Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
- veroordeling van de verdachte voor de aan hem onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten;
- oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 1 maand, met een proeftijd van 1 jaar;
- oplegging van een taakstraf voor de duur van 60 uur, indien niet naar behoren verricht te vervangen door 30 dagen hechtenis;
- teruggave aan de verdachte van de inbeslaggenomen leenovereenkomst;
- onttrekking aan het verkeer van de overige inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen.
Het vonnis waarvan beroep
- verdachte voor de aan hem ten laste gelegde feiten veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 1 maand, met een proeftijd van 2 jaren en een taakstraf voor de duur van 80 uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door 40 dagen hechtenis;
- de teruggave aan verdachte gelast van de inbeslaggenomen leenovereenkomst;
- de overige inbeslaggenomen voorwerpen onttrokken aan het verkeer.
De tenlastelegging
hij in of omstreeks de periode van 13 februari 2018 tot en met 27 maart 2018 te [pleegplaats] opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [pleegadres] ) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 185, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 24 november 2017 tot en met 27 maart 2018 te [pleegplaats] een hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [netbeheerder] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking;
hij op of omstreeks 27 maart 2018 te [pleegplaats] opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 9,89 gram/17 pillen, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine), zijnde MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Beslissing op het verzoek tot het horen van een getuige
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij in de periode van 13 februari 2018 tot en met 27 maart 2018 te [pleegplaats] opzettelijk heeft geteeld en opzettelijk aanwezig heeft gehad in een pand aan de [straat] , een hoeveelheid van in totaal 185 hennepplanten, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II;
hij in de periode van 24 november 2017 tot en met 27 maart 2018 te [pleegplaats] een hoeveelheid elektriciteit toebehorende aan [netbeheerder] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
hij op 27 maart 2018 te [pleegplaats] opzettelijk aanwezig heeft gehad 17 pillen, bevattende MDMA, zijnde MDMA (3,4-methyleendioxymethamfetamine) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
In beslag genomen voorwerpen
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
gevangenisstrafvoor de duur van
1 (één) maand.
1 (één) jaaraan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: