Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in het principaal hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om de hoofdverblijfplaats van de minderjarige, de verdeling van zorg- en opvoedingstaken, de bijschrijving op de zorgpolis en vervangende toestemming voor inschrijving op de basisschool. De ouders van de minderjarige, geboren in 2021, hebben in september 2022 hun relatie beëindigd en zijn sindsdien betrokken in een juridische strijd over de zorgregeling. De rechtbank Gelderland had eerder een zorgregeling vastgesteld, maar de moeder is in hoger beroep gegaan tegen de beslissing van de rechtbank. Het hof heeft de procedure in hoger beroep behandeld en de feiten en omstandigheden van de zaak opnieuw beoordeeld. De moeder heeft verzocht om het hoofdverblijf van de minderjarige bij haar te bepalen, terwijl de vader verzoekt om de bestreden beschikking te bekrachtigen. Het hof heeft vastgesteld dat de situatie van de moeder sinds de eerdere beschikking niet is veranderd en dat de vader een stabiele opvoedingssituatie biedt. De raad voor de kinderbescherming heeft ook geadviseerd om het hoofdverblijf bij de vader te bepalen. Het hof heeft de bestreden beschikking bekrachtigd en de vader vervangende toestemming verleend voor de bijschrijving van de minderjarige op zijn zorgpolis en voor de inschrijving op de basisschool. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.