ECLI:NL:GHARN:2009:BH3441
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- P. Koolschijn
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- A.J. Rietveld
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens bedreiging en vernieling met voorwaardelijke gevangenisstraf en werkstraf
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 19 februari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1967, werd beschuldigd van bedreiging en vernieling. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, maar de verdachte ging in hoger beroep. Het hof verleende verstek tegen de niet verschenen verdachte en behandelde de zaak op basis van de ingediende stukken.
De advocaat-generaal vorderde dat het hof het openbaar ministerie niet-ontvankelijk zou verklaren in de vervolging voor feit 1, en dat de verdachte voor feit 2 en 3 zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk. Het hof oordeelde dat de klacht voor feit 1 ontbrak, waardoor het openbaar ministerie niet-ontvankelijk werd verklaard in de vervolging voor dit feit.
Het hof achtte bewezen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan bedreiging van zijn ex-echtgenote en haar familie, alsook aan het onbruikbaar maken van haar auto. De bedreigingen waren gedaan via sms-berichten en waren van een ernstige aard. Het hof overwoog dat de verdachte, ondanks zijn eerdere schone strafblad, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf diende te krijgen, maar besloot deze om redenen van tijdsverloop en het ontbreken van recidive om te zetten in een voorwaardelijke gevangenisstraf van één maand, met daarnaast een werkstraf van zestig uren. De uitspraak werd gedaan met inachtneming van de relevante wetsartikelen uit het Wetboek van Strafrecht.