ECLI:NL:GHARN:2003:AM7789
Gerechtshof Arnhem
- Voorlopige voorziening
- P.M. van Schie
- J.H.M. Delnooz-Engels
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake aanslag inkomstenbelasting en beslag op onroerende zaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 8 oktober 2003 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een aanslag inkomstenbelasting en een daarop gelegd beslag op een onroerende zaak. De belanghebbende, aangeduid als [X], had op 5 mei 2003 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van de inspecteur van de Belastingdienst, [P], met betrekking tot een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1999. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 september 2003, waarbij de gemachtigde van de belanghebbende het verzoek wijzigde en vroeg om opheffing van het beslag op de onroerende zaak, gelegen aan [a-weg 1 te Z].
De voorzieningenrechter oordeelde dat het treffen van een voorlopige voorziening alleen mogelijk is indien er sprake is van onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen. In dit geval werd gesteld dat het beslag op de onroerende zaak de verkoop ervan belemmert, wat een spoedeisend belang zou kunnen vormen. Echter, de voorzieningenrechter verklaarde zich onbevoegd om te oordelen over de opheffing van het beslag, aangezien het Hof ook niet bevoegd is in de hoofdzaak.
De voorzieningenrechter wees het verzoek af voor zover het betreft de vernietiging van het bestreden besluit en de aanslag, en verklaarde zich onbevoegd voor de schorsing van het bestreden besluit en de aanslag. De voorzieningenrechter benadrukte dat er nader onderzoek nodig is om tot een beoordeling van de zaak te komen, en dat de verzoeken om schorsing en opheffing van het beslag niet konden worden ingewilligd. De beslissing werd openbaar uitgesproken door mr. P.M. van Schie, fungerend voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J.H.M. Delnooz-Engels als griffier.