Parketnummer: 21-004668-06
Uitspraak d.d.: 4 januari 2008
VERSTEK
Gerechtshof Amsterdam
zitting houdende te
Arnhem
meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Utrecht van 23 mei 2006 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 16 04064-05 en 16-602229-05, tegen
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 21 december 2007 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof nummert de onder parketnummer 16-604064-05 tenlastegelegde feiten als de feiten 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7 en de onder parketnummer 16-602229-05 tenlastegelegde feiten als de feiten 8, 9 en 10.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I).
Omvang van het hoger beroep
Het hoger beroep is kennelijk niet gericht tegen de gegeven vrijspraken.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep voor zover aan zijn oordeel onderworpen, vernietigen
omdat het tot een andere bewijsbeslissing en strafoplegging komt en daarom opnieuw rechtdoen.
Aan verdachte is, voorzover thans nog van belang, tenlastegelegd dat:
1:
hij op of omstreeks 26 juni 2004 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen,
althans in het arrondissement Utrecht,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel
van verdichtsels
[slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van een
hoeveelheid tuinmeubelen, in elk geval van enig goed,
hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk
- zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of
bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
zich voorgedaan als bonafide koper/betalende klant door het invullen en/of
ondertekenen van een [nieuwe] machtiging van betaling onder de naam van
[valse naam],
waardoor die [slachtoffer 1] werd bewogen tot boven-
omschreven afgifte;
2:
hij op of omstreeks 19 september 2004 te Utrecht, althans in het
arrondissement Utrecht,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel
van verdichtsels
[slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van een zonnebank, in elk geval
van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk
- zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of
bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
zich voorgedaan als bonafide koper door het invullen en/of ondertekenen en/of
overhandigen van een cheque van de Postbank,
waardoor die [slachtoffer 2] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
3:
hij op of omstreeks 3 september 2004 te Warmond en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel
van verdichtsels, [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de
afgifte van een loveseat, merk Chivasso en/of twee [antieke] tafels en/of een
lamp en/of een schilderij, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of
zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven –
opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd
met de waarheid als bonafide koper/betalende klant door het invullen en/of
ondertekenen van een of meer overschrijvingskaart(en) van de Postbank
woonachtig/verblijvend op het adres [straatnaam en plaats],
waardoor die [slachtoffer 3] werd bewogen tot
bovenomschreven afgifte;
4:
hij op of omstreeks 6 september 2004 te Gorinchem en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel
van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van een video-recorder,
merk Bang & Olufsen, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of
zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven –
opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd
met de waarheid voorgedaan als bonafide koper door het invullen en/of
ondertekenen en/of overhandigen van een overschrijvingskaart van de Postbank,
waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
5:
hij in of omstreeks de periode van 27 september 2004 tot en met 8 oktober 2004
te Enschede en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of
van een valse hoedanigheid en/of door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en)
en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 5] heeft bewogen
tot de afgifte van een CD-wisselaar en/of twee luidsprekers en/of een
DVD-speler en/of een afstandsbediening, (alles) van het merk Bang & Olufsen,
in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of
listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich
voorgedaan als bonafide koper door als onderpand (voor de betaling van die
goederen) het kentekenbewijs van zijn, verdachte’s auto, merk BMW ZX, [kenteken],
bij die [slachtoffer 5] achter te laten, waardoor die [slachtoffer 5] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
6 primair:
hij op of omstreeks 6 februari 2004 te Amsterdam en/of elders in Nederland,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een credit-card (Mastercard), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte;
subsidiair:
hij op of omstreeks 6 februari 2004 te Amsterdam en/of elders in Nederland,
een (betaal)bon van de [naam] – zijnde een geschrift dat bestemd was om
tot bewijs van enig feit te dienen – valselijk heeft opgemaakt of vervalst,
immers heeft verdachte valselijk en in strijd met de waarheid die bon
ondertekend als ware hij [slachtoffer 6], zulks met het oogmerk om dat geschrift
als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
7:
hij in of omstreeks de periode van 6 februari 2004 tot en met 18 februari
2004, in elk geval in of omstreeks de maand februari 2004 te Amsterdam en/of
elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door
het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van
verdichtsels, [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 6] heeft bewogen tot
de afgifte van een bedrag aan geld groot 1.200 euro, in elk geval van enig
goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven
oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of
bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid voorgedaan als zijnde gerechtigd
en/of bevoegd en/of in staat tot de (onder)verhuur van een woning aan de [straat en plaats], waardoor die [slachtoffer 7] en/of die [slachtoffer 6], werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
8:
hij
A. op of omstreeks 12 november 2004 te Werkendam en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk 93,07 liter benzine, in elk geval een hoeveelheid benzine,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke bezine verdachte en/of zijn mededader(s) bij een voor
zelfbediening ingerichte benzinepompinstallatie, gelegen aan
de Rijksweg A 27;
en/of
E. op of omstreeks 14 mei 2005 te Purmerend en/of elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk 95,05 liter benzine, in elk geval een hoeveelheid benzine,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 9], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke benzine verdachte en/of zijn mededader(s) bij een voor
zelfbediening ingerichte benzinepompinstallatie, gelegen aan het
Leeuwerikplein
had(den) getankt, onder gehoudenheid die benzine te betalen en welke benzine
verdachte en/of zijn mededader(s) aldus anders dan door misdrijf onder zich
had)den) wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
9:
hij in of omstreeks 14 oktober 2004 tot en met 11 mei 2005 te Zaandam,
gemeente Zaanstad en/of elders in Nederland,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel
van verdichtsels,[slachtoffer 10] heeft bewogen tot de afgifte van
een of meer diensten, zijnde een of meer reparaties van een personenauto, merk
BMW, [kenteken], in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met
vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en/of
listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid voorgedaan
als zijnde een bonafide klant, bereid en in staat (de rekening(en) van)
voornoemde reparatie(s) te betalen, waardoor [slachtoffer 10] voornoemd werd bewogen
tot bovenomschreven afgifte;
10:
hij in of omstreeks de periode van 17 september 2004 tot en met 12 juni 2005
te Almere en/of elders in Nederland,
opzettelijk een personenauto, merk BMW, [kenteken], in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11], in elk
geval aan een ander of anderen, dan aan verdachte, welk(e) goed(eren) verdachte
anders dan door misdrijf, te weten op basis van een afgesloten privaat
leaseovereenkomst (nummer 154136) (in onderpand ten behoeve van een
geldlening), onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het onder 8E tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het 1, 2, 3, 4, 5, 6 primair, 7, 8A, 9 en 10 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1:
hij op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 26 juni 2004 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen,
¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en¬¬¬
door een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬ listige kunstgre¬e¬p¬¬¬¬ en¬¬¬ door een samenweefsel
van verdichtsels
[slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van een
hoeveelheid tuinmeubelen, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬
hebbende verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ met vorenomschreven oogmerk
- zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en¬¬¬ listiglijk en¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ in strijd met de waarheid
zich voorgedaan als bonafide koper/betalende klant door het invullen en¬¬¬
ondertekenen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬ machtiging van betaling onder de naam van
[valse naam],
waardoor die [slachtoffer 1] werd bewogen tot boven-
omschreven afgifte;
2:
hij op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 19 september 2004 te Utrecht, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en¬¬¬
door een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬ listige kunstgre¬e¬p¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ [slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van een zonnebank, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk
- zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en¬¬¬ listiglijk ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬zich voorgedaan als bonafide koper door het invullen en¬¬¬ ondertekenen en¬¬¬
overhandigen van een cheque van de Postbank,
waardoor die [slachtoffer 2] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
3:
hij op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 3 september 2004 te Warmond ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬,
met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ valse hoedanigheid en¬¬¬
door ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ listige kunstgre¬¬¬p¬en¬ en¬¬¬ door een samenweefsel
van verdichtsels, [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de
afgifte van een loveseat, merk Chivasso en¬¬¬ twee ¬antieke¬ tafels en¬¬¬ een
lamp en¬¬¬ een schilderij, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ hebbende verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven –
opzettelijk valselijk en¬¬¬ listiglijk en¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ in strijd
met de waarheid als bonafide koper/betalende klant door het invullen en¬¬¬
ondertekenen van ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ overschrijvingskaart¬en¬ van de Postbank met vermelding woonachtig/verblijvend op het adres [straatnaam en plaats], ¬¬¬¬¬
die [slachtoffer 3] ¬¬¬¬ bewogen tot
bovenomschreven afgifte;
4:
hij op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 6 september 2004 te Gorinchem ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬,
met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ valse hoedanigheid en¬¬¬
door een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬ listige kunstgre¬e¬p¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van een video-recorder,
merk Bang & Olufsen, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ hebbende verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven –
opzettelijk valselijk en¬¬¬ listiglijk ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ zich voorgedaan als bonafide koper door het invullen en¬¬¬
ondertekenen en¬¬¬ overhandigen van een overschrijvingskaart van de Postbank,
waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
5:
hij in ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ de periode van 27 september 2004 tot en met 8 oktober 2004
te Enschede ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ valse hoedanigheid en¬¬¬¬¬¬¬¬ een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬ listige kunstgre¬e¬p,¬¬¬
¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬[slachtoffer 5] heeft bewogen
tot de afgifte van een CD-wisselaar en¬¬¬ twee luidsprekers en¬¬¬ een
DVD-speler en¬¬¬ een afstandsbediening, ¬alles¬ van het merk Bang & Olufsen,
¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, hebbende verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en¬¬¬
listiglijk ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ zich
voorgedaan als bonafide koper door als onderpand ¬voor de betaling van die
goederen¬ het kentekenbewijs van zijn, verdachte’s auto, merk BMW ZX, [kenteken],
bij die [slachtoffer 5] achter te laten, waardoor die [slachtoffer 5] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
6 primair:
hij op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 6 februari 2004 te Amsterdam ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een credit-card (Mastercard), ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬
toebehorende aan [slachtoffer 6]¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬;
7:
hij in ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ de maand februari 2004 te Amsterdam ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, met het
oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen door
het aannemen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ valse hoedanigheid en¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ door een samenweefsel van
verdichtsels, [slachtoffer 7] en/pf [slachtoffer 6] heeft bewogen tot
de afgifte van een bedrag aan geld ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, hebbende verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ met vorenomschreven
oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ in strijd met de waarheid zich voorgedaan als zijnde gerechtigd
en¬¬¬ bevoegd en¬¬¬ in staat tot de (onder)verhuur van een woning aan de [straat en plaats],
waardoor die [slachtoffer 7 en/of slachtoffer 6], werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
8:
hij
A op ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ 12 november 2004 te Werkendam ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬,
opzettelijk 93,07 liter benzine, ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ toebehorende aan [slachtoffer 8], ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬welke benzine verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ bij een voor
zelfbediening ingerichte benzinepompinstallatie, gelegen aan
de Rijksweg A 27;
had¬¬¬¬¬ getankt, onder gehoudenheid die benzine te betalen en welke benzine
verdachte ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ aldus anders dan door misdrijf onder zich
had¬¬¬¬¬ wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
9:
hij in de periode van 14 oktober 2004 tot en met 11 mei 2005 te Zaandam,
gemeente Zaanstad ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬,
met het oogmerk om zich ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ valse hoedanigheid ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, [slachtoffer 10]
heeft bewogen tot de afgifte van
een of meer diensten, zijnde ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ reparaties van een personenauto, merk
BMW, [kenteken], ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ hebbende verdachte met
vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ zich voorgedaan
als zijnde een bonafide klant, bereid en in staat ¬de rekening¬en¬ van¬
voornoemde reparatie¬s¬ te betalen, waardoor [slachtoffer 10] voornoemd werd bewogen
tot bovenomschreven afgifte;
10:
hij in ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ de periode van 17 september 2004 tot en met 12 juni 2005
te Almere en/of elders in Nederland,
opzettelijk een personenauto, merk BMW, [kenteken], ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬ geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11] ¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬¬, welk¬¬¬ goed¬¬¬¬¬¬ verdachte
anders dan door misdrijf, te weten op basis van een afgesloten privaat
leaseovereenkomst (nummer 154136) ¬in onderpand ten behoeve van een
geldlening¬, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op de misdrijven:
ten aanzien van het 1, 2, 3, 4, 5, 7 en 9 bewezenverklaarde telkens:
Oplichting.
ten aanzien van het onder 6 primair bewezenverklaarde:
Diefstal.
ten aanzien van het onder 8A en 10 bewezenverklaarde telkens:
Verduistering.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De politierechter heeft verdachte, conform de eis van de officier van justitie, veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De verdachte is in hoger beroep gekomen van deze veroordeling. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat verdachte wederom wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen hoofdstraf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon van verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een groot aantal vermogensdelicten, zoals oplichting en verduistering. Daarbij heeft verdachte ernstig misbruik gemaakt van het vertrouwen dat de andere partij in hem stelde en in het handelsverkeer ook wel moet stellen. Door de vaak geraffineerde wijze waarop verdachte opereerde, zijn vele personen benadeeld en is de toegebrachte schade aanzienlijk. Verdachte heeft welbewust gehandeld om zijn behoefte aan dure gebruiksartikelen en aan een flamboyante levensstijl te bevredigen ten koste van zijn slachtoffers. Gelet op de schaal waarop verdachte deze ernstige feiten heeft gepleegd komt – mede vanuit zowel speciaal als generaal preventief oogpunt – alleen een vrijheidsbenemende straf in aanmerking.
Daarom is het hof van oordeel dat aan verdachte een zwaardere straf moet worden opgelegd dat in eerste aanleg is opgelegd en door de advocaat-generaal in hoger beroep is gevorderd. Het hof heeft, mede gezien de proceshouding van verdachte, geen redenen aanwezig bevonden een deel van de straf voorwaardelijk aan verdachte op te leggen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 1.780,--. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 1 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 250,--. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 2 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 6.600,--. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 3 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 600,--. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 4 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 4.750,--. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 5 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 99,54. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 6 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot het hierna te noemen bedrag zal worden toegewezen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 24c, 36f, 57, 63, 310, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
Verstaat dat het door verdachte ingestelde rechtsmiddel niet is gericht tegen dat deel van het vonnis waarvan beroep waarbij verdachte terzake van het onder 8B, C en D tenlastegelegde werd vrijgesproken.
Vernietigt het vonnis voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en doet in zoverre opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 8E tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat verdachte het 1, 2, 3, 4, 5, 6 primair, 7, 8A, 9 en 10 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden.
Bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 1], te betalen een bedrag van € 1.780,-- (éénduizend zevenhonderdtachtig euro).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 1], een bedrag te betalen van € 1.780,-- (éénduizend zevenhonderd-tachtig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 35 (vijfendertig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 2], te betalen een bedrag van € 250, (tweehonderdvijftig euro).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 2], een bedrag te betalen van € 250,-- (tweehonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 5 (vijf) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 3], te betalen een bedrag van € 6.600,-- (zesduizend zeshonderd euro).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 3], een bedrag te betalen van € 6.600,-- (zesduizend zeshonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 63 (drieënzestig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 4], te betalen een bedrag van € 600,-- (zeshonderd euro).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 4], een bedrag te betalen van € 600,-- (zeshonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 12 (twaalf) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 5], te betalen een bedrag van
€ 4.750,-- (vierduizend zevenhonderdvijftig euro).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 5], een bedrag te betalen van € 4.750,-- (vierduizend zeven-honderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 53 (drieënvijftig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6]:
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [slachtoffer 6], te betalen een bedrag van € 99,54 (negenennegentig euro en vierenvijftig cent).
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [slachtoffer 6], een bedrag te betalen van € 99,54 (negenennegentig euro en vierenvijftig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 1 (één) dag hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Aldus gewezen door
mr P.R. Wery, voorzitter,
mr R. de Groot en mr C.H.B. Winters, raadsheren,
in tegenwoordigheid van G. Heeres, griffier,
en op 4 januari 2008 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr P.R. Wery is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.