ECLI:NL:GHARL:2025:1840

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
28 maart 2025
Publicatiedatum
28 maart 2025
Zaaknummer
21-002564-24
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging bewijsbeslissing en partiële vrijspraak in drugszaken met betrekking tot productie en aanwezigheid van harddrugs

In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 maart 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte, geboren in 1951, was eerder veroordeeld tot 24 maanden gevangenisstraf voor het medeplegen van voorbereidingshandelingen voor de productie van harddrugs en het aanwezig hebben van harddrugs. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en een nieuwe bewijsbeslissing genomen. De zaak betreft meerdere tenlasteleggingen, waaronder het voorbereiden en bevorderen van de productie van MDMA en amfetamine, en het voorhanden hebben van chemische stoffen die gebruikt worden voor de vervaardiging van deze drugs. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte samen met medeverdachten betrokken was bij het vervoeren en opslaan van grondstoffen voor de productie van synthetische drugs. Echter, het hof heeft ook een partiële vrijspraak uitgesproken voor bepaalde onderdelen van de tenlastelegging, omdat niet met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij het drugslab op een specifieke locatie. De uitspraak benadrukt de ernst van de betrokkenheid bij de drugshandel en de gevolgen voor de volksgezondheid. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002564-24
Uitspraak d.d.: 28 maart 2025
TEGENSPRAAK
Arrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 5 juni 2024 met parketnummer 18-204831-23 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1951,
wonende te [adres ] .

Het hoger beroep

Verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Het onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 14 maart 2025 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bevestiging van het vonnis van de rechtbank.
Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsvrouw,
mr. H.L.P. Fauser, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Bij het hierboven genoemde vonnis, waartegen het hoger beroep is gericht, heeft de rechtbank verdachte ter zake van het aan hem onder A en B impliciet cumulatief tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van voorarrest.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing en strafoplegging komt en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
A) (zaaksdossiers 6,8 en 9)
hij, (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 december 2022 tot en met 2 februari 2023, te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of
[plaats 4] en/of [plaats 5] en/of [plaats 6] en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en/of vervoeren, en/of opzettelijk vervaardigen, van een hoeveelheid MDMA en/of (met)amfetamine(olie), in elk geval een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen, en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen, en/of
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen
voorhanden heeft gehad, waarvan hij/zij, verdachte en/of zijn/haar mededader(s), wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk (zaaksdossier 6)
  • een productielocatie voor een drugslab te zoeken en/of te huren, en/of
  • (ten behoeve van dat drugslab) een/die locatie of opstal (aan of nabij de [adres 2] te [plaats 1] te) in te richten of doen/laten inrichten en/of (ook) ingericht te houden voor de productie van MDMA en/of (met)amfetamine(olie), in elk geval (een) middel(en) als vermeld op de lijst I van de Opiumwet, en/of
  • (daartoe) de stroomvoorziening naar die opstal/dat drugslab illegaal, buiten de elektriciteitsmeter om, aan te (doen/laten) leggen en/of te handhaven, en/of (aldus) elektriciteit, toebehorend aan [energiebedrijf] , door middel van braak/verbreking (in/aan de meter- en schakelkast) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, en/of
  • een of meer (daartoe bestemde) voorwerpen en/of stoffen, te weten een of meer pannen, vaten, kuipen, maatbekers en/of jerrycans en/of (gelaat/gas)maskers en/of handschoenen en/of gasflessen en/of een koelbuis en/of (kookreactie)ketel, (daartoe) in te kopen of te doen/laten inkopen en/of aan te leveren en/of te (doen/laten) vervoeren en/of te gebruiken, althans aanwezig/beschikbaar te hebben, en/of
  • een of meer (daartoe bestemde) (chemische) stoffen, te weten een (grote) hoeveelheid fosforzuur en/of BMK (in totaal aangetroffen ongeveer 120 liter) en/of aceton en/of natriumhydroxide en/of (een zout van) BMK-glycidezuur en/of tolueen en/of aceton en/of PMK (in totaal aangetroffen ongeveer 235 liter) en/of methylamine en/of methanol, althans (chemische) grond- en/of hulpstoffen voor de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs, (daartoe) in te kopen of te doen/laten inkopen en/of aan te leveren en/of te (doen/laten) vervoeren en/of op te slaan of te doen/laten opslaan en/of te bewerken, althans aanwezig/beschikbaar te hebben,
en/of (tevens) (zaaksdossier 8)
  • naar/in een loods/garagebox aan de [adres 3] te [plaats 3] te (doen/laten) vervoeren en/of (daar) op te slaan of te doen/laten opslaan, althans aanwezig/beschikbaar te hebben, een of meer voorwerpen en/of (chemische) stoffen, te weten een of meer jerrycans en/of (inhoudende) methylamine in methanol (in totaal aangetroffen ongeveer 420 liter) en/of methanol en/of fosforzuur, althans een hoeveelheid grondstoffen en/of hulpstoffen en/of tussenproducten voor de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs, en/of (tevens)
  • een of meer voorwerpen en/of (chemische) stoffen, vanaf die loods/garagebox naar een locatie in/nabij [plaats 7] of elders in Nederland, te (doen/laten) vervoeren, althans aanwezig/beschikbaar te hebben, in/met een Mercedes (invaliden)bus, te weten een of meer zakken en/of jerrycans en/of (inhoudende) fosforzuur (in totaal in die bus aangetroffen ongeveer 396 liter) en/of (een zout van) BMK-glycidezuur (in totaal in die bus aangetroffen ongeveer 100 kilogram), althans een hoeveelheid grondstoffen en/of hulpstoffen en/of tussenproducten voor de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs,
en/of (tevens), (zaaksdossier 9)
- naar/in een paardentrailer en/of bouwkeet en/of schuur/stal (aan/nabij de [adres ] te [plaats 4] te (doen/laten) vervoeren en/of (daar) op te slaan of te doen/laten opslaan, althans aanwezig/beschikbaar te hebben, een of meer voorwerpen en/of (chemische) stoffen, te weten een of meer vaten en/of jerrycans en/of (inhoudende) een hoeveelheid BMK en/of PMK en/of methylamine en/of fosforzuur en/of zwavelzuur en/of wijnsteenzuur en/of tolueen en/of aceton (in totaal aangetroffen ongeveer 845 liter), althans een hoeveelheid grondstoffen en/of hulpstoffen en/of tussenproducten voor en/of afvalstof van/bij de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs;
EN/OF
B) (zaaksdossiers 6 en 9)
hij, (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 december 2022 tot en met 2 februari 2023, te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, geleverd, afgeleverd, verstrekt en/of vervoerd, en/of vervaardigd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad,
(zaaksdossier 6),
- een (grote) hoeveelheid metamfetamine en/of MDMA, in een opstal/pand aan/nabij de [adres 2] te [plaats 1] ,
en/of (zaaksdossier 9),
- in totaal ongeveer) 8 liter metamfetamine(olie) en/of een hoeveelheid MDMA, (in een bouwkeet en/of schuur/stal) op een perceel aan/nabij de [adres ] te [plaats 2] ,
althans (telkens) een (grote) hoeveelheid van een materiaal of preparaat bevattende amfetamine en/of MDMA, in elk geval (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Partiële vrijspraak ten aanzien van het onder B tenlastegelegde

Op basis van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting kan het hof niet met voldoende mate van zekerheid vaststellen dat verdachte strafbare betrokkenheid heeft gehad bij het onder B ten laste gelegde drugslab aan de [adres 2] te [plaats 1] . Het hof zal verdachte daarom daarvan vrijspreken.

Overweging met betrekking tot de tenlastegelegde feiten

Standpunt van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de door de rechtbank uitgesproken bewezenverklaringen moeten worden bevestigd.
Standpunt van de verdediging
Onderdeel A – Zaaksdossier 6
Met de rechtbank is verdachte het eens dat voldoende bewijs aanwezig is voor het medeplegen van de voorbereiding van harddrugs door daarvoor bestemde chemische stoffen te (laten) vervoeren en op te slaan, behalve voor wat betreft de stoffen aangetroffen in de keet en paardentrailer.
Onderdeel A – Zaaksdossier 9
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken van betrokkenheid bij de stoffen die zijn aangetroffen in de bouwkeet en paardentrailer. Verdachte heeft de goederen er zelf niet gebracht en wist gelet op de omvang van het terrein niet dat er ook op die plekken druggerelateerde goederen aanwezig waren. Het bewijs van opslaan is beperkt tot de goederen die in de schuur in [plaats 2] zijn aangetroffen..Dit betreffen methylamine, fosforzuur, zwavelzuur, tolueen en aceton (ongeveer 400 liter). Voor wat betreft de andere stoffen (BMK, PMK, wijnsteenzuur, aceton (voor zover dat meer is dan die 400 liter) dient verdachte te worden vrijgesproken.
Onderdeel B – Zaaksdossier 6
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte geen relatie heeft tot het pand aan de [adres 2] te [plaats 1] , behalve dat hij daar een paar keer samen met [medeverdachte] is geweest om chemicaliën vanuit zijn schuur daar naartoe te vervoeren. Verdachte had van [medeverdachte] begrepen dat de productie van MDMA niet mogelijk was, zodat niet kan worden gesproken van een aanmerkelijke kans op de aanwezigheid van drugs. Onder verwijzing naar een conclusie van advocaat-generaal P.C. Vegter heeft zij aangevoerd dat van gemakkelijk bereik of rechtstreekse feitelijke beschikking geen sprake is geweest en dat verdachte daarom moet worden vrijgesproken. Voorts is bepleit dat hetgeen aan MDMA en metamfetamine is aangetroffen voor het overgrote deel een mengsel van diverse stoffen waaronder drugs betreft, waarbij wordt genoteerd dat het om een lage concentratie gaat. Van de tenlastegelegde ‘grote hoeveelheid’ is geen sprake.
Onderdeel B – Zaaksdossier 9
Verdachte heeft gezien dat chemicaliën in de schuur bij zijn woning in [plaats 2] stonden en heeft deze samen met [medeverdachte] naar het drugslab vervoerd. Het zou dan ook gaan om grond- of hulpstoffen. Verdachte is zich er niet van bewust geweest dat mogelijk ook drugsafval (met daarin MDMA) of eindproducten in zijn schuur aanwezig zouden zijn. Dat past ook bij de verklaring van verdachte dat de MDMA-productie niet wilde lukken. In dat geval is geen sprake van het opzettelijk aanwezig hebben, en dient verdachte van dat onderdeel te worden vrijgesproken. In de schuur bij de woning in [plaats 2] is een kleine hoeveelheid MDMA in aceton aangetroffen (totaal 7 liter). Ten aanzien van de paardentrailer en keet geldt dat geen sprake is van opzettelijk aanwezig hebben en dus dient verdachte hiervan eveneens te worden vrijgesproken.
Het oordeel van het hof [1]
Het hof komt tot dezelfde bewezenverklaring als de rechtbank, met uitzondering van de hiervoor genoemde partiële vrijspraak. Het hof kan zich vinden in de navolgende overwegingen van de rechtbank. Het hof neemt die overwegingen over en maakt die tot de zijne. Waar ‘de rechtbank’ staat, dient ‘het hof’ te worden gelezen.

Zaaksdossier 8

Feiten en omstandigheden
Op 11 januari 2023 heeft medeverdachte [medeverdachte] samen met verdachte een ontmoeting gehad bij de [locatie] in [plaats 8] met onder andere een persoon genaamd [medeverdachte 2] . [2] Uit de politiesystemen blijkt dat laatstgenoemde een grote speler is in het criminele circuit en dan met name in de productie van synthetische drugs. [3] Verdachte heeft over deze ontmoeting verklaard dat beide partijen er op dat moment niet uit zijn gekomen. Naderhand heeft verdachte gehoord dat [medeverdachte] toch voor de andere partij is gaan werken, maar dat [medeverdachte] het heeft verknald en dat daarom de spullen terug moesten naar [plaats 7] . [4] Uit telefoontaps blijkt dat op 2 februari 2023 er geen medewerking zou zijn van iemand waar [medeverdachte] op had gerekend. Deze persoon zou in de ochtend komen met een bestelauto om spullen op te halen en weg te brengen. [medeverdachte] voelde zich voor het blok gezet, in zijn eigen woorden: met zijn kop onder het hakmes. Vervolgens heeft [medeverdachte] met medeverdachte [medeverdachte 3] gebeld en heeft [medeverdachte] tegen [medeverdachte 3] gezegd dat hij een "vet groot, groot probleem" heeft en bij [medeverdachte 3] langs wil gaan. [5] Op het voertuig van [medeverdachte 3] , een Mercedes Sprinter , en het voertuig van [medeverdachte] waren bakens aangebracht teneinde de bezochte locaties te achterhalen. Uit de op de voertuigen in gebruik bij [medeverdachte 3] en [medeverdachte] geplaatste plaatsbepalingsbakens blijkt dat beide voertuigen tegelijkertijd op 2 februari 2023 tussen 10:57 uur en 11:13 uur aanwezig zijn bij [adres 3] te [plaats 3] . [6] Het observatieteam ziet de Mercedes Sprinter geparkeerd staan ter hoogte van de achterste loods aan de [adres 3] te [plaats 3] , met de achterzijde naar de loods toe. [7] [medeverdachte] heeft bij de politie verklaard dat hij heeft meegeholpen met het laden van jerrycans in de bus van [medeverdachte 3] en dat de bedoeling was dat [medeverdachte 3] de goederen zou vervoeren naar Brabant. [8] Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat ook hij heeft meegeholpen met het laden van de goederen uit de betreffende loods in de bus van verdachte. [9] [medeverdachte 3] is na het laden van de bus vertrokken en vervolgens aangehouden op de [locatie] nabij [plaats 6] . Uit zijn navigatiesysteem en een aangetroffen briefje in de bus blijkt dat [medeverdachte 3] op weg was naar een adres te [plaats 7] . [10]
Op de laadvloer van de genoemde Mercedes Sprinter werd in totaal 396 liter fosforzuur en 100 kilogram aan BMK-glycidezuur aangetroffen. Met behulp van fosforzuur kan BMK-glycidezuur worden omgezet in benzylmethylketon (BMK). BMK betreft een precursor voor amfetamine en/of metamfetamine. Met de hoeveelheid van 100 kilogram BMK-glycidezuur kan naar schatting 28 liter gedestilleerde amfetamineolie worden vervaardigd. [11]
Oordeel van de rechtbank
Op basis van voornoemde bewijsmiddelen kan worden vastgesteld dat verdachte op 2 februari 2023 samen met medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte 3] aanwezig is geweest bij een loods in [adres 3] te [plaats 3] . Verdachte en [medeverdachte] hebben daar goederen (zakken en jerrycans) in de Mercedes Sprinter van [medeverdachte 3] geladen. Vervolgens is [medeverdachte 3] met zijn bus in de richting van [plaats 7] gereden om de goederen aldaar af te leveren. Ook is verdachte door [medeverdachte] meegenomen naar een afspraak, op 11 januari 2023 bij de Burger King in [plaats 8] , met een grote speler in het drugscircuit, voor wie [medeverdachte] (kennelijk) enorm ontzag had. Hieruit volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte volledig geïnformeerd is geweest over de plannen om harddrugs te produceren. Tevens heeft verdachte ter terechtzitting verklaard dat hij wist dat [medeverdachte] bezig is geweest met een drugslab in [plaats 1] . [12]
Bij de aanhouding op 2 februari 2023 van medeverdachte [medeverdachte 3] op de [locatie] ter hoogte van [plaats 6] hebben de verbalisanten op de laadvloer meerdere zakken en jerrycans aangetroffen. Na onderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) is vastgesteld dat het gaat om 396 liter fosforzuur en 100 kilogram aan BMK-glycidezuur. Met behulp van beide (chemische) stoffen kan benzylmethylketon (BMK) worden vervaardigd, een precursor voor amfetamine en/of metamfetamine.

Zaaksdossier 9

Feiten en omstandigheden
Verdachte en medeverdachte [medeverdachte] zijn op 2 februari 2023 - na het laden van de bus van medeverdachte [medeverdachte 3] in [plaats 3] - aangehouden op het erf van het perceel [adres ] te [plaats 2] . [13] Uit onderzoek blijkt dat [medeverdachte] nagenoeg dagelijks met zijn Opel Corsa één keer of vaker het adres [adres ] te [plaats 2] bezoekt. Op dit adres is verdachte woonachtig. [14] Op voornoemde dag heeft er een doorzoeking plaatsgevonden op dit adres. Door de verbalisanten zijn in de paardentrailer, de bouwkeet en de schuur op het perceel aan de [adres ] te [plaats 2] chemicaliën aangetroffen. Na onderzoek door het NFI is vastgesteld dat de aangetroffen goederen op de hiervoor vermelde plekken gevuld zijn met vloeistoffen, waaronder aceton (in totaal 845 liter), zwavelzuur, tolueen, wijnsteenzuur, MDMA, PMK, BMK, metamfetamine (8 liter), methylamine in methanol en fosforzuur. [15] Uit het NFI rapport volgt dat BMK (benzylmethylketon) een grondstof voor (met)amfetamine is.
Het hof vult hier op aan:
Volgens het NFI rapport bevatte de inhoud uit de in de P (paardentrailer) aangetroffen jerrycans, blikken en zakken sporen van aceton, zwavelzuur, tolueen en wijnsteenzuur. In K1 (de bouwkeet) bevonden zich 15 jerrycans van 30 liter, die geheel waren gevuld zijn met een licht zuur bruin heldere vloeistof met de geur van
aceton. Uit de analyse van het NFI volgt dat er MDMA en PMK in een sterk mengsel van aceton en water zaten. In K2 (de bouwkeet) is een één witte emmer van 50 liter aangetroffen, gevuld met circa 20 liter basische bruine olieachtige vloeistof. Het NFI constateert dat hierin BMK en metamfetamine aanwezig is. Daarnaast zijn in K3 (de bouwkeet) twee jerrycans van 5 liter met in totaal circa 8 liter en zeven jerrycans van met in totaal 30 liter basische bruine olieachtige vloeistof aangetroffen. Hierin bevond zich metamfetamine. Voorts is daaruit gebleken dat in S4 (de schuur) een witte jerrycan bevond met een inhoudsmaat van 10 liter, gevuld met circa 7 liter bruine heldere vloeistof met de geur van aceton. Dit bevatte MDMA en aceton. [16]
In relatie tot drugs is PMK
(piperonylmethylketon) een grondstof voor MDMA. Methylamine kan worden gebruikt als grondstof voor de vervaardiging van MDMA (uit PMK) of metamfetamine (uit BMK). Bepaalde vormen van wijnsteenzuur kunnen gebruikt worden bij de bewerking van metamfetamine, namelijk de scheiding van d- en l- metamfetamine. Fosforzuur, zwavelzuur, aceton en tolueen kunnen in relatie tot drugs worden gebruikt bij de vervaardiging en/of bewerking van diverse drugs en drugsprecursoren. [17]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat medeverdachte [medeverdachte] de chemicaliën die zijn aangetroffen in de paardentrailer, de bouwkeet en de schuur daar heeft neergezet, ter bewaring voor iemand anders. Na het aantreffen, door verdachte, van de spullen die door [medeverdachte] waren gestald in de schuur, heeft verdachte gezegd dat deze spullen weg moesten en heeft hij samen met [medeverdachte] deze spullen vervoerd naar het drugslab te [plaats 1] . Op dat moment wist hij dat het drugsgerelateerde chemicaliën betrof die geheim moesten blijven en waar de politie problemen over zou kunnen maken. [18]
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank is gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen van oordeel dat verdachte - kort gezegd - grondstoffen, hulpstoffen, tussenproducten en afvalstoffen voor de vervaardiging en/of bewerking van (synthetische) drugs voorhanden heeft gehad.
De rechtbank acht de verklaring van verdachte dat hij geen wetenschap heeft gehad van de chemicaliën in de paardentrailer en bouwkeet ongeloofwaardig gelet op de context waarin de feiten zich hebben afgespeeld en voorts gelet op de verregaande en veelvuldige betrokkenheid van verdachte bij de drugshandel van medeverdachte [medeverdachte] . De rechtbank neemt hierbij tevens in aanmerking dat verdachte samen met [medeverdachte] aanwezig is geweest bij een afspraak met een grote speler in het drugscircuit, dat er al eerder een drugslab is ontmanteld op het adres van verdachte waar [medeverdachte] eveneens bij betrokken was [19] en dat alle chemicaliën zijn aangetroffen op het erf bij de woning van verdachte.

Zaaksdossier 6

Feiten en omstandigheden
Op 2 februari 2023 wordt in een gebouw naast het verblijfsadres van medeverdachte [medeverdachte] aan de [adres 2] te [plaats 1] een drugslab aangetroffen. Op advies van het Team Landelijke Faciliteit Ontmantelen (hierna: LFO) hebben de aanwezige verbalisanten de stroomtoevoer naar de ketel afgesloten. Nadat de Adviseur Gevaarlijke Stoffen (AGS) ter plaatse kwam en hij op de hoogte werd gesteld van het stopzetten van de kookreactieketel, gaf hij aan dat het stopzetten van de chemische reactie een explosie tot gevolg had kunnen hebben wanneer het chemisch proces in een onvoltooid stadium zou zijn geweest. [20] Gezien de aangetroffen situatie en het aangetroffen afval heeft het LFO vastgesteld dat op voornoemde locatie al enige tijd (synthetische)drugs zijn vervaardigd en/of bewerkt. Uit nader onderzoek is gebleken dat in ieder geval metamfetamine en MDMA zijn vervaardigd en/of bewerkt. In het drugslab zijn, naast - onder andere - waterstofgascilinders, een inductiekookplaat en een RVS-kookreactieketel, ook chemicaliën aangetroffen, waaronder ongeveer 235 liter PMK. Uit analyse door het NFI blijkt dat ongeveer 60 liter van deze vloeistof PMK en MDMA in aceton bevat en ongeveer 175 liter PMK, methylamine en een lage concentratie MDMA in methanol. In relatie tot drugs is PMK een grondstof voor MDMA en methylamine kan worden gebruikt als grondstof voor de vervaardiging van MDMA of metamfetamine. Tevens is metamfetamine en BMK aangetroffen, een grondstof voor (met)amfetamine. [21] In het drugslab zijn tevens twee gasmaskers in beslag genomen en na nader onderzoek door het NFI blijkt dat het DNA van verdachte
op één van de gasmaskers is aangetroffen. [22]
Zoals hiervoor vermeld heeft verdachte verklaard dat hij wist dat medeverdachte [medeverdachte] bezig is geweest met een drugslab te [plaats 1] en heeft hij tweemaal samen met [medeverdachte] chemische (grond)stoffen van zijn woning naar dit drugslab vervoerd. De eerste keer heeft hij alleen de kofferbak van zijn auto open gedaan en de tweede keer heeft hij geholpen met het tillen van de grondstoffen naar het drugslab. Hierbij heeft hij een gasmasker gedragen (…). [23]
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank kan niet vaststellen dat verdachte een aandeel heeft gehad in het huren, de opbouw, de (illegale) stroomvoorziening en de inrichting van het drugslab aan de [adres 2] te [plaats 1] en zal verdachte dan ook van dit onderdeel van de tenlastelegging vrijspreken.
De rechtbank komt op grond van de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen wel tot het oordeel dat verdachte grond- en hulpstoffen voor de vervaardiging en bewerking van (synthetische) drugs heeft vervoerd en opgeslagen.
(..)
Verdachte heeft verklaard dat hij wist dat [medeverdachte] bezig was met een drugslab in [plaats 1] en verdachte heeft daaraan een bijdrage geleverd door in ieder geval tweemaal chemische (grond)stoffen van zijn woning naar het drugslab te [plaats 1] te vervoeren.
Tevens is het DNA van verdachte aangetroffen op een gasmasker dat in het drugslab is aangetroffen.
Aanvulling van gronden
Ter aanvulling overweegt het hof als volgt.
Onderdeel A
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte inzake Zaakdsdossiers 6, 8 en 9 samen met medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte 3] de bereiding en verkoop van harddrugs heeft voorbereid. Verdachte heeft daarbij ook ter terechtzitting van het hof aangegeven samen met [medeverdachte] meerdere malen chemicaliën te hebben vervoerd en afgeleverd vanaf zijn woonadres [plaats 2] naar de locatie van [medeverdachte] in [plaats 1] . [24] Bij de politie heeft verdachte daarover verklaard dat hij heeft geholpen met het vervoeren van grondstoffen met betrekking tot het drugslab naar naar het drugslab in [plaats 1] . [25]
Op grond van de door de rechtbank op juiste gronden gedane vaststelling dat verdachte volledig geïnformeerd was over de plannen van [medeverdachte] om harddrugs te produceren, zijn de concrete bijdragen aan die plannen in de vorm van zijn betrokkenheid bij voornoemde drie ten laste gelegde situaties dusdanig dat gesproken kan worden van een nauwe en bewuste samenwerking tussen hen tot het voorbereiden van harddrugsproductie.
Onderdeel B Schuur, Paardentrailer en bouwkeet
In aanvulling op de rechtbank overweegt het hof dat vastgesteld moet worden dat verdachte wisselend heeft verklaard over de wetenschap van de stoffen die zijn aangetroffen op zijn erf in de paardentrailer en in de bouwkeet. Zo heeft hij – nadat hij zich in eerdere verhoren op zijn zwijgrecht heeft beroepen – op 30 mei 2023 verklaard dat het spul wat bij hem in de schuur is aangetroffen door een ander is gebracht, desgevraagd dat hij [medeverdachte 4] een paar keer heeft gezien, weet dat hij suikerziekte heeft en een Brabander is. [medeverdachte] heeft hem een keer meegenomen en heeft hem aan verdachte voorgesteld. [medeverdachte] en [medeverdachte 4] spreken de eerste keer ergens af en dan neemt [medeverdachte] hem mee naar de boerderij van verdachten zodat hij in het vervolg niet over de telefoon hoeft te zeggen waar ze elkaar ontmoeten en zegt dan bij die OUWE. Wanneer [medeverdachte] voortaan over die OUWE sprak dan wist [medeverdachte 4] wie hij bedoelde want [medeverdachte] heeft verdachte voorgesteld als zijnde de OUWE. [medeverdachte 4] kwam dan niet voor verdachte maar kwam voor [medeverdachte] . [medeverdachte 4] kwam wel eens langs om zijn spullen op te halen bij verdachte. Verdachte heeft aldus zijn verklaring bij de politie gezien dat die Brabander [medeverdachte 4] geld aan [naam] (het hof begrijpt uit de vraagstelling van de politie: de eigenaar van de woning met drugslab in [plaats 1] ) heeft gegeven. Het was geen benzine geld.
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep heeft verdachte evenwel verklaard dat hij niet wist dat er spullen bij hem lagen die van [medeverdachte 4] waren en dat hij [medeverdachte 4] slechts één keer heeft gezien op zijn terrein. Hij is toen niet voorgesteld door [medeverdachte] aan [medeverdachte 4] , maar heeft [medeverdachte 4] van een afstand waargenomen. [medeverdachte 4] zou nooit langs zijn geweest om spullen op te halen of te brengen.
Het hof constateert dat de wisselende verklaringen van verdachte de betrouwbaarheid en geloofwaardig niet ten goede komen. Het hof acht met de rechtbank de verklaringen van verdachte ten aanzien van zijn wetenschap van de aangetroffen goederen op het erf in de keet en de paardentrailer ongeloofwaardig. De spullen zijn op verschillende plaatsen aangetroffen op het erf van verdachte, in een schuur, in een paardentrailer en bouwkeet die aan hem en zijn vrouw toebehoorden. Verdachte was ook woonachtig op dat erf. Verdachte heeft meegedeeld dat hij op de hoogte was van de aanwezigheid van verschillende – kort gezegd – illegale stoffen in zijn schuur. Gelet ook op de overige vastgestelde intense betrokkenheid van verdachte bij de drugsactiviteiten van [medeverdachte] waaronder het gezamenlijk vervoer vanaf zijn erf van grondstoffen samen met [medeverdachte] naar het drugslab in [plaats 1] en gezamenlijk laden en vervoer met [medeverdachte] en [medeverdachte 3] vanuit [plaats 3] , kan het niet anders zijn dan dat verdachte wetenschap en beschikkingsmacht had ook met betrekking tot de in de paardentrailer en keet aangetroffen goederen. Dat de bouwkeet en de paardentrailer achter op het terrein van verdachte zijn gesitueerd en dat verdachte deze vanuit zijn woning niet kon zien, maakt dit niet anders. Op grond van de bewijsmiddelen is het hof daarbij van oordeel dat sprake is van opzettelijk handelen

Bewezenverklaring

Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
A) (zaaksdossiers 6, 8 en 9)
hij, (op verschillende tijdstippen) in de periode van 1 december 2022 tot en met 2 februari 2023, te [plaats 2] en [plaats 3] en [plaats 6] en/of elders in Nederland, meermalen, telkens tezamen en in vereniging met een of meer anderen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en/of vervoeren, en/of opzettelijk vervaardigen, van een hoeveelheid MDMA en/of (met)amfetamine(olie),
  • zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen, en/of
  • voorwerpen en stoffen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en zijn mededaders, wisten of ernstige reden hadden om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, opzettelijk
(zaaksdossier 6)
- (chemische) grond- en/of hulpstoffen voor de vervaardiging en/of bewerking van
(synthetische) drugs, te vervoeren en op te slaan,
en
(zaaksdossier 8)
- ( (chemische) stoffen, vanaf die loods/garagebox naar een locatie in/nabij te doen/laten vervoeren, in een Mercedes (invaliden)bus, te weten een of meer zakken en jerrycans inhoudende fosforzuur (in totaal in die bus aangetroffen ongeveer 396 liter) en/of (een zout van) BMK-glycidezuur (in totaal in die bus aangetroffen ongeveer 100 kilogram),
en
(zaaksdossier 9)
- in een paardentrailer en bouwkeet en schuur/stal (aan/nabij de [adres ] te [plaats 2] op te slaan, (chemische) stoffen, te weten vaten en/of jerrycans (inhoudende) een hoeveelheid BMK, PMK, methylamine, fosforzuur, zwavelzuur, wijnsteenzuur, tolueen en aceton (in totaal aangetroffen ongeveer 845 liter),
EN
B) (zaaksdossier 9)
Hij, in de periode van 1 december 2022 tot en met 2 februari 2023, te [plaats 2] en/of elders in Nederland tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad,
(zaaksdossier 9),
- ( (in totaal ongeveer) 8 liter metamfetamine(olie) en een hoeveelheid MDMA, (in een bouwkeet en/of schuur/stal) op een perceel aan/nabij de [adres ] te [plaats 2] , zijnde middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen, door zich of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit te verschaffen en voorwerpen en stoffen voorhanden te hebben, waarvan hij weet of ernstige redenen heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit, meermalen gepleegd, en
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.

Strafbaarheid van verdachte

Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.

Oplegging van straf

De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van de bewezenverklaarde feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof kan zich vinden in de navolgende strafmaatoverwegingen van de rechtbank. Het hof neemt die overwegingen over en maakt die tot de zijne.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van de voorbereiding van de productie van synthetische drugs en het voorhanden hebben van (grondstoffen voor het vervaardigen van) metamfetamine en/of MDMA. Harddrugs zijn schadelijke stoffen voor de volksgezondheid. Door de verspreiding van deze verdovende middelen en het gebruik ervan wordt niet alleen de volksgezondheid ernstig bedreigd, maar de ervaring leert ook dat dit dikwijls gepaard gaat met andere vormen van criminaliteit. De handel in harddrugs is regelmatig de oorzaak van geweldsexplosies, waarmee ook onschuldige en nietsvermoedende burgers worden geconfronteerd. Voorgaande is ook de reden dat er op het plegen van dergelijke Opiumwet-feiten met betrekking tot harddrugs strenge straffen staan.
Persoonlijke omstandighedenUit het rapport van de reclassering (het hof begrijpt: van 14 mei 2024) blijkt dat verdachte zijn aandeel bagatelliseert en dat het daarom moeilijk is om verbanden te leggen tussen de verdenking en de verschillende leefgebieden. Afgaande op verdachte zijn verhaal ziet de reclassering het sociaal netwerk evenals de manier waarop hij met anderen omgaat (vol vertrouwen en naïef) als risicovol. Het is niet volledig in te schatten of sprake is van een te groot vertrouwen of naïviteit of dat er toch gedacht moet worden aan een pro-criminele, opportunistische houding. Verder worden op de verschillende leefgebieden geen problemen gesignaleerd. De woonsituatie is stabiel, de financiële situatie is gezond, echter is onduidelijk in hoeverre dit komt door het overtreden van de Opiumwet en de mogelijk gemaakte winst hieruit, er zijn geen problemen met alcohol of drugsgebruik en de familierelaties zijn stabiel. Verdachte heeft inmiddels de pensioengerechtigde leeftijd bereikt en houdt zich bezig met klussen op zijn erf en het verzorgen van dieren. Het recidiverisico wordt ingeschat als gemiddeld omdat gesproken kan worden van een patroon van verdenkingen aangaande overtredingen van de Opiumwet. Bij een veroordeling wordt een straf zonder bijzondere voorwaarden geadviseerd omdat interventies of toezicht niet geïndiceerd zijn
Het hof vult daarop het volgende aan.
Het hof heeft gelet op het uittreksel uit de justitiële documentatie van 6 februari 2025. Hieruit volgt dat verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
Daarnaast heeft het hof ook gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals die uit het dossier blijken en zoals die door verdachte ter terechtzitting zijn toegelicht.
Het hof acht in beginsel gelet op aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten en de rol van verdachte in het geheel de door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van voorarrest, passend en geboden. Gelet op de omstandigheid dat het hof minder onderdelen heeft bewezenverklaard en gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte ziet het hof aanleiding om een deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen.
Alles afwegende en in onderlinge samenhang bezien acht het hof passend en geboden de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met aftrek van voorarrest en met een proeftijd van 3 jaren.
De voorwaardelijke gevangenisstraf moet verdachte bewegen om, na afloop van zijn detentie en daaropvolgende behandeling, zich te onthouden van het plegen van (soortgelijke) strafbare feiten.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Het hof heeft gelet op de artikelen 2, 10 en 10a van de Opiumwet en de artikelen 14a, 14b, 14c, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
10 (tien) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Aldus gewezen door
mr. J. Dolfing, voorzitter,
mr. Z.J. Oosting en mr. F.E.J. Goffin, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. G.A.G. van Essen, griffier,
en op 28 maart 2025 ter openbare terechtzitting uitgesproken.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt tenzij anders vermeld bedoeld een
2.PV van bevindingen d.d. 16 januari 2023 - pagina 675 e.v. en PV van bevindingen d.d. 31 januari 2023 - pagina 703 e.v.
3.PV zaaksdossier (ZD008 Onderscheppen transport naar [plaats 7] op 02-02-2023 en inhoud [adres 3] te [plaats 3] d.d. 16 juni 2023 - pagina 303.
4.PV van verhoor verdachte d.d. 30 mei 2023 - pagina 1277.
5.PV van bevindingen d.d. 2 februari 2023 - pagina 717 e.v.
6.PV van bevindingen d.d. 2 februari 2023 - pagina 1139 e.v.
7.PV van observatie 2 februari 2023 d.d.7 februari 2023 - pagina 1144 e.v.
8.PV van verhoor verdachte [medeverdachte] (inclusief bijlagen) d.d. 9 februari 2023 - pagina 1192 e.v.
9.De door verdachte op de terechtzitting van 22 mei 2024 afgelegde verklaring.
10.PV van bevindingen d.d. 8 februari 2023 - pagina 760 e.v. en PV van bevindingen d.d. 6 maart 2023 - pagina 864 e.v.
11.PV van bevindingen d.d. 20 februari 2023 - pagina 952 e.v. en NFI rapport d.d. 17 maart 2023 – pagina 971 e.v.
12.De door verdachte op de terechtzitting van 22 mei 2024 afgelegde verklaring.
13.PV van bevindingen d.d. 2 februari 2023 - pagina 717 e.v.
14.PV zaaksdossier (ZD009 Drugsprecursoren/drugsafval en diefstal elektriciteit [adres] te [plaats] ) d.d. 23 juni 2023 - pagina 318 e.v.
15.PV van bevindingen d.d. 13 februari 2023 - pagina 1006 e.v. en NFI rapport d.d. 30 maart 2023 – pagina 1027 e.v.
16.NFI rapport d.d. 30 maart 2023 – pagina 1007 t/m 1009;
17.NFI rapport d.d. 30 maart 2023 - pagina 1027 e.v.
18.De door verdachte op de terechtzitting van 22 mei 2024 afgelegde verklaring.
19.PV zaaksdossier (ZD009 Drugsprecursoren/drugsafval en diefstal elektriciteit [adres ] te [plaats 2] d.d. 23 juni 2023 - pagina 321.
20.PV van verhoor verdachte [medeverdachte] (inclusief bijlagen) d.d. 9 februari 2023 - pagina 1192 e.v. en PV van bevindingen d.d. 19 mei 2023 - pagina 939 e.v.
21.PV van bevindingen d.d. 21 april 2023 - pagina 976 e.v. en NFI rapport d.d. 20 april 2023 - pagina 1000 e.v.
22.PV van bevindingen d.d. 4 februari 2023 - pagina 28 (procesdossier deel 9) en NFI rapport d.d. 5 juli 2023 - pagina 7 e.v. (Aanvullend procesdossier; 1e aanvulling einddossier Draf).
23.De door verdachte op de terechtzitting van 22 mei 2024 afgelegde verklaring.
24.Proces-verbaal ter terechtzitting hof d.d. 14 maart 2025
25.PV van verhoor verdachte d.d. 30 mei 2023 - pagina 1280 e.v.