ECLI:NL:GHARL:2025:149

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
7 januari 2025
Publicatiedatum
15 januari 2025
Zaaknummer
200.319.851/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake betwiste leveringen en verrekeningsverweer

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is behandeld, gaat het om een hoger beroep van Crownfood XL B.V. tegen een eerdere uitspraak van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft betwiste leveringen en een verrekeningsverweer. Crownfood heeft hoger beroep ingesteld na een arrest van 26 maart 2024, waarbij zij heeft afgezien van het horen van getuigen en het hof heeft verzocht om opnieuw arrest te wijzen.

Het hof heeft de vorderingen van Crownfood beoordeeld, waarbij het heeft vastgesteld dat er geen duidelijke klacht is geformuleerd tegen de afwijzing van een deel van de vordering, waardoor deze afwijzing in stand blijft. Voor een aantal facturen is betaling erkend, maar het hof handhaaft de conclusie dat het verrekeningsverweer voor het resterende saldo doel treft.

De beslissing van het hof houdt in dat het vonnis van de kantonrechter wordt bekrachtigd en Crownfood wordt veroordeeld tot betaling van proceskosten aan de geïntimeerde. De kosten moeten binnen 14 dagen na de uitspraak worden betaald, met de waarschuwing dat bij niet-tijdige betaling wettelijke rente verschuldigd is. Het hof verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad en wijst verdere vorderingen af. Dit arrest is uitgesproken op 7 januari 2025.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.319.851/01
(zaaknummer rechtbank Noord-Nederland 9642185)
arrest van 7 januari 2025
in de zaak van
Crownfood XL B.V.,
die is gevestigd in Enschede,
die hoger beroep heeft ingesteld,
bij de rechtbank: eiseres,
hierna:
Crownfood,
advocaat: mr. E.T. van den Hout uit Amsterdam,
tegen
[geïntimeerde] ,
h.o.d.n. [naam1] , m.h.o.d.n. [naam2],
die woont in [woonplaats1] ,
die in hoger beroep is gedagvaard,
hierna:
[geïntimeerde],
advocaat: mr. H.C.L. Crozier uit Sneek.

1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep

1.1
Na het arrest van 26 maart 2024 heeft Crownfood afgezien van het horen van getuigen en hebben partijen het hof gevraagd opnieuw arrest te wijzen. Het oordeel luidt nu als volgt.
De facturen 20275805 en 20276609 (€ 2.952,97)
1.2
Omdat Crownfood geen duidelijke klacht heeft geformuleerd tegen de afwijzing van dit deel van de vordering, blijft die afwijzing in stand.
De facturen 21303414, 21304643, 21304648, 21305530 en 20315531 (€ 9.192,42)
1.3
Betaling van deze facturen is tot een bedrag van € 1.866,97 erkend. Tot zover is de rekening betaald. Nu geen tegenbewijs is geleverd, handhaaft het hof de conclusie dat het verrekeningsverweer voor het resterende saldo doel treft.
De facturen 21310674 en 21310675 (€ 2.385,50)
1.4
Het hof handhaaft de conclusie dat de vordering ter zake van deze twee facturen afdoende is bestreden en voegt daaraan toe dat de vordering bij gebrek aan bewijs ook niet kan komen vast te staan.
Kosten en rente (de datum van het ingetreden verzuim)
1.5
De gevolgen van het gestelde verzuim kunnen onbesproken blijven, omdat het hof ervan uitgaat dat de facturen – voor zover die dienden te worden voldaan – door verrekening zijn betaald, waarbij de verrekening – bij gebreke van enige concrete betwisting door Crownfood op dat punt – wordt geacht ook betrekking te hebben gehad op de wettelijke rente die verschuldigd is geworden over de periode tussen het verstrijken van de betreffende (fatale) betaaltermijnen en de voldoening van de respectieve facturen door verrekening.

2.De beslissing

Het hof:
bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden van 6 september 2022;
veroordeelt Crownfood tot betaling van de volgende proceskosten van [geïntimeerde] in dit
hoger beroep:
€ 783,- aan procedurele kosten
€ 2.428,- aan salaris van de advocaat van [geïntimeerde] (2 procespunten x appeltarief II)
bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af wat verder is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door M.W. Zandbergen, D.H. De Witte en M. Aksu, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op
7 januari 2025.