Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De procedure in eerste aanleg
2.De procedure in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 16 februari 2025;
- het verweerschrift met producties.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake partneralimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, heeft het hof verzocht om de partneralimentatie met ingang van 1 januari 2023 op nihil te stellen of de duur daarvan te limiteren naar twaalf maanden. De vrouw, verweerster in hoger beroep, heeft verweer gevoerd en vraagt het hof de man niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek of het verzoek af te wijzen en de bestreden beschikking te bekrachtigen. Het huwelijk van partijen is in 2022 ontbonden en er zijn geen minderjarige kinderen uit het huwelijk geboren. Bij beschikking van 21 oktober 2022 is de echtscheiding uitgesproken en is overeengekomen dat de man een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de vrouw zal betalen. Het hof heeft de grieven van de man, die onder andere betrekking hebben op de grove miskenning van de wettelijke maatstaven en wijziging van omstandigheden, verworpen. Het hof oordeelt dat de man onvoldoende heeft onderbouwd dat er sprake is van een grove miskenning van de wettelijke maatstaven en dat er geen wijziging van omstandigheden is die een aanpassing van de alimentatie rechtvaardigt. De vrouw is niet in staat om in haar eigen levensonderhoud te voorzien, wat het hof zwaar laat wegen. De slotsom is dat het hof de beschikking van de rechtbank Gelderland bekrachtigt en de man veroordeelt in de proceskosten van het hoger beroep.