Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
Jeugdbescherming Gelderland,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een tussenbeschikking van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin de omgangsregeling tussen de vader en zijn minderjarige dochter Anna ter discussie staat. De vader, vertegenwoordigd door mr. I.H. Grandjean, heeft hoger beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Gelderland, die op 15 februari 2022 een omgangsregeling had vastgesteld. De moeder, vertegenwoordigd door mr. E. Uijt de Boogaardt, verzet zich tegen de verzoeken van de vader en vraagt om bekrachtiging van de bestreden beschikking. De Jeugdbescherming Gelderland (GI) is ook betrokken bij de zaak en heeft de regie over de omgangsregeling. Het hof heeft op 10 april 2025 besloten om iedere beslissing aan te houden in afwachting van de voortgang van een traject bij een externe instantie, waarbij de ontwikkeling van de minderjarige in kaart wordt gebracht. De mondelinge behandeling zal in september 2025 worden voortgezet, waarbij partijen het hof zullen informeren over de ontwikkelingen in het traject. Het hof acht zich momenteel onvoldoende voorgelicht om een verantwoorde beslissing te nemen over de zorgregeling.