Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
- de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van het hof op 23 december 2024;
- het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] namens [slachtoffer] van 15 december 2021, p. 1-4.
Bewezenverklaring
één ofmeer tijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 10 maart 2020 tot en met 29 november 2021 te [plaats] en te [plaats]
en/of (elders) in Nederland, (telkens)opzettelijk 224
, althans een groot aantal,geldbedragen (tot een totaal van €503.941,02),
in elk geval (telkens) enig geldbedrag,dat geheel
of ten deletoebehoorde aan [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,en welk
(e
)geldbedrag
(en
)verdachte,
(telkens
)uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking, te weten als
(inkoop- en
/ofverkoop- en
/ofadministratief
)medewerker van [slachtoffer] , in elk geval anders dan door misdrijf, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
first offenderis, ziet de reclassering geen aanknopingspunten voor toezicht of een straf met bijzondere voorwaarden. De reclassering schat het recidiverisico inmiddels in als laag. Uit de door de raadsman verstrekte stukken van 17 december 2024 is naar voren gekomen dat de verdachte van waarde is bij zijn werk en de [stichting] . Verder is verdachte al enige tijd bezig om maandelijks een schadevergoeding te betalen aan de benadeelde. Hoewel die maandelijkse betaling bij lange na onvoldoende is om de enorme schade te dekken blijkt daaruit wel dat verdachte verantwoordelijkheid neemt voor zijn gedragingen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
“Ik heb € 88.000,- aan compensatie moeten betalen.”
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 411.135,42(vierhonderdelfduizend honderdvijfendertig euro en tweeënveertig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 3.864,58(drieduizend achthonderdvierenzestig euro en achtenvijftig cent) aan materiële schade af.
€ 411.135,42(vierhonderdelfduizend honderdvijfendertig euro en tweeënveertig cent) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.