECLI:NL:GHARN:2009:BH5260
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afpersing in vereniging met geweld en bedreiging
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 9 maart 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1987, was niet ter terechtzitting verschenen, maar werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. W.P. Maris. De rechtbank had de verdachte impliciet vrijgesproken van een deel van de tenlastelegging, maar had hem wel veroordeeld voor een misdrijf. De verdachte heeft tijdig hoger beroep ingesteld. Het hof heeft de ontvankelijkheid van het hoger beroep beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte niet ontvankelijk was in zijn hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de vrijspraak van het tweede ten laste gelegde feit.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, met aftrek van de tijd die hij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is beschuldigd van afpersing in vereniging, waarbij hij samen met anderen geweld heeft gebruikt om [slachtoffer 1] te dwingen tot afgifte van geld. De feiten vonden plaats op 30 januari 2007 in de gemeente [gemeente]. De verdachte en zijn medeverdachten hebben [slachtoffer 1] met geweld gedwongen om 325 euro af te geven, onder het voorwendsel dat hij een telefoon zou kopen.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan afpersing en heeft de bewezenverklaring van de tenlastelegging geformuleerd. De verdachte is eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten, wat meegewogen is in de strafmotivering. Het hof heeft uiteindelijk een gevangenisstraf van 400 dagen opgelegd, waarbij de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht. Tevens is de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf bevolen, omdat de verdachte zich tijdens de proeftijd schuldig heeft gemaakt aan een nieuw strafbaar feit.