ECLI:NL:GHARN:2000:AA7212
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Lamens
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de bevoegdheid van het Hoofd Financiële en Interne Zaken bij de waardevaststelling ingevolge de Wet waardering onroerende zaken
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 17 augustus 2000, stond de bevoegdheid van het Hoofd Financiële en Interne Zaken van de gemeente Elst centraal. De belanghebbende had bezwaar aangetekend tegen de beschikking waardevaststelling ingevolge de Wet waardering onroerende zaken, die betrekking had op het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 augustus 2000 trok de belanghebbende een aantal klachten in, maar betoogde dat de beschikking niet bevoegdelijk was genomen omdat er geen geldig mandaatbesluit zou zijn. Het Hof oordeelde dat het college van B & W, de mandaatgever, in een eerdere procedure had verklaard volledig achter de beschikking te staan, waardoor het betoog van de belanghebbende faalde. Het Hof concludeerde dat de mandaatgever bevoegd was om de beschikking te geven, en dat de argumenten van de belanghebbende niet opgingen.
Het Hof oordeelde verder dat het beroep ongegrond was, maar dat de ambtenaar in de bezwaarfase onvoldoende informatie had verschaft aan de belanghebbende. Daarom gelastte het Hof de ambtenaar om het door de belanghebbende betaalde griffierecht van ƒ 80,-- te vergoeden. De beslissing van het Hof bevestigde de bestreden uitspraak en er werden geen termen aanwezig geacht voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. Lamens, lid van de zesde enkelvoudige belastingkamer, in aanwezigheid van mr. Den Ouden als griffier. De belanghebbende werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen vier weken na de verzenddatum van de uitspraak een schriftelijk verzoek in te dienen voor vervanging van de mondelinge uitspraak door een schriftelijke.