ECLI:NL:GHARN:2000:AA7883
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- L. Lion
- A. van den Heuvel
- C. Gillissen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis militaire kamer arrondissementsrechtbank Arnhem
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 25 oktober 2000 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de militaire kamer van de arrondissementsrechtbank te Arnhem, dat op 6 juli 2000 was gewezen. De zaak betreft de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de strafvervolging tegen de verdachte. Het hof heeft het onderzoek op de terechtzitting van 11 oktober 2000 en het dossier van de eerste aanleg in overweging genomen. De advocaat-generaal heeft een vordering ingediend, die door het hof is beoordeeld. Het hof oordeelt dat het voortzetten van de strafvervolging niet in strijd is met de beginselen van een behoorlijke strafrechtspleging. Het hof heeft vastgesteld dat er geen toezeggingen zijn gedaan aan de verdachte die een gerechtvaardigde verwachting van niet-vervolging rechtvaardigen. Ook is er geen reden om aan te nemen dat een veroordeling onwaarschijnlijk is op basis van het beschikbare materiaal. De beslissing van de officier van justitie om de vervolging voort te zetten is rechtmatig, ook al is deze in overleg binnen het College van procureurs-generaal tot stand gekomen. Het hof heeft de belangen van de maatschappij en de slachtoffers afgewogen tegen die van de verdachte en komt tot de conclusie dat de vervolging gerechtvaardigd is. Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank en verklaart de officier van justitie ontvankelijk in zijn strafvervolging. De zaak wordt terugverwezen naar de militaire kamer van de arrondissementsrechtbank te Arnhem voor herbehandeling.