Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Stichting Samen Veilig Midden-Nederland,
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
- de vader en zijn advocaat;
- een vertegenwoordiger van de raad.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 22 oktober 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van drie minderjarigen. De vader, verzoeker in hoger beroep, was het niet eens met de eerdere beslissing van de kinderrechter van 22 augustus 2023, die de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing had verlengd. De moeder, ook belanghebbende in deze zaak, was vertegenwoordigd door haar advocaat. Het hof heeft in zijn beschikking verwezen naar een eerdere tussenbeschikking van 22 februari 2024, waarin het hof de raad voor de kinderbescherming had verzocht om een aanvullend beschermingsonderzoek. Dit onderzoek heeft geleid tot een rapport op 25 juli 2024, waarin de raad adviseerde dat de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing gerechtvaardigd was, ondanks het ontbreken van een definitief raadsrapport uit 2022.
Tijdens de mondelinge behandeling op 13 september 2024 werd duidelijk dat de ouders geen toestemming gaven voor het alleen spreken met de kinderen, wat het onderzoek bemoeilijkte. Het hof oordeelde dat de kinderrechter de maatregelen rechtmatig had verlengd, gezien de zorgen over het functioneren van de kinderen en de opvoedsituatie bij beide ouders. Het hof concludeerde dat de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing noodzakelijk waren om de veiligheid en ontwikkeling van de kinderen te waarborgen. De ouders vertoonden weerstand tegen de hulpverlening, wat het verkrijgen van inzicht in de situatie bemoeilijkte. Uiteindelijk heeft het hof de bestreden beschikking bekrachtigd, in de hoop dat de beëindiging van de ondertoezichtstelling rust zou brengen voor de kinderen en de ouders zou aanzetten tot het nemen van verantwoordelijkheid.