Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 21 augustus 2024;
- het verweerschrift met producties, en
- een journaalbericht namens de vader van 30 januari 2025 met producties.
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat,
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat, en
- een vertegenwoordiger van de raad voor de kinderbescherming (verder: de raad).
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
- in de even jaren verblijft [de minderjarige] de eerste drie weken van de zomervakantie de vader en de laatste drie weken bij de moeder. In de oneven jaren andersom;
- in de even jaren is [de minderjarige] de eerste week van de kerstvakantie bij de vader en de tweede week bij de moeder. In de oneven jaren andersom, en
- in de even jaren is [de minderjarige] met het Suikerfeest bij de vader en met het offerfeest bij de moeder. In de oneven jaren andersom.
5.De motivering van de beslissing
zorgregelingzal noemen.