Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
€ 1.000,- te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, met veroordeling van de verdachte in de proceskosten, de vordering van benadeelde partij [benadeelde] toegewezen dient te worden tot een bedrag van
€ 1.126,72 te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, met veroordeling van de verdachte in de proceskosten en de vordering van benadeelde partij [benadeelde] toegewezen dient te worden tot een bedrag van
€ 996,20 te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, met veroordeling van de verdachte in de proceskosten.
Het vonnis waarvan beroep
- 1 primair: diefstal in een woning waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming, meermalen gepleegd met betrekking tot de woning aan de [pleegplaats 1] ;
- 2: poging tot diefstal in een woning waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming, meermalen gepleegd, met betrekking tot de woning aan de [pleegplaats 2] en de woning aan de [pleegplaats 3] ,
- 1 primair: diefstal in een woning waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming, meermalen gepleegd;
- 2: poging tot diefstal in een woning waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming, meermalen gepleegd,
- de vordering van benadeelde partij [benadeelde] toegewezen tot een bedrag van € 1.000,- te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, met veroordeling van de verdachte in de proceskosten;
- de vordering van benadeelde partij [benadeelde] toegewezen tot een bedrag van
- de tenuitvoerlegging gelast van twee maanden gevangenisstraf, verdachte voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, van 21 juli 2020 (parketnummer 18-920012-20);
- de tenuitvoerlegging gelast van één maand gevangenisstraf, verdachte voorwaardelijk opgelegd bij arrest van dit hof van 21 mei 2021 (parketnummer 21-000906-18).
Omvang van het hoger beroep
Verbetering van de bewijsmiddelen ten behoeve van het bewijs van feit 1 primair
- de door verdachte ter zitting van 2 oktober 2023 afgelegde verklaring, genummerd met nummer 17;
- een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 8 maart 2023, opgenomen op pagina 494 en verder van het dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] , genummerd met nummer 18.
Aanvullende overweging
Oplegging van straf
Ook is een deel van de bewezenverklaarde feiten gepleegd vóór de hiervoor genoemde veroordelingen. Dit betekent dat het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafvordering van toepassing is.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Vordering tot tenuitvoerlegging met parketnummer 18-920012-20
Vordering tot tenuitvoerlegging met parketnummer 21-000906-18
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden.
11 (elf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 1.000,00 (duizend euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 1.126,72 (duizend honderdzesentwintig euro en tweeënzeventig cent) bestaande uit € 126,72 (honderdzesentwintig euro en tweeënzeventig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 296,20 (tweehonderdzesennegentig euro en twintig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.