Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Zaak met parketnummer 18-110489-21 (gevoegd):1.
hij op of omstreeks 22 april 2021 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een ruit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [bedrijf] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt of weggemaakt.
hij in of omstreeks de periode van 22 tot en met 23 april 2021 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , in een bungalow op of aan het vakantiepark [locatie] bij een ander, te weten bij [bedrijf] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij op 22 april 2021 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , opzettelijk en wederrechtelijk een ruit dat aan [bedrijf] toebehoorde, heeft vernield.
hij van 22 tot en met 23 april 2021 te [plaats] , in de gemeente [gemeente] , in een bungalow op het vakantiepark [locatie] bij een ander, te weten bij [bedrijf] ,
in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Vordering tot tenuitvoerlegging
Beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
90 (negentig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 44.265,00 (vierenveertigduizend tweehonderdvijfenzestig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.