Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Stichting Jeugdbescherming Brabant,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 januari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de alimentatieverplichting van de vader voor zijn zoon. De vader had eerder de hoofdverblijfplaats van de zoon toegewezen gekregen, maar de zoon verbleef feitelijk bij de moeder. De moeder had geprobeerd de uithuisplaatsing van de zoon tegen te houden en stelde dat zij alle kosten voor de verzorging en opvoeding van de zoon had gedragen. Het hof oordeelde dat de alimentatieverplichting van de vader voor de periode waarin de hoofdverblijfplaats bij hem was vastgesteld, op nihil moest blijven. De moeder had niet aangetoond dat zij daadwerkelijk kosten had gemaakt die de alimentatie rechtvaardigden. Het hof vernietigde de eerdere beschikking van de rechtbank Gelderland, waarin de alimentatie op nihil was vastgesteld, en bepaalde dat de vader vanaf 21 november 2024 weer de alimentatie moest betalen zoals eerder vastgesteld in 2014, verhoogd met indexering. De beslissing is genomen na een mondelinge behandeling waarbij beide ouders aanwezig waren, en is gepubliceerd op 21 januari 2025.