ECLI:NL:GHARN:2005:AS6401
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M. Mannoury
- A. Abbink
- N. Haas
- Rechtspraak.nl
Beslissing op verzoek tot wraking van rechters in strafzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 17 februari 2005 uitspraak gedaan op een verzoek tot wraking van de rechters mrs Vegter, Van den Heuvel en Boekhorst Carrillo. Het verzoek is ingediend door mr J.B. Boone namens de verzoeker, die zich in een strafzaak bevindt. De verzoeker stelde dat de rechters niet onpartijdig konden oordelen, omdat zij eerder betrokken waren bij de zaken van zijn medeverdachten. Hij vreesde dat deze eerdere betrokkenheid hun oordeel over zijn schuld zou beïnvloeden, wat in strijd zou zijn met het recht op een onpartijdige rechter zoals gewaarborgd door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Het hof heeft de argumenten van de verzoeker zorgvuldig overwogen. Het hof oordeelde dat de enkele omstandigheid dat de rechters eerder betrokken waren bij de zaken van de medeverdachten, niet voldoende was om te concluderen dat er sprake was van vooringenomenheid. De rechters zijn wettelijk verplicht om te oordelen op basis van de feiten en het bewijs dat in de huidige zaak aan de orde is, en moeten eerdere kennis uit andere zaken buiten beschouwing laten.
Het hof concludeerde dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die een zwaarwegende aanwijzing voor vooringenomenheid opleverden. De vrees van de verzoeker dat de rechters niet onpartijdig zouden zijn, werd niet objectief gerechtvaardigd geacht. Daarom werd het verzoek tot wraking afgewezen. De beslissing werd genomen door de voorzitter mr Mannoury en de raadsheren mrs Abbink en N. Haas, in aanwezigheid van griffier mr Van Onna.