Het hof is van oordeel dat de man met het door hem overgelegde overzicht van zijn inkomsten en lasten (productie 10 in hoger beroep) onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij onder het bestaansminimum komt indien hij de overeengekomen partneralimentatie moet blijven voldoen.
De man heeft in het door hem overgelegde overzicht van zijn inkomsten vermeld dat zijn inkomen inclusief teruggave van de belasting circa € 3.248,- per maand bedraagt en dat zijn vaste lasten inclusief de kinderalimentatie van € 437,82 per maand en de partneralimentatie van € 712,50 per maand in totaal € 3.210,32 per maand bedragen. Het hof leidt hieruit af dat er in ieder geval geen sprake is van een maandelijks tekort.
Voor het hof is niet inzichtelijk of de man dan ook al rekening heeft gehouden met het fiscaal voordeel waarop hij aanspraak heeft in verband met de partneralimentatie. De stelling van de man ter zitting dat hij € 3.000,- per maand verdient en € 1.100,- per maand aan alimentatie betaalt is, vanwege het fiscaal voordeel dat hij heeft in verband met de betaling van partneralimentatie, in ieder geval in ieder geval te kort door de bocht.
Verder heeft de man in zijn overzicht een post opgenomen voor de mobiele telefoon en internetkosten van [de jong-meerderjarige2] van € 95,- per maand. Duidelijk is geworden dat [de jong-meerderjarige2] deze kosten inmiddels zelf betaalt.
Daarnaast overweegt het hof dat de man een betaling van € 200,- per maand aan de deurwaarder heeft opgenomen in het overzicht in verband met het feit dat hij niet altijd de alimentatie heeft geïndexeerd en hierdoor een achterstand in de alimentatiebetalingen is ontstaan. Het hof heeft geen zicht op de hoogte van de achterstand en het komt voor rekening en risico van de man dat er een betalingsachterstand is ontstaan.
Tot slot overweegt het hof dat de man een maandelijkse last voor brandstof van € 120,- per maand, voor de autobelasting van € 124,- per maand en het lidmaatschap van de ANWB van € 10,- per maand in zijn overzicht heeft opgenomen. Dit zijn lasten die ter vrije keuze van de man staan en deze lasten hebben in ieder geval geen prioriteit boven de onderhoudsverplichting van de man jegens de vrouw.