ECLI:NL:GHARN:2004:AP8351

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
11 juni 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
21-006045-03
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • M. Koksma
  • A. van Houten
  • J. Verheugt
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van verkrachting en vrijheidsberoving met ernstige gevolgen voor het slachtoffer

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 11 juni 2004 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zutphen. De verdachte is beschuldigd van het medeplegen van verkrachting en het wederrechtelijk ontnemen van de vrijheid van het slachtoffer, dat op 11 juli 2003 in Apeldoorn plaatsvond. De verdachte en zijn medeverdachten hebben op grove wijze misbruik gemaakt van de kwetsbare situatie van het slachtoffer, die geen onderdak had. Ze hebben haar gedwongen seksuele handelingen te verrichten en haar gedurende meerdere uren van haar vrijheid beroofd. Tijdens deze vrijheidsberoving hebben de verdachten ervoor gezorgd dat het slachtoffer niet kon ontsnappen en hebben ze haar gedwongen te douchen om sporen te wissen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar, wat het hof in hoger beroep heeft bevestigd. Het hof heeft de ernst van de feiten en de blijvende psychische schade voor het slachtoffer in overweging genomen bij het bepalen van de straf. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan het slachtoffer, die als benadeelde partij is opgetreden. De vordering tot schadevergoeding van € 5.504,58 is toegewezen, waarbij het hof ook rekening heeft gehouden met het strafrechtelijk verleden van de verdachte.

Uitspraak

Parketnummer: 21-006045-03
Uitspraak dd.: 11 juni 2004
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te Arnhem
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank te Zutphen van
12 december 2003 in de strafzaak tegen
[ verdachte ]
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van
28 mei 2004 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I), na voorlezing aan het hof overgelegd, en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis, waarvan beroep, om proceseconomische redenen vernietigen en daarom opnieuw recht doen.
De telastelegging
Aan verdachte is telastegelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 11 juli 2003 in de gemeente Apeldoorn tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [ bp ] (19 jaar) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [ bp ], hebbende verdachte (en/of meer van) zijn mededaders zijn/hun penis in de vagina en/of mond van die [ bp ] gebracht/geduwd en/of het lichaam van die [ bp ] betast en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere
feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- die [ bp ] op een (slaap)bank heeft/hebben geduwd en/of
- op die [ bp ] is/zijn gaan zitten en/of liggen en/of
- de (onder)broek, althans een of meerdere kledingstuk(ken), van die [ bp ] heeft/hebben uitgetrokken en/of
- die [ bp ] (in/tegen het gezicht) heeft/hebben geslagen en/of
- die [ bp ] aan haar haren heeft/hebben getrokken en/of
- die [ bp ] heeft/hebben gezegd dat zij zich uit moest kleden en/of
- die [ bp ] de (dreigende) woorden heeft/hebben toegevoegd: "Trek je broek uit" en/of "Je moet me pijpen" en/of "Waarom huil je" en/of "Ik ga je weer neuken" en/of "Je doet het gewoon" en/of ""Daar heb ik niks mee te maken, ik ben net niet klaargekomen en ik wil nu met je neuken" en/of "Slik door" en/of "Als je naar de politie gaat of dit aan vrienden vertelt, dan doe ik of mijn vrienden jou of je familie wat aan" en/of "Als je je mond opentrekt, dan
vermoord ik jou" en/of "het kan wel zijn dat wij hier problemen mee krijgen, maar jij krijgt er nog veel erger problemen mee" en/of "onze vrienden komen je toch wel opzoeken en iedereen die met je omgaat ook en desnoods vermoorden we ze wel" en/of
- misbruik heeft/hebben gemaakt van het uit de feitelijke verhoudingen voortvloeiende overwicht en/of zijn/hun fysieke en/of psychische en/of emotionele overwicht en/of
- heeft/hebben aangedrongen op seksuele handelingen, waartegen die [ bp ]
zich niet meer kon of durfde te verzetten (gelet op de omstandigheid dat die [ bp ] de woning waar zij op dat moment verbleef niet mocht verlaten van verdachte en/of zijn mededader(s)) en/of
- zich dwingend en/of dominant heeft/hebben opgesteld en/of gedragen ten opzichte van die [ bp ] en/of
- misbruik heeft/hebben gemaakt van het vertrouwen (als vrienden of kennissen), dat die [ bp ] in hem/hen had en/of (aldus) voor die [ bp ] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
2.
hij op of omstreeks 11 juli 2003 in de gemeente Apeldoorn tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [ bp ] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden, immers heeft/hebben/is/zijn hij verdachte en/of een of meer van zijn mededader(s) opzettelijk wederrechtelijk bovenop die [ bp ] gaan zitten/liggen en/of die [ bp ] (elke keer als zij weg wilde gaan) gedwongen seksuele handelingen te
ondergaan en/of die [ bp ] niet alleen gelaten en/of (aldus) belet/belemmerd dat die [ bp ] de woning kon verlaten.
Indien in de telastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat telastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het onder 1 en 2 telastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1.
hij op 11 juli 2003 in de gemeente Apeldoorn tezamen en in vereniging met een ander of anderen, door geweld of andere feitelijkheden en bedreiging met geweld of andere feitelijkheden [ bp ] (19 jaar) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [ bp ], hebbende verdachte en een of meer van zijn mededaders zijn penis in de vagina en/of mond van die [ bp ] gebracht/geduwd en het lichaam van die [ bp ] betast en bestaande dat geweld of die andere feitelijkheden of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkheden hierin dat verdachte of een of meer van zijn mededaders
- die [ bp ] op een slaapbank hebben geduwd en
- op die [ bp ] zijn gaan zitten en/of liggen en
- de (onder)broek, althans een of meerdere kledingstuk(ken), van die [ bp ] hebben uitgetrokken en
- die [ bp ] in het gezicht hebben geslagen en
- die [ bp ] aan haar haren hebben getrokken en
- die [ bp ] hebben gezegd dat zij zich uit moest kleden en
- die [ bp ] de dreigende woorden hebben toegevoegd: "Trek je broek uit" en "Je moet me pijpen" en "Waarom huil je" en "Ik ga je weer neuken" en "Je doet het gewoon" en "Daar heb ik niks mee te maken, ik ben net niet klaargekomen en ik wil nu met je neuken" en "Slik door" en "Als je naar de politie gaat of dit aan vrienden vertelt, dan doe ik of mijn vrienden jou of je familie wat aan" en "Als je je mond opentrekt, dan vermoord ik jou" en "het kan wel zijn dat wij hier problemen mee krijgen, maar jij krijgt er nog veel erger problemen mee" en "onze vrienden komen je toch wel opzoeken en iedereen die met je omgaat ook en desnoods vermoorden we ze wel" en
- misbruik hebben gemaakt van het uit de feitelijke verhoudingen voortvloeiende overwicht en hun fysieke en/of psychische en/of emotionele overwicht en
- hebben aangedrongen op seksuele handelingen, waartegen die [ bp ] zich niet meer kon of durfde te verzetten gelet op de omstandigheid dat die [ bp ] de woning waar zij op dat moment verbleef niet mocht verlaten van verdachte en/of zijn mededader en
- zich dwingend en/of dominant hebben opgesteld en/of gedragen ten opzichte van die [ bp ] en
- misbruik hebben gemaakt van het vertrouwen als vrienden of kennissen, dat die [ bp ] in hen had en (aldus) voor die [ bp ] een bedreigende situatie hebben doen ontstaan;
2.
hij op 11 juli 2003 in de gemeente Apeldoorn tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk [ bp ] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd, immers zijn hij verdachte en een of meer van zijn mededaders opzettelijk wederrechtelijk bovenop die [ bp ] gaan zitten/liggen en/of die [ bp ] elke keer als zij weg wilde gaan hebben gedwongen seksuele handelingen te ondergaan en die [ bp ] niet alleen hebben gelaten en aldus hebben belemmerd dat die [ bp ] de woning kon verlaten.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is telastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op de misdrijven
ten aanzien van het onder 1 bewezenverklaarde:
Het medeplegen van verkrachting, meermalen gepleegd;
ten aanzien van het onder 2 bewezenverklaarde:
Voortgezette handeling van het medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De rechtbank heeft verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaren. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot dezelfde straf van vier jaren.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen hoofdstraf bepaald op grond van de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder die zijn begaan en op grond van de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van verkrachting. Voor deze ernstige aantasting van de lichamelijke integriteit van het slachtoffer komt alleen een vrijheidsbenemende straf van aanzienlijke duur in aanmerking.
Verdachte heeft met zijn medeverdachte(n) op grove wijze misbruik gemaakt van de situatie dat het slachtoffer geen onderdak voor de bewuste nacht had. Een van hen heeft het slachtoffer meegenomen naar zijn verblijfplaats waarna zij vervolgens gedurende een aantal uren van haar vrijheid is beroofd. Tijdens deze vrijheidsberoving heeft zij seksuele handelingen moeten verrichten en seksuele handelingen moeten ondergaan, waarbij de verdachten elkaar afwisselden. Zij hebben het slachtoffer (diverse malen) laten douchen teneinde geen sporen achter te laten en er voorts op toegezien dat het slachtoffer niet het huis kon verlaten door steeds in haar nabijheid te verkeren. Het slachtoffer was volledig overgeleverd aan de grillen van verdachte en zijn medeverdachte(n) en zij hebben de belangen van het slachtoffer volledig ondergeschikt gemaakt aan de bevrediging van hun lustgevoelens.
Het is algemeen bekend dat dergelijke feiten grote blijvende psychische schade kunnen aanrichten bij de slachtoffers.
Het slachtoffer heeft zich gevoegd als benadeelde partij waarover het hof zich hierna zal uitlaten.
Het hof heeft bij de strafoplegging tevens rekening gehouden met het strafrechtelijk verleden van verdachte.
De vordering van de benadeelde partij [ bp ]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 5.504,58 ingesteld. Deze vordering (waarvan € 4.500,-- als voorschot op geleden immateriële schade) is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot het gevorderde bedrag (waarvan € 4.500,-- als voorschot op geleden immateriële schade). Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 24c, 36f, 47, 56, 57, 242 en 282 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen, dat verdachte het onder 1 en 2 telastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is telastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaren.
Bepaalt, dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
De aan [ bp ] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [ bp ], te betalen een bedrag van
€ 5.504,58 (vijfduizendvijfhonderdenvier euro en achtenvijftig eurocent) met dien verstande dat indien en voorzover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst verdachte in de op de vordering gevallen kosten en bepaalt deze, voorzover aan de zijde van de benadeelde partij gevallen, tot op heden op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd S. [ bp ], een bedrag te betalen van € 1.834,86 (eenduizendachthonderdvierendertig euro en zesentachtig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 36 (zesendertig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat inzoverre komt te vervallen.
Aldus gewezen door
mr Koksma, voorzitter,
mrs Van Houten en Verheugt, raadsheren,
in tegenwoordigheid van Wiering, griffier,
en op 11 juni 2004 ter openbare terechtzitting uitgesproken.