ECLI:NL:GHARN:2008:BD5670
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- D.V.E.M. van der Wiel-Rammeloo
- J. Lamens
- N.E. Haas
- Rechtspraak.nl
Loonbelasting en de kwalificatie van een reis als loon in natura
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van X BV tegen de uitspraak van de Inspecteur van de Belastingdienst met betrekking tot een naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen (LB/PVV) over het tijdvak van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2002. De belanghebbende, X BV, heeft een reis naar Namibië georganiseerd voor drie van haar directieleden en enkele zakelijke relaties. De Inspecteur heeft deze reis gekwalificeerd als loon in natura, wat heeft geleid tot een naheffingsaanslag van € 12.858 en een vergrijpboete van € 3.214. De Rechtbank Arnhem heeft het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarna belanghebbende in hoger beroep is gegaan.
Tijdens de zitting is het geschil voornamelijk gericht op de vraag of de kosten van de reis als loon in natura moeten worden aangemerkt of als een vrije verstrekking onbelast kunnen blijven. Belanghebbende stelt dat de reis bedoeld was voor relatiemanagement en dat de directieleden als gastheren optraden. De Inspecteur betwist dit en stelt dat de reis een toeristisch karakter had en dat de bewijslast bij belanghebbende ligt om aan te tonen dat het geen loon in natura betreft.
Het Hof oordeelt dat de Inspecteur in zijn bewijslast is geslaagd en dat de reis geen zakelijke elementen bevatte die de kosten als een vrije verstrekking kunnen kwalificeren. Het Hof bevestigt de uitspraak van de Rechtbank en verklaart het beroep van belanghebbende tegen de boetebeschikking ongegrond. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer van het Gerechtshof Arnhem, waarbij de voorzitter en de raadsheren de argumenten van beide partijen hebben gewogen en tot de conclusie zijn gekomen dat de reis als loon in natura moet worden aangemerkt.