In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de vader om een zorgregeling voor zijn minderjarige kind vast te stellen. De moeder, die de zorg voor het kind heeft, was het niet eens met de eerdere beslissing van de rechtbank Gelderland van 21 december 2023, waarin een zorgregeling was vastgesteld. De ouders hebben samen het gezag over het kind, dat geboren is in 2018, maar er is al jaren geen contact meer tussen het kind en de vader. De vader heeft in het verleden verzocht om een zorgregeling, maar heeft sindsdien geen contact meer gehad met de moeder of het kind, wat de situatie bemoeilijkt. Het hof heeft vastgesteld dat de omstandigheden sinds de eerdere beslissing zijn veranderd en dat er geen uitvoerbare zorgregeling kan worden vastgesteld. De belangen van het kind en de moeder zijn zwaarwegend, en het hof heeft geoordeeld dat het in het belang van het kind is dat er momenteel geen zorgregeling wordt vastgesteld. De beslissing van de rechtbank is vernietigd en het verzoek van de vader is afgewezen.