ECLI:NL:GHARN:2008:BF7577
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R. den Ouden
- F.J.P.M. Haas
- G.T.K. Meussen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake fictieve dienstbetrekking en aftrek van kosten in de inkomstenbelasting
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Arnhem, waarin de Inspecteur een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen had opgelegd voor het jaar 2003. De aanslag was gebaseerd op een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 13.435. Belanghebbende, die diensten verrichtte voor A Distributiebedrijf B.V., had bezwaar gemaakt tegen de aanslag, maar dit werd door de Inspecteur gehandhaafd. De Rechtbank verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond, waarna hij hoger beroep instelde.
De mondelinge behandeling vond plaats op 10 september 2008. Belanghebbende voerde aan dat de Inspecteur ten onrechte het bedrag van € 5002 aan kosten niet in aftrek had toegestaan, omdat hij niet als een fictieve dienstbetrekking kon worden aangemerkt. De Inspecteur stelde dat de arbeidsverhouding van belanghebbende met A als een fictieve dienstbetrekking moest worden beschouwd, wat leidde tot het niet toestaan van de kosten.
Het Hof oordeelde dat de rechtsverhouding tussen belanghebbende en A niet als een privaatrechtelijke dienstbetrekking kon worden aangemerkt. Het Hof concludeerde dat, hoewel belanghebbende op grond van het contract niet verplicht was de diensten persoonlijk te verrichten, dit niet in de weg stond aan de conclusie dat hij geen thuiswerker was in de zin van de wet. Het Hof vernietigde de uitspraak van de Rechtbank en de uitspraak op bezwaar, en verminderde de aanslag tot een belastbaar inkomen van € 8.433. Tevens werd de Staat veroordeeld tot vergoeding van griffierechten aan belanghebbende.