ECLI:NL:GHARL:2025:7023

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
30 september 2025
Publicatiedatum
7 november 2025
Zaaknummer
P25/133
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de beslissing van de rechtbank om proceseconomische redenen en afwijzing van de vordering tot verpleging van overheidswege

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 september 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 25 februari 2025. De rechtbank had de vordering van het Openbaar Ministerie om de terbeschikkinggestelde van overheidswege te verplegen afgewezen en de verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren niet toegewezen. Het hof heeft het beroep van het Openbaar Ministerie behandeld, waarbij de terbeschikkinggestelde, geboren in 1990, verblijvende in P.I. [locatie 1], aanwezig was via videoverbinding, bijgestaan door zijn advocaat, mr. W.R. Jonk. De advocaat-generaal, mr. H.J. Lambers, was ook aanwezig. Het hof heeft de zaak eerder behandeld op 21 augustus 2025 en het onderzoek heropend op 4 september 2025, waarbij het hof de mogelijkheid van voortzetting van de terbeschikkingstelling met voorwaarden heeft overwogen. De reclassering meldde dat de terbeschikkinggestelde per 30 september 2025 in de Forensisch Psychiatrische Kliniek [locatie 2] kan worden geplaatst. Het hof heeft geoordeeld dat de vordering tot verpleging van overheidswege kan worden afgewezen en heeft ingestemd met een verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar. De beslissing van de rechtbank is om proceseconomische redenen vernietigd, en de voorwaarden voor de terbeschikkingstelling zijn gewijzigd, waarbij de terbeschikkinggestelde moet meewerken aan opname in de FPK en aan ambulante behandeling.

Uitspraak

TBS P25/133
Beslissing van 30 september 2025
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van het openbaar ministerie in de zaak tegen
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1990,
verblijvende in P.I. [locatie 1] ,
verder te noemen: de terbeschikkinggestelde.
Het beroep is door het Openbaar Ministerie ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 25 februari 2025. Deze beslissing houdt in de afwijzing van de vordering dat
de terbeschikkinggestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd en de verlenging
van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaren.
Het hoger beroep is voor het eerst behandeld op de terechtzitting van dit hof van 21 augustus 2025.
Bij tussenbeslissing van 4 september 2025 heeft het hof het onderzoek heropend en vervolgens geschorst voor onbepaalde tijd. Daarbij heeft het hof overwogen dat de terbeschikkingstelling, bij gelijkblijvend gedrag en gelijkblijvende omstandigheden van de terbeschikkinggestelde, zou kunnen worden voortgezet in het kader van een terbeschikkingstelling met voorwaarden. Uit de informatie van de reclassering was bovendien gebleken dat de terbeschikkinggestelde was geaccepteerd bij Forensisch Psychiatrische Kliniek (FPK) [locatie 2] , maar het was nog niet duidelijk op welke termijn de terbeschikkinggestelde daar terecht kon om binnen het kader van de terbeschikkingstelling met voorwaarden zijn klinische behandeling te starten. Het hof heeft de advocaat-generaal daarom opdracht gegeven om, wanneer er nieuwe informatie is over de mogelijkheid voor de opname van de terbeschikkinggestelde in de FPK [locatie 2] of een andere soortgelijke instelling (of een zorginstelling ter overbrugging van de wachttijd voor plaatsing in die FPK), die informatie te verstrekken aan het hof.
Het hof heeft ter zitting van 25 september 2025 gehoord de advocaat-generaal,
mr. H.J. Lambers, en, middels een videoverbinding, de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn advocaat, mr. W.R. Jonk, advocaat te Amsterdam.
Verder heeft het hof, middels een videoverbinding, ter zitting gehoord [reclasseringswerker] , als reclasseringswerker verbonden aan Reclassering Nederland.
Het hof heeft gelet op dezelfde stukken als de rechtbank en daarnaast op:
  • de tussenbeslissing van dit hof van 4 september 2025 en de daarin genoemde stukken;
  • de e-mailberichten van de reclassering van 18 september 2025 en 23 september 2025.
Overwegingen
Het oordeel van het hof
Uit de e-mailberichten van de reclassering van 18 september 2025 en 23 september 2025, bevestigd door de deskundige ter zitting, volgt dat de terbeschikkinggestelde per 30 september 2025 in de FPK [locatie 2] te [plaats] kan worden geplaatst. De terbeschikkinggestelde heeft zich ter zitting bereid verklaard mee te werken aan de opname in FPK [locatie 2] , en ook aan de overige voorwaarden die zijn verbonden aan de maatregel.
Het hof is gelet op het voorgaande, met de advocaat-generaal en advocaat, van oordeel dat de vordering tot het alsnog geven van een bevel tot verpleging van overheidswege, kan worden afgewezen.
Voorts hebben zowel de advocaat-generaal als de advocaat – gezien de nog te verwachten behandelduur en de laatste expiratiedatum – ingestemd met een verlenging van twee jaar.
De beslissing van de rechtbank zal om proceseconomische redenen worden vernietigd.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Den Haag van 25 februari 2025 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde,
[terbeschikkinggestelde] .
Wijst afde vordering van de officier van justitie van 24 juni 2024 tot het alsnog geven van een bevel tot verpleging van overheidswege.
Verlengt de terbeschikkingstelling met een termijn van
twee jaar.
Wijzigtde aan de terbeschikkinggestelde opgelegde voorwaarden, zoals opgenomen in het arrest van het gerechtshof Den Haag, van 2 september 2021 en gewijzigd bij beslissing van de rechtbank Den Haag van 9 april 2024, in die zin dat deze als volgt komen te luiden:

1.Opname in zorginstelling

De terbeschikkinggestelde werkt mee aan opname in FPK [locatie 2] te [plaats] dan wel soortgelijke zorg instelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Als de behandelaars en de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vinden, werkt de terbeschikkinggestelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing.

2.Ambulante behandeling

De terbeschikkinggestelde laat zich behandelen door een zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start aansluitend aan de klinische behandeling. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling.

3.Begeleid wonen of maatschappelijke opvang

De terbeschikkinggestelde verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start indien geïndiceerd aansluitend op de klinische behandeling. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld.

4.Geen strafbaar feit plegen

De terbeschikkinggestelde maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit.

5.Meewerken aan reclasseringstoezicht

De terbeschikkinggestelde werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
- de erbeschikkinggestelde meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
- de terbeschikkinggestelde laat één of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van betrokkene vast te stellen;
- de terbeschikkinggestelde houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om betrokkene te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
- de terbeschikkinggestelde helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
- de terbeschikkinggestelde werkt mee aan huisbezoeken;
- de terbeschikkinggestelde geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
- de terbeschikkinggestelde vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
- de terbeschikkinggestelde werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met betrokkene, als dat van belang is voor het toezicht.

6.Meewerken aan een time-out

Als de reclassering dat nodig vindt en de terbeschikkinggestelde daarmee instemt, kan de terbeschikkinggestelde voor een time-out worden opgenomen in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling. Deze time-out duurt totdat de reclassering of de terbeschikkinggestelde deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar.

7.Niet naar het buitenland (reisverbod)

De terbeschikkinggestelde gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van het Openbaar Ministerie.

8.Meewerken aan middelencontrole

De terbeschikkinggestelde werkt mee aan controle van het gebruik van drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak en op welke wijze de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd.
Aldus gedaan door
mr. A.B.A.P.M. Ficq, voorzitter,
mr. R. Prakke-Nieuwenhuizen en mr. M.J. Vos, raadsheren,
en drs. R.J.A. van Helvoirt en drs. I. van Outheusden, raden,
in tegenwoordigheid van mr. M.E. Ruiter, griffier,
en op 30 september 2025 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.