In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 29 augustus 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte, geboren in 1982 en thans verblijvende in een penitentiaire inrichting, was eerder veroordeeld voor een gewapende overval op een avondwinkel. Het hof bevestigt het vonnis van de rechtbank, met uitzondering van de strafbeslissing. De rechtbank had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 jaren en een tbs-maatregel met verpleging van overheidswege. Het hof komt tot de conclusie dat de rechtbank op juiste gronden heeft beslist, maar past de straf aan naar 22 maanden gevangenisstraf, rekening houdend met de tijd die de verdachte al in voorarrest heeft doorgebracht.
Het hof heeft de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een poging tot afpersing met een balletjespistool, waarbij hij geweld heeft gebruikt tegen de eigenaar van de winkel en zijn medewerker. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is, gezien zijn psychische stoornissen en verslavingsproblematiek. De psychiater en psycholoog hebben geadviseerd tot oplegging van een tbs-maatregel, gezien het hoge recidiverisico en de noodzaak voor intensieve behandeling.
Het hof oordeelt dat de tbs-maatregel met verpleging van overheidswege noodzakelijk is voor de bescherming van de maatschappij en om het recidivegevaar te verminderen. De tbs-maatregel is niet gemaximeerd in duur, gezien de ernst van de feiten en de aard van de problematiek van de verdachte. Het hof heeft ook de inbeslaggenomen voorwerpen, waaronder een muts en zonnebril, verbeurd verklaard en het wapen onttrokken aan het verkeer. De beslissing van het hof is in overeenstemming met de wettelijke voorschriften en de ernst van de gepleegde feiten.