ECLI:NL:GHARN:1999:AA1411
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.W.M. van der Waerden
- J.B.H. Röben
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de vastgestelde waarde van onroerende-zaakbelasting in verband met hinder en bereikbaarheid
In deze zaak gaat het om een beroep van belanghebbende tegen de vastgestelde waarde van zijn onroerende zaak voor de onroerende-zaakbelasting. De belanghebbende, eigenaar van een tussenwoning aan de *a-laan 28 te *Z, heeft bezwaar gemaakt tegen de waarde die door de gemeente Kampen was vastgesteld op ƒ 185.000,-. De belanghebbende stelt dat de waarde van zijn woning, per peildatum 1 januari 1996, door bovennormale hinder en slechte bereikbaarheid door het ontbreken van bestrating, lager zou moeten zijn, namelijk ƒ 50.000,-. De ambtenaar van de gemeente heeft de waarde echter gebaseerd op vergelijkingen met andere woningen in de omgeving, waar deze hinder niet aanwezig was.
Tijdens de mondelinge behandeling op 20 april 1999 in Zwolle, werd duidelijk dat de belanghebbende en de ambtenaar het eens waren over de ongunstige situatie van de woning door de onbegaanbaarheid van het terrein. Het Hof oordeelt dat de omstandigheden wel degelijk een waardedrukkend effect hebben, maar dat dit effect niet zo groot is als de belanghebbende stelt. Het Hof komt tot de conclusie dat de waarde van de woning, rekening houdend met de omstandigheden, op ƒ 180.000,- moet worden vastgesteld.
Het Gerechtshof vernietigt de bestreden uitspraak en wijzigt de beschikking. De ambtenaar wordt veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de belanghebbende, alsmede het griffierecht. De uitspraak is gedaan door de vijfde enkelvoudige belastingkamer van het Gerechtshof Arnhem op 4 mei 1999, met mr. Röben als raadsheer en mr. Van der Waerden als griffier.