ECLI:NL:GHARL:2025:3956
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Erkenning van een Syrische echtscheiding en de ontbinding van een huwelijk tussen Palestijnse vluchteling en Syrische vrouw
In deze zaak verzoekt de man het hof om de echtscheiding tussen hem en de vrouw uit te spreken, met als onderbouwing dat hij in 2017 in Syrië met haar is gehuwd. De man heeft een Syrische echtscheiding aangevraagd, maar het hof oordeelt dat deze niet kan worden erkend in Nederland. De man is als Palestijnse vluchteling geboren in Syrië en heeft sinds 2018 zijn verblijf in Nederland. De vrouw heeft een onbekende woonplaats en is niet verschenen tijdens de zitting. Het hof beoordeelt de erkenning van de Syrische echtscheiding aan de hand van de Nederlandse wetgeving, waarbij het hof concludeert dat de Syrische echtscheiding niet voldoet aan de voorwaarden voor erkenning onder artikel 10:57 BW. Het hof stelt vast dat de echtscheiding in Syrië niet door een rechter is uitgesproken, maar door de man zelf is geformaliseerd. Het hof komt tot de conclusie dat het huwelijk tussen partijen wel erkend kan worden, omdat het huwelijk volgens de Syrische wet rechtsgeldig is. Uiteindelijk spreekt het hof de echtscheiding uit, omdat de duurzame ontwrichting van het huwelijk niet is betwist.