ECLI:NL:GHARN:2006:AW1765
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Fokker
- Katz-Soeterboek
- Ter Veer
- Rechtspraak.nl
Wettelijke rente en verzuim bij betalingsgeschil tussen deurwaarderskantoor en vastgoedmanager
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem werd behandeld, ging het om een geschil tussen [A] Gerechtsdeurwaarders & Incasso B.V. en CBT Vastgoedmanagers B.V. over de betaling van een geldsom en de daarbij verschuldigde wettelijke rente. Het hof verwijst naar een eerder tussenarrest van 22 november 2005, waarin het deurwaarderskantoor akte had verzocht van een aantal op schrift gestelde mededelingen. De zaak werd opnieuw behandeld, waarbij mr. Van der Bel, die het tussenarrest had meegewezen, niet meer werkzaam was bij het hof en vervangen was door mr. Fokker.
De kern van de zaak draaide om de vraag of de wettelijke rente over een geldsom verschuldigd was, en vanaf wanneer deze rente begon te lopen. Het hof oordeelde dat ingevolge artikel 6:119 BW wettelijke rente verschuldigd is over de tijd dat de schuldenaar met de voldoening daarvan in verzuim is geweest. Het hof stelde vast dat verzuim in beginsel pas ontstaat na ingebrekestelling, tenzij er sprake is van uitzonderlijke gevallen zoals genoemd in artikel 6:83 BW. Het hof concludeerde dat er geen bewijs was dat het deurwaarderskantoor eerder tot betaling had aangemaand dan bij de sommaties van 8 en 15 april 2003.
De brief van 8 april 2003, waarin CBT nogmaals in de gelegenheid werd gesteld om voor 25 april 2003 te betalen, werd door het hof aangemerkt als een ingebrekestelling. Hierdoor was de wettelijke rente over de hoofdsom toewijsbaar vanaf 26 april 2003. Het hof oordeelde verder dat de algemene voorwaarden van CBT niet tijdig aan hen ter hand waren gesteld, waardoor het beroep op vernietigbaarheid van deze voorwaarden succesvol was. Dit leidde tot de conclusie dat de gevorderde contractuele rente niet toewijsbaar was.
Uiteindelijk vernietigde het hof het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde CBT Vastgoedmanagers B.V. tot betaling van een bedrag van € 2.451,27 aan [A] Gerechtsdeurwaarders & Incasso B.V., vermeerderd met wettelijke rente vanaf 26 april 2003. CBT werd ook veroordeeld in de kosten van beide instanties. Dit arrest werd uitgesproken op 28 maart 2006 door de rechters Fokker, Katz-Soeterboek en Ter Veer.