ECLI:NL:GHARL:2025:4354

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
15 juli 2025
Publicatiedatum
15 juli 2025
Zaaknummer
200.355.330
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissement van Autotechnics B.V. na hoger beroep door Technische Verenfabriek Viod B.V.

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 juli 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de faillietverklaring van Autotechnics B.V. De rechtbank Overijssel had eerder op 28 mei 2025 het verzoek van Technische Verenfabriek Viod B.V. (Viod) tot faillietverklaring afgewezen. Viod heeft hoger beroep ingesteld, stellende dat Autotechnics in staat van faillissement verkeert. Het hof heeft vastgesteld dat Viod een opeisbare vordering heeft op Autotechnics van € 738.068,58, die niet is voldaan. Autotechnics heeft weliswaar betwist dat zij deze vordering moet betalen, maar heeft onvoldoende onderbouwd waarom de geleverde autoveren niet conform de overeenkomst zouden zijn. Het hof oordeelt dat er summierlijk is gebleken van een vorderingsrecht van Viod en dat Autotechnics in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen. Het hof vernietigt de beschikking van de rechtbank en verklaart Autotechnics in staat van faillissement. Tevens benoemt het hof een rechter-commissaris en een curator voor de afhandeling van het faillissement.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem, afdeling civiel
zaaknummer gerechtshof 200.355.330
zaaknummer rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo 332922
arrest van 15 juli 2025
in de zaak van
Technische Verenfabriek Viod B.V. (Viod)
die is gevestigd in Breukelen (gemeente Stichtse Vecht)
advocaat: mr. J.F. Schulte
tegen
Autotechnics B.V. (Autotechnics)
die is gevestigd in Oldenzaal

1.De procedure bij de rechtbank

De rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, heeft bij beschikking van 28 mei 2025 het verzoek van Viod tot faillietverklaring van Autotechnics afgewezen.

2.De procedure bij het hof

2.1.
Bij op 4 juni 2025 bij het hof binnengekomen beroepschrift heeft Viod hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van 28 mei 2025. Viod verzoekt die beschikking te vernietigen en Autotechnics alsnog in staat van faillissement te verklaren.
2.2.
Het hof heeft kennisgenomen van:
- het beroepschrift
- het bericht van 10 juni 2025 namens Viod
- het bericht van 26 juni 2025 namens Viod
2.3.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 8 juli 2025, waarbij namens Viod de heer [naam1] is verschenen, bijgestaan door mr. Schulte. Namens Autotechnics is de heer [de indirect bestuurder van Autotechnics] (als indirect bestuurder) verschenen. Op de zitting heeft de heer [de indirect bestuurder van Autotechnics] zijn op schrift gestelde mondelinge toelichting (zonder bijlagen) verstrekt aan Viod en aan het hof en hij heeft de toelichting volledig voorgedragen. Er is aan de zijde van Viod geen bezwaar gemaakt tegen de overlegging van de mondelinge toelichting door de heer [de indirect bestuurder van Autotechnics] .

3.De motivering van de beslissing in hoger beroep

3.1.
Het hof zal de beschikking van de rechtbank vernietigen en Autotechnics alsnog in staat van faillissement verklaren. Deze beslissing wordt hierna toegelicht.
De kern van de zaak
3.2.
Viod heeft aan Autotechnics autoveren geleverd en daarvoor facturen verzonden. Autotechnics heeft die facturen deels onbetaald gelaten, volgens Viod voor in totaal een bedrag van € 738.068,58. Autotechnics heeft geklaagd over de kwaliteit van autoveren die tussen 2018 en 2021 door Viod zijn geleverd. Over de kwaliteit van de veren die zijn geleverd na 1 juli 2021 bestaat geen discussie. Volgens Autotechnics heeft Viod betalingen die Autotechnics na 1 juli 2021 heeft gedaan voor veren van de juiste kwaliteit administratief verwerkt op facturen die betrekking hebben op de eerder geleverde veren met de verkeerde kwaliteit, terwijl Autotechnics voor de laatstgenoemde veren niet hoeft te betalen. Volgens Viod verwijst Autotechnics bij haar betalingen niet (altijd) naar factuurnummers, zodat Viod de betalingen heeft verwerkt in lijn met artikel 6:44 lid 1 BW. Daarnaast stelt Viod dat ook als de betalingen niet zouden zijn verwerkt op facturen die zien op de veren waarover is geklaagd, er alsnog een vordering van Viod op Autotechnics resteert voor leveringen van na 1 juli 2021.
3.3.
De rechtbank heeft geoordeeld dat niet summierlijk is gebleken van het bestaan van feiten en omstandigheden die aantonen dat sprake is van een vorderingsrecht van Viod op Autotechnics.
Juridisch kader
3.4.
Het hof stelt voorop dat een faillietverklaring kan worden uitgesproken als summierlijk is gebleken van een ten tijde van de faillietverklaring bestaand vorderingsrecht van de aanvrager alsmede van het (op dit moment) bestaan van feiten en omstandigheden waaruit volgt dat de schuldenaar verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen. Dat de schuldenaar meer schuldeisers heeft (het zogenoemde pluraliteitsvereiste), is een noodzakelijke, maar niet een voldoende voorwaarde voor het aannemen van de hiervoor bedoelde toestand. Ook als aan het pluraliteitsvereiste is voldaan, moet worden onderzocht of de schuldenaar in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen.
Het vorderingsrecht van Viod
3.5.
Viod heeft in hoger beroep een overzicht overgelegd waarop de openstaande posten staan vermeld per 31 juli 2021. Daarnaast heeft zij de bankafschriften overgelegd waarop de betalingen staan die Autotechnics aan haar heeft verricht. Zij heeft toegelicht dat zij alle betalingen die Autotechnics na 31 juli 2021 heeft verricht met vermelding van een factuurnummer op die betreffende facturen in mindering heeft gebracht. Het gaat dan om facturen van vóór 1 juli 2021. Als die betalingen in mindering worden gebracht op het op 31 juli 2021 openstaande bedrag dan blijft er nog een openstaand bedrag van ruim € 125.000 over die betrekking heeft op de periode van vóór 1 juli 2021. Hieruit volgt volgens Viod dat zij - ook als zij de facturen die betrekking hebben op de veren waarover Autotechnics heeft geklaagd buiten beschouwing laat - een vordering heeft van ruim € 600.000 op Autotechnics. Hoewel uit deze berekening niet is vast te stellen wat de hoogte is van de vorderingen die na 1 juli 2021 zijn ontstaan en wat Autotechnics precies heeft betaald na 1 juli 2021, blijkt hieruit wel summierlijk van het bestaan van een opeisbare vordering van Viod op Autotechnics. Dat Autotechnics autoveren van Viod heeft afgenomen waarvoor zij niet heeft betaald, staat vast. Weliswaar stelt Autotechnics dat zij de vordering van Viod niet hoeft te betalen omdat een deel van de geleverde autoveren niet de juiste kwaliteit heeft, maar Autotechnics heeft de vordering van Viod onvoldoende concreet betwist. Autotechnics heeft niet duidelijk gemaakt hoeveel veren volgens haar niet voldoen en welke facturen zij om die reden niet verschuldigd zou zijn. Ook heeft Autotechnics niet onderbouwd welke stappen zij heeft ondernomen tegen de overeenkomsten met Viod die betrekking hebben op de levering van eventuele non-conforme veren, terwijl de veren zich kennelijk inmiddels vier jaar in de opslag van Autotechnics bevinden. Bovendien heeft Autotechnics betalingen verricht zonder daarbij duidelijk te maken op welke facturen die betalingen betrekking hadden, zodat het voor zowel Viod als voor het hof niet is vast te stellen welke facturen Autotechnics betwist en welke facturen zij heeft bedoeld te betalen. Hoewel het geschil tussen partijen een geschil over de uitvoering van hun overeenkomst betreft en het meer voor de hand had gelegen dat Viod haar vordering had laten vaststellen in een inhoudelijke procedure of dat zij een incassoprocedure was gestart, behoort ook een faillissementsaanvraag tot haar mogelijkheden. Dat zij daarvoor heeft gekozen, omdat zij in de veronderstelling is dat Autotechnics niet in de mogelijkheid zal zijn haar vordering te voldoen, is een keuze die haar vrijstaat.
De faillissementstoestand
3.6.
Viod verwijst voor de steunvordering naar een vordering van Apex Automotive B.V. van € 4.395. Op de zitting is namens Autotechnics bevestigd dat zij aan Apex Automotive B.V. een bedrag van € 4.000 is verschuldigd, maar dat die vordering om zakelijke redenen (nog) onbetaald is gelaten. Bovendien heeft Autotechnics bevestigd dat de steunvordering opeisbaar is. Daarmee staat vast dat sprake is van pluraliteit van schuldeisers.
3.7.
Het hof komt tot slot tot het oordeel dat Autotechnics in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen. Op de zitting heeft de (indirect) bestuurder verklaard dat het heel slecht gaat met Autotechnics, dat zij veel klanten is kwijtgeraakt en geen winst maakt. Ook heeft Autotechnics niet betwist dat zij structureel facturen van Viod onbetaald laat.
3.8.
Het hoger beroep slaagt. De beschikking waarvan beroep zal worden vernietigd en het hof zal beslissen zoals hierna is vermeld.

4.De beslissing

Het hof:
4.1.
vernietigt de beschikking van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, van 28 mei 2025 en beslist als volgt:
4.2.
verklaart Autotechnics B.V., gevestigd in Oldenzaal en kantoorhoudende in Almere (1349 BD) aan de Laura Bassihof 48, in staat van faillissement;
4.3.
benoemt tot rechter-commissaris het lid van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, mr. M.M. Verhoeven;
4.4.
stelt aan tot curator mr. F. Kolkman, advocaat bij Kolkman Advocaten voor ondernemers, kantoorhoudende aan Twentepoort Oost 55A, 7609 RG Almelo, telefoon: 0546-58 88 88;
4.5.
geeft aan de curator last tot het openen van aan de gefailleerde gerichte brieven.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.P.M. Hennekens, P.J. van der Korst en H. Wammes en is in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 15 juli 2025 om 14 uur.