ECLI:NL:GHARN:2009:BH3507
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- P. Koolschijn
- A.J. Rietveld
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen veroordeling voor mishandeling met een ijzeren staaf
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 19 februari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1948 in Suriname, was eerder veroordeeld voor mishandeling en had tegen deze veroordeling hoger beroep aangetekend. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 250,-- voor het mishandelen van een persoon met een ijzeren staaf op 20 juni 2007 in de gemeente [pleeggemeente].
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de verdachte vrijspreekt van het primair ten laste gelegde, maar hem wel veroordeelt voor het subsidiair ten laste gelegde. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof achtte het primair ten laste gelegde niet bewezen, maar het subsidiair ten laste gelegde wel. De verdachte heeft de [slachtoffer] opzettelijk mishandeld, wat heeft geleid tot letsel en pijn.
Het hof heeft de strafbaarheid van de verdachte vastgesteld en geen strafuitsluitingsgronden aanwezig geacht. Bij de straftoemeting heeft het hof rekening gehouden met de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan, en de persoon van de verdachte. De verdachte had geen eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten. Uiteindelijk is de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 250,--, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis van vijf dagen indien de boete niet wordt betaald.