Uitspraak
2 Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
procesverloop” ontbreken van de vermelding dat [appellant] bij brief van 24 november 2005 elf producties in het geding zou hebben gebracht en de daaruit voortvloeiende omstandigheid dat de kantonrechter daar – dan ook – geen rekening mee heeft gehouden bij zijn oordeel. [geïntimeerde] heeft naar aanleiding van deze grief in de memorie van antwoord aangevoerd dat deze producties haar niet bekend zijn en dat deze ook niet bij de in eerste aanleg gehouden comparitie na antwoord in het geding zijn gebracht.
derde en de vierde grief.
valsereden op de in overweging 3.1.6 geciteerde e-mailberichten van 25 februari 2005 (productie 34 bij de memorie van grieven) en een e-mail van 28 februari 2005 (productie 40 bij de memorie van grieven). Naar het hof begrijpt, betoogt [appellant] op grond van voormelde e-mails dat het besluit om de functie te laten vervallen eerst is genomen ná de opzegging van haar dienstbetrekking, zodat die reden voordien nog niet bestond. Het hof verwerpt dit betoog. In de vergunningaanvraag is door [geïntimeerde] uiteengezet dat de functie was vervallen en om welke reden. Voorts is vermeld dat het bestuur in eerste instantie alle taken van het stafhoofd vaktechniek zou overnemen, waarna bezien zou worden of één van de advocaten zou worden opgedragen het kennismanagement op zich te nemen. Het hof is van oordeel dat uit de e-mail van 25 februari 2005 niet kan worden afgeleid dat de bij de CWI genoemde reden, waarnaar [geïntimeerde] in haar opzeggingsbrief van 25 februari 2005 heeft verwezen, niet bestond en dus vals is. In deze e-mail is weliswaar vermeld dat de ontslagprocedure is gestart vanwege een verschil van inzicht tussen de Raad van Bestuur en [appellant] , maar tevens dat nog nader bericht zou worden over de wijze waarop de afdeling vaktechniek in de toekomst zou worden ingericht. Uit deze e-mail, in combinatie met de vergunningaanvraag bij de CWI, de korte tijd tussen de gewraakte mededeling in de e-mail van 25 februari 2005 en de daarop volgende mededeling van de opheffing van de functie in de e-mail van 28 februari 2005 alsmede gelet op het daadwerkelijk opheffen van die functie, valt naar het oordeel van het hof op te maken dat het besluit tot het laten vervallen van de functie reeds was genomen, maar de nadere invulling nog diende plaats te vinden. Deze nadere invulling is, als gezegd, gegeven in de e-mail van 28 februari 2005. Dat in de e-mail van 25 februari 2005 melding is gemaakt van een verschil van inzicht omtrent de invulling van de werkzaamheden door [appellant] is ongelukkig, maar niet onjuist, aangezien daadwerkelijk sprake was van een verschil van inzicht. Dat alles doet ook niet af aan het feit dat (tevens) is besloten de functie van [appellant] te laten vervallen. Het stond [geïntimeerde] vrij deze (laatste) beslissing ten grondslag te leggen aan de opzegging. Op grond van het voorgaande staat naar het oordeel van het hof voldoende vast dat het besluit om de functie te laten vervallen is genomen voorafgaande aan de opzegging.
Hierboven is al aangegeven, dat op het moment van de e-mail door [geïntimeerde] de beslissing was genomen mevrouw [appellant] vanwege haar onvoldoende functioneren zou moeten vertrekken, maar dat daarna was besloten dat de functie ook niet opnieuw zou worden vervuld.”
voorgewendereden. Zij voert hieromtrent aan dat de werkelijke reden is gelegen in het vermeende disfunctioneren. Zij verwijst ter onderbouwing van dit standpunt eveneens naar voormelde e-mails.
met de poten op de grond G.V.D”. Wat daar verder ook van zij, het hof is van oordeel dat deze opmerking niet is te kwalificeren als seksuele intimidatie. Ter onderbouwing van haar standpunt dat zij is ontslagen omdat zij vrouw is, heeft [appellant] slechts aangevoerd dat sprake was van seksuele intimidatie en dat zij het enige vrouwelijke stafhoofd was. Nu een nadere motivering ontbreekt, wordt deze stelling als onvoldoende gemotiveerd en onderbouwd verworpen.
tweede grief, evenals de
vijfde,
zesdeen
zevendegrief falen.
eerste grieffaalt.
achtste grieffaalt.