Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
- bepaald dat de vrouw huurder zal zijn van de woning aan de [adres] te [woonplaats1] ;
- zowel aan de man als aan de vrouw de helft van de vier gouden armbanden, de gouden ketting en de gouden trouwring toegedeeld, zonder verrekening;
- bepaald dat ieder van partijen voor de helft draagplichtig is ten aanzien van de schuld aan de belastingdienst wegens teveel ontvangen kindgebonden budget in 2021.
4.De omvang van het geschil
Indien U Edelachtbare later van mening bent dat de rechtbank ten onrechte de goudstukken aan de man heeft toegedeeld, hetgeen de man niet verwacht, dan is hij te allen tijde bereid om gevolg te geven aan uw beschikking’.
5.De motivering van de beslissing
6.De slotsom
7.De beslissing
enkel voor zoverdaarin zowel aan de man als aan de vrouw de helft van de vier gouden armbanden, de gouden ketting en de trouwring zonder verrekening zijn toegedeeld (onderdeel 5.3 eerste streepje van het dictum van die beschikking), en in zoverre opnieuw beschikkende: