ECLI:NL:GHARN:2003:AF9676
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Lamens
- Rechtspraak.nl
Waardevaststelling onroerende zaak onder de Wet waardering onroerende zaken
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 14 april 2003, betreft het een beroep tegen de beschikking waardevaststelling ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004. De belanghebbende, [X], heeft bezwaar gemaakt tegen de door de heffingsambtenaar van de gemeente Apeldoorn vastgestelde waarde van zijn onroerende zaak, een serviceflat gelegen aan de [a-weg 1 te Z]. De Ambtenaar had de waarde vastgesteld op € 115.713,-, terwijl de belanghebbende deze waarde te hoog achtte en stelde dat de waarde tussen € 79.411,53 en € 108.453,47 ligt.
Tijdens de procedure is er geen mondelinge behandeling gehouden, met toestemming van beide partijen. De Ambtenaar heeft een taxatierapport overgelegd, waarin de waarde van de onroerende zaak is onderbouwd met vergelijkingspanden. Het Hof heeft de door de Ambtenaar verdedigde waarde als aannemelijk beoordeeld, waarbij het Hof in aanmerking nam dat de Ambtenaar voldoende rekening had gehouden met de verschillen tussen de panden.
Belanghebbende heeft zijn standpunt onderbouwd met een eigen taxatierapport, maar het Hof oordeelde dat dit rapport onvoldoende inzicht bood in de waardebepaling. Het Hof concludeerde dat de door belanghebbende aangevoerde argumenten niet leidden tot een andere conclusie. Uiteindelijk verklaarde het Hof het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een kostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. J. Lamens, vice-president, in aanwezigheid van mr. M.M. Nuboer als griffier.