ECLI:NL:GHARN:2003:AH9204
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Discriminatie bij fiscale spaarregelingen voor directeur-aandeelhouders
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 19 juni 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen [X] BV en de Inspecteur van de Belastingdienst/Ondernemingen [P] over de toepassing van fiscale spaarregelingen. De belanghebbende, een besloten vennootschap, stelt dat de wettelijke uitsluiting van fiscale spaarregelingen voor directeur-enig aandeelhouders en hun echtgenoten discriminatoir is. De belanghebbende voert aan dat de situatie van een directeur die via een managementcontract voor zijn werkmaatschappij werkt, gelijk te stellen is met die van een directeur die op basis van een arbeidsovereenkomst werkt. Dit zou betekenen dat er geen goede grond is om in de eerste situatie geen gefacilieerde spaarregeling toe te staan, terwijl dit in de tweede situatie wel mogelijk is.
Het Hof oordeelt echter dat de civielrechtelijke en fiscaalrechtelijke aspecten van beide situaties zo verschillen dat ze niet als vergelijkbare gevallen kunnen worden aangemerkt. Het beroep van de belanghebbende op het verbod van discriminatie wordt verworpen. Daarnaast faalt het beroep van de belanghebbende dat er, ondanks de ongelijkheid, sprake is van een verboden discriminatie. Het Hof concludeert dat er geen overduidelijke onevenredigheid is die een dergelijke discriminatie zou rechtvaardigen.
De beslissing van het Hof is dat het beroep ongegrond wordt verklaard. Er zijn geen termen aanwezig voor een kostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en afschriften zijn op 30 juni 2003 verzonden.