ECLI:NL:GHARN:2007:BC3139
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M. van Loo
- A. Knottnerus
- J. Duitemeijer
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over arbeidsongeschiktheid en ontslag van werknemer bij More Advertising/Marketing B.V.
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen zijn voormalige werkgever, More Advertising/Marketing B.V. De appellant, die lijdt aan psychische klachten, stelt dat zijn arbeidsongeschiktheid in overwegende mate is veroorzaakt door de aan hem opgedragen werkzaamheden. Het hof heeft in een tussenarrest van 24 april 2007 overwogen dat de psychische toestand van de appellant niet in rechtens relevante mate is ontstaan door de werkzaamheden bij More. Dit oordeel is bevestigd in het definitieve arrest van 30 oktober 2007. Het hof concludeert dat de appellant niet voldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stelling dat zijn arbeidsongeschiktheid voornamelijk het gevolg is van de werkdruk en andere omstandigheden bij More.
De appellant heeft ook aangevoerd dat zijn ontslag kennelijk onredelijk is, omdat More onvoldoende inspanningen heeft geleverd voor zijn re-integratie. Het hof heeft vastgesteld dat More in december 1998 de appellant de mogelijkheid heeft geboden om zijn werkzaamheden te hervatten, maar dat de appellant zich opnieuw ziek meldde. Ondanks de pogingen van More om de appellant te re-integreren, is dit niet gelukt. Het hof oordeelt dat More zich in voldoende mate heeft ingespannen en dat het ontslag niet kennelijk onredelijk is.
Uiteindelijk heeft het hof de bestreden vonnissen van de kantonrechter vernietigd en More veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 21.900,56 aan de appellant, te vermeerderen met wettelijke rente. De overige vorderingen van de appellant zijn ontzegd. De kosten van de procedure worden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.