ECLI:NL:GHARL:2025:1718

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
13 maart 2025
Publicatiedatum
25 maart 2025
Zaaknummer
TBS P24-327
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de beslissing tot verlenging van de terbeschikkingstelling

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 13 maart 2025 uitspraak gedaan in het beroep van de terbeschikkinggestelde tegen de beslissing van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 4 september 2024. De rechtbank had de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar verlengd. Het hof heeft echter geoordeeld dat het recidiverisico van de terbeschikkinggestelde zodanig is teruggebracht dat verlenging van de terbeschikkingstelling niet langer noodzakelijk is. De enkele omstandigheid dat de terbeschikkinggestelde nog niet beschikt over een eigen woning is onvoldoende om de maatregel te verlengen.

Tijdens de zitting op 27 februari 2025 heeft het hof de advocaat-generaal, mr. A. Kooij, en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman, mr. J.A.W. Knoester, gehoord. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot vernietiging van de beslissing van de rechtbank en tot afwijzing van de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling afgewezen.

Het hof heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde hard aan zichzelf heeft gewerkt en abstinent is van hard drugs. Hij heeft laten zien dat hij in staat is om adequaat te reageren op stressvolle situaties door tijdelijk in een hotel te verblijven. Het hof concludeert dat de veiligheid van anderen niet langer vereist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, en heeft daarom de beslissing van de rechtbank vernietigd.

Uitspraak

TBS P24/327
Beslissing van 13 maart 2025
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1987,
wonende aan [adres] te [plaats] ,
verder te noemen de terbeschikkinggestelde.
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 4 september 2024. Deze beslissing houdt in de verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar.
Het hof heeft gelet op dezelfde stukken als de rechtbank en daarnaast op:
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van 16 september 2024 waarbij de terbeschikkinggestelde beroep heeft ingesteld;
- de aanvullende informatie van SVG Reclassering Limburg van 13 februari 2025.
Het hof heeft ter zitting van 27 februari 2025 gehoord de advocaat-generaal, mr. A. Kooij, en de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman, mr. J.A.W. Knoester, advocaat te 's-Gravenhage.

Overwegingen

Het standpunt van de terbeschikkinggestelde
De raadsman heeft verzocht de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling af te wijzen. Een verlenging van de terbeschikkingstelling is niet noodzakelijk. De terbeschikkinggestelde bevindt zich niet meer in een crimineel netwerk en gebruikt geen cocaïne meer. Hij is de afgelopen periode twee keer uit een stressverhogende situatie gestapt toen dat nodig was door tijdelijk in een hotel te gaan slapen. Ook bij een verlenging van de terbeschikkingstelling heeft de terbeschikkinggestelde geen garantie op een woning via Woningkans.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot vernietiging van de beslissing van de rechtbank en tot afwijzing van de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling.
Er wordt niet meer voldaan aan de wettelijke vereisten tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Het recidiverisico wordt ingeschat als matig-hoog, maar dat is vooral gelegen in het ontbreken van een eigen woning. De reclassering vindt het daarom niet wenselijk om de terbeschikkingstelling nu al te beëindigen. De advocaat-generaal begrijpt dat standpunt van de reclassering, maar acht de verlenging toch niet noodzakelijk. De terbeschikkinggestelde heeft de afgelopen periode laten zien dat hij heeft geleerd om afstand te nemen van een lastige situatie door in een hotel te gaan slapen. Hij volgt tips en adviezen op en is goed in contact.
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing waarvan beroep vernietigen, omdat het tot een andere beslissing komt.
Overweging
Het hof is met de raadsman en de advocaat-generaal van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen inmiddels niet langer verlenging van de terbeschikkingstelling vereist en dat daarom, met vernietiging van de beslissing waarvan beroep, de vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling dient te worden afgewezen.
Het recidiverisico is zodanig teruggebracht dat verlenging van de terbeschikkingstelling niet langer noodzakelijk is en dat het verantwoord is de terbeschikkingstelling te beëindigen.
De terbeschikkinggestelde heeft met name tijdens zijn verblijf in [instelling] en [instelling] met zichtbaar resultaat hard aan zichzelf gewerkt. Indien nodig schakelt hij zelf hulp in. Hij is abstinent van hard drugs en weet het gebruik van soft drugs te reguleren. Hij leeft thans samen met zijn vriendin en zoon en blijkt in staat om – wanneer bij hem de spanning oploopt – te kiezen voor een adequate oplossing door een kortdurend verblijf in een hotel. Een uitwijkmogelijkheid naar een eigen woning verdient uiteraard de voorkeur boven een hotel, maar de enkele omstandigheid dat hij nog niet beschikt over een eigen woning is onvoldoende voor verdere verlenging van de maatregel.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van
4 september 2024 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[terbeschikkinggestelde];
Wijst afde vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling.
Aldus gedaan door
mr. M. Keppels, voorzitter,
mr. A.B.A.P.M. Ficq en mr. P.C. Vegter, raadsheren,
en drs. P.K.J. Ronhaar en drs. R.J.A. van Helvoirt, raden,
in tegenwoordigheid van mr. R. Kaatman, griffier,
en op 13 maart 2025 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.