ECLI:NL:GHARN:1998:AA1122
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.B.H. Röben
- A.W.M. van der Waerden
- Rechtspraak.nl
Hondenbelasting en de bevoegdheid van de gemeenteraad
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 20 mei 1998, stond de hondenbelasting centraal. De belanghebbende, houder van een hond, had bezwaar gemaakt tegen de aanslag hondenbelasting die door de gemeente was opgelegd. De gemeente had de opbrengst van deze belasting vrij te besteden, zonder specifieke voorschriften vanuit de wet. Het hof oordeelde dat de gemeenteraad niet in strijd handelde met beginselen van behoorlijk bestuur door de belasting in rekening te brengen aan de belanghebbende. De wet voorziet niet in de mogelijkheid om belastingen te heffen voor andere dieren dan honden, wat de gemeente in haar recht stelde. Het hof bevestigde de bestreden uitspraak en oordeelde dat het beroep van de belanghebbende niet gegrond was. Tevens werd er geen veroordeling in proceskosten uitgesproken, aangezien het hof geen termen aanwezig achtte voor een dergelijke veroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. Röben, lid van de vijfde enkelvoudige belastingkamer, in aanwezigheid van griffier mr. Van der Waerden.