ECLI:NL:GHARL:2024:5384

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
26 augustus 2024
Publicatiedatum
26 augustus 2024
Zaaknummer
200.332.312/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inzageverzoek in persoonsgegevens van dochter in het kader van AVG; reikwijdte inzagerecht en privacy van derden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 26 augustus 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over een inzageverzoek van een vader naar persoonsgegevens van zijn dochter, die in behandeling was bij het Antonius Ziekenhuis. De vader had eerder bij de rechtbank Midden-Nederland verzocht om inzage in het medisch dossier van zijn dochter, inclusief loggegevens en registratiegegevens van zorgverleners. De rechtbank had dit verzoek afgewezen, waarna de vader in hoger beroep ging. Het hof heeft vastgesteld dat de vader recht heeft op inzage in alle persoonsgegevens die het ziekenhuis van hem en zijn dochter heeft verwerkt, inclusief correspondentie die niet in het medisch dossier is opgenomen. Het hof oordeelde dat het ziekenhuis onvoldoende had gedaan om aan het inzageverzoek te voldoen en dat de privacy van medewerkers van het ziekenhuis in acht genomen moet worden. Het hof heeft het ziekenhuis opgedragen om binnen een maand inzage te verstrekken in de verwerkte persoonsgegevens en de logoverzichten, met een dwangsom van € 100,- per dag bij niet-naleving. De rechtbankbeschikking van 14 juni 2023 is vernietigd, en de vader is in het gelijk gesteld in zijn verzoeken, met uitzondering van het verzoek om registratiegegevens van zorgverleners, dat is afgewezen.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem, afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof: 200.332.312
(zaaknummer rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht: 545440)
beschikking van 26 augustus 2024
inzake
[verzoeker],
die woont in [woonplaats1] ,
die hoger beroep heeft ingesteld
en bij de rechtbank optrad als verzoeker,
hierna: [de vader] ,
advocaat: mr. J. Bredius,
tegen:
Stichting Sint Antonius Ziekenhuis,
die is gevestigd in Nieuwegein
en bij de rechtbank optrad als verweerster,
hierna: Antonius Ziekenhuis ,
advocaat: mr. W.K. Bischot.
en
[de moeder],
wonende te [woonplaats2] ,
belanghebbende,
hierna: de moeder.

1.De procedure bij de rechtbank

1.1.
Voor de procedure bij de rechtbank verwijst het hof naar de inhoud van de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 14 juni 2023.
1.2.
[de vader] had bij de rechtbank, na een aanvulling van zijn verzoek, onder meer verzocht Antonius Ziekenhuis te bevelen om inzage te verlenen in:
de complete dossiers van zijn dochter, inclusief alle contactmomenten, correspondentie en verslagleggingen;
alle (medische) persoonsgegevens over zijn dochter, haar situatie en over hemzelf;
de logoverzichten betreffende de dossiers van zijn dochter;
e registratiegegevens van de betrokken zorgverleners.
1.3.
De rechtbank heeft de verzoeken van [de vader] afgewezen.

2.De procedure in hoger beroep

2.1.
[de vader] is in hoger beroep gekomen van de beschikking van de rechtbank. Het procesverloop in hoger beroep blijkt uit:
  • het beroepschrift met producties A tot en met C;
  • het verweerschrift van Antonius Ziekenhuis met bijlagen A tot en met C;
  • akte overlegging nadere producties van [de vader] met producties D tot en met H.
2.2.
Op 27 mei 2024 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Daarvan is een verslag gemaakt dat aan het dossier is toegevoegd (het proces-verbaal). In het proces-verbaal staat per ongeluk bij het lid van het hof mr. Lucassen foutief een ‘K.’ vermeld als voorletter in plaats van ‘P.E.’, zoals onder deze beschikking staat. Ondanks dit verschil in voorletters betreft dit hetzelfde lid van het hof.
2.3.
Vervolgens heeft het hof beschikking bepaald.

3.De feiten

3.1.
Vanwege de klachten van [de vader] tegen de feitenvaststelling van de rechtbank, stelt het hof hierna zelf de feiten vast.
3.2.
[de vader] en zijn ex-partner hebben in 2012 een dochter gekregen. De dochter is in juli en augustus 2012 opgenomen geweest in het Antonius Ziekenhuis , omdat zij te vroeg was geboren. Daarna is de dochter nog een keer kort opgenomen en is zij nog een paar jaar bij Antonius Ziekenhuis in behandeling geweest.
3.3.
Tijdens haar eerste opname was een maatschappelijk werker vanuit Antonius Ziekenhuis betrokken bij de dochter en de ouders. [de vader] heeft begin oktober 2012 het vertrouwen in deze maatschappelijk werker opgezegd. Dat is op 4 oktober 2012 door de maatschappelijk werker bevestigd. [de vader] heeft in de jaren daarna diverse klachten geuit richting het Antonius Ziekenhuis .
3.4.
[de vader] heeft op zijn verzoek in februari 2015 een kopie van het medisch dossier van zijn dochter van het Antonius Ziekenhuis ontvangen. Volgens [de vader] ontbreken diverse gegevens in de door hem ontvangen kopie van het medisch dossier, waaronder de opzegging van het vertrouwen in de maatschappelijk werker.
3.5.
Partijen hebben een mediationtraject gevolgd dat in september 2022 is geëindigd zonder dat partijen tot een oplossing zijn gekomen.
3.6.
In mei 2022 vraagt [de vader] Antonius Ziekenhuis om de registratiegegevens van de maatschappelijk werker en om inzage in het dossier dat betrekking heeft op het verrichtte maatschappelijk werk voor zijn gezin, dan wel zijn dochter vanaf 2012. Later heeft [de vader] ook om de loggegevens van het dossier van zijn dochter gevraagd.
3.7.
Op 17 oktober 2022 wordt namens de raad van bestuur en de functionaris voor gegevensbescherming (FG) per e-mail gereageerd op de e-mails van [de vader] . In die e-mail staat onder meer:

Loggegevens medisch dossier
Namens de FG (…) sturen we u (…) de loggegevens van de inzages in het medisch dossier van uw dochter door de[maatschappelijk werker, hof]
die zich in onze systemen bevinden (…).
Dossier maatschappelijk werk en melding AMK
U hebt ons meermalen gevraagd om afgifte van het ‘dossier maatschappelijk werk’. Aan dit verzoek kunnen wij niet voldoen omdat een dergelijk dossier niet bestaat. (…) Relevante informatie voor de behandeling van het kind geven zij door aan de behandelend kinderarts of betrokken verpleegkundigen en die zorgen voor vastlegging in het medisch dossier of noteren zij zelf rechtstreeks in het medisch dossier.
(…)
Tot slot
Wij weten en begrijpen dat het voor u heel belangrijk is dat voor u helder wordt wat door het ziekenhuis aan derden is medegedeeld in relatie tot de behandeling van uw dochter en de melding die door de huisarts is gedaan. Met het bovenstaande en de eerder verstrekte informatie hebben wij u daarover geïnformeerd.

4.De motivering van de beslissing in hoger beroep

4.1.
[de vader] heeft verzocht dat het hof de beschikking van de rechtbank zal vernietigen en zijn verzoeken alsnog zal toewijzen. De vermeerdering van zijn verzoek in hoger beroep, namelijk dat het hof zal vaststellen dat door het Antonius Ziekenhuis de AVG is geschonden, heeft hij tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep ingetrokken.
De uitkomst
4.2.
Het hof zal een deel van de verzoeken van [de vader] toewijzen en zal hierna toelichten hoe het tot die beslissing komt.
Informatie uit mediation blijft buiten beschouwing
4.3.
Voorafgaand aan de beoordeling wijst het hof erop dat het geen acht zal slaan op informatie die is verstrekt over de inhoud van de mediation, omdat deze heeft plaatsgevonden onder de verplichting van geheimhouding. Dit brengt mee dat het hof onder meer het citaat in randnummer 42 van de tweede aanvulling op het verzoekschrift van [de vader] en de daarbij gevoegde bijlage 13 en alles wat partijen over de inhoud van de mediation op de mondelinge behandeling bij het hof hebben verwoord, buiten beschouwing zal laten.
Reikwijdte inzageverzoek
4.4.
[de vader] verzoekt inzage in alle persoonsgegevens die Antonius Ziekenhuis van hem en zijn dochter verwerkt. Volgens Antonius Ziekenhuis was het inzageverzoek van [de vader] beperkt tot 1) inzage en afschrift van het medisch dossier van zijn dochter, 2) de loggegevens van dit medisch dossier en 3) de registratiegegevens van de betrokken hulpverleners. Correspondentie of andere gegevens die niet zijn opgenomen in het medisch dossier vallen volgens Antonius Ziekenhuis niet onder het inzageverzoek dat [de vader] bij haar heeft gedaan.
4.5.
Op de mondelinge behandeling bij het hof heeft [de vader] toegelicht dat hij Antonius Ziekenhuis meermaals mondeling heeft verzocht om inzage in alle persoonsgegevens te verkrijgen. Het hof is van oordeel dat [de vader] voldoende duidelijk heeft gemaakt dat hij inzage wenste in alle persoonsgegevens die Antonius Ziekenhuis van zijn dochter en hem heeft verwerkt in het kader van de behandeling van zijn dochter. Antonius Ziekenhuis had dat ook zo moeten begrijpen. Uit de tekst onder “
Tot slot” in het bericht van 17 oktober 2022 namens de raad van bestuur en de functionaris voor gegevensbescherming van het Antonius Ziekenhuis volgt ook dat het ziekenhuis zijn verzoek zo heeft begrepen (zie hiervoor in 3.7.). Dit brengt mee dat het hof zal oordelen over het inzageverzoek zoals [de vader] in zijn verzoekschrift heeft verwoord, waarbij het verzoek onder a. en b. (zie hiervoor in 1.2.) wordt begrepen als (ook) inzage in alle persoonsgegevens die Antonius Ziekenhuis (heeft) verwerkt in het kader van de behandeling van zijn dochter, inclusief correspondentie en andere verwerkingen van hun persoonsgegevens die niet in het medisch dossier zijn opgenomen.
Nog geen volledige inzage verstrekt
4.6.
Op grond van artikel 15 lid 3 AVG moet Antonius Ziekenhuis [de vader] een kopie verstrekken van de persoonsgegevens die zij van hem en zijn dochter verwerkt. Deze verplichting houdt in dat Antonius Ziekenhuis een getrouwe en begrijpelijke reproductie moet verstrekken van de persoonsgegevens die zij van hen verwerkt. Dit kan meebrengen dat Antonius Ziekenhuis onderdelen van documenten of zelfs volledige documenten zou moeten verstrekken als dat noodzakelijk is om [de vader] in staat te stellen zijn AVG rechten daadwerkelijk uit te oefenen. Daarbij moet (uiteraard) rekening worden gehouden met de rechten en vrijheden van anderen. [1]
4.7.
Vast staat dat [de vader] het medisch dossier van zijn dochter in februari 2015 heeft ontvangen. Antonius Ziekenhuis heeft daarmee inzage gegeven in de persoonsgegevens die zich daarin bevinden. Volgens [de vader] is dit dossier niet compleet, omdat daar onder meer niets in staat over het intrekken van het vertrouwen in de betrokken maatschappelijk werker. Antonius Ziekenhuis heeft bevestigd dat deze informatie niet in het medisch dossier staat en heeft na de zitting bij de rechtbank nog een e-mailwisseling verstrekt tussen de maatschappelijk werker en het AMK (nu Veilig Thuis) uit begin 2013. Antonius Ziekenhuis heeft [de vader] geen overzicht verstrekt van de persoonsgegevens die zij buiten het medisch dossier om van [de vader] en zijn dochter heeft verwerkt. Het is daardoor voor hem - en ook voor het hof - niet kenbaar om welke verwerkingen het gaat. Tijdens de mondelinge behandeling bij het hof heeft Antonius Ziekenhuis onder meer toegelicht dat zij niet naar persoonsgegevens van [de vader] of zijn dochter heeft gezocht in de mailboxen van de medewerkers. Antonius Ziekenhuis heeft alleen gevraagd aan de maatschappelijk werker om zijn eigen mailbox hierop te doorzoeken. Daarop is een kopie van genoemde e-mailwisseling aan [de vader] verstrekt. Hieruit volgt dat het Antonius Ziekenhuis nog geen inzage heeft verstrekt in alle persoonsgegevens die zij van [de vader] en zijn dochter (heeft) verwerkt, zoals persoonsgegevens die voorkomen in de (interne en externe) correspondentie en andere berichten die niet in het medisch dossier zijn opgenomen. Het hof zal daarom Antonius Ziekenhuis opdragen om alsnog inzage te verstrekken in alle persoonsgegevens van [de vader] en zijn dochter die zij (heeft) verwerkt in het kader van de behandeling van de dochter en voor zover deze nog niet aan [de vader] zijn verstrekt.
4.8.
Daarbij merkt het hof op dat Antonius Ziekenhuis alleen inzage in de persoonsgegevens kan verstrekken waar zij nog over beschikt. Gelet op het tijdsverloop sinds het eindigen van de behandeling van de dochter kan het voorkomen dat een deel van de verwerkte persoonsgegevens al is vernietigd. Antonius Ziekenhuis heeft bijvoorbeeld opgemerkt dat mailboxen van medewerkers worden geschoond, omdat deze niet lang bewaard mogen worden. Antonius Ziekenhuis kan geen inzage verstrekken in persoonsgegevens die zij niet meer heeft. Daarnaast dient Antonius Ziekenhuis bij het verstrekken van inzage - zoals zij ook zelf aanvoert - rekening te houden met de rechten van anderen (artikelen 15 lid 4 en 23 lid 1 aanhef en onder i AVG). Het gaat dan met name om de privacyrechten van haar medewerkers en van de moeder. De moeder heeft tijdens de mondelinge behandeling bij het hof opgemerkt dat Antonius Ziekenhuis onvoldoende rekening heeft gehouden met haar privacyrechten bij de eerdere verstrekking van persoonsgegevens aan [de vader] . Het Antonius Ziekenhuis heeft vervolgens beaamd dat zij daar mogelijk onvoldoende aandacht voor heeft gehad.
4.9.
Overwegingen die verband houden met de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen rechtvaardigen uitsluitend een beperking van het inzagerecht, voor zover een dergelijke beperking de wezenlijke inhoud van die rechten en vrijheden onverlet laat en, zoals bepaald in artikel 23, lid 1, onder i AVG, een noodzakelijke en evenredige maatregel is ter waarborging van die bescherming. [2] Dit brengt mee dat Antonius Ziekenhuis een afweging moet maken tussen het belang van [de vader] bij inzage in de persoonsgegevens en het belang van anderen bij bescherming van hun persoonlijke levenssfeer. Voor zover mogelijk moet Antonius Ziekenhuis ervoor kiezen om de persoonsgegevens te verstrekken op een wijze die geen afbreuk doet aan de rechten of vrijheden van die anderen. Daarbij moet zij er rekening mee houden dat deze belangenafweging er niet toe mag leiden dat [de vader] alle informatie wordt onthouden. [3] Het weglakken van gegevens die herleidbaar zijn naar derden kan daarvoor een goede methode zijn.
Loggegevens
4.10.
Tussen partijen is niet in geschil dat [de vader] inzage verzoekt in de volledige logoverzichten van de dossiers van zijn dochter. Antonius Ziekenhuis heeft volstaan met het verstrekken van de loggegevens van de maatschappelijk werker, omdat die volgens haar de gegevens bevatten waar [de vader] naar op zoek is. Daarnaast voert Antonius Ziekenhuis aan dat zij geen overzicht hoeft te verstrekken van de volledige loggegevens, omdat [de vader] op grond van artikel 15 AVG geen recht heeft op deze gegevens, omdat dit geen persoonsgegevens van [de vader] of zijn dochter betreffen. Volgens Antonius Ziekenhuis zijn haar medewerkers geen ontvangers in de zin van artikel 15 lid 1 onder c AVG, dan wel gaan de belangen van haar medewerkers voor op de belangen van [de vader] . Bij dit laatste heeft Antonius Ziekenhuis toegelicht dat onder meer de wijze waarop [de vader] tot nu toe een aantal medewerkers heeft benaderd tot deze belangenafweging heeft geleid.
4.11.
De eerste vraag die hier voorligt is of het verstrekken van inzage in de verzochte loggegevens valt binnen de reikwijdte van het inzagerecht van artikel 15 AVG. De ruime definitie van het begrip „persoonsgegevens” in de AVG omvat niet alleen de door Antonius Ziekenhuis verzamelde en bewaarde gegevens, maar ook alle informatie die voortvloeit uit de verwerking van persoonsgegevens van [de vader] en zijn dochter. [4] Ook de begrippen “verwerking” en “ontvangers” in de AVG worden ruim uitgelegd. Dat brengt mee dat ook het recht van inzage van artikel 15 lid 1 AVG wordt gekenmerkt door de ruime omvang van de informatie die de verwerkingsverantwoordelijke aan [de vader] moet verstrekken. [5] De logoverzichten van het medisch en verpleegkundig dossier van de dochter bevatten informatie over wie op welk moment dat dossier heeft geraadpleegd of aangepast. Het verstrekken van loggegevens kan daarom noodzakelijk zijn om te voldoen aan de verplichting om [de vader] inzage te verlenen in de in artikel 15, lid 1 AVG genoemde informatie. Het raadplegen of aanpassen van het dossier van de dochter is een gegevensverwerking en valt daarmee onder de reikwijdte van artikel 15, lid 1 AVG. Aan de hand van deze logoverzichten kan [de vader] zich ervan vergewissen of de uitgevoerde verwerkingen rechtmatig zijn, wat één van de doelstellingen is van het inzagerecht. [6] Dit brengt mee dat Antonius Ziekenhuis in beginsel inzage dient te verstrekken in de loggegevens. Omdat in de logoverzichten persoonsgegevens van medewerkers van Antonius Ziekenhuis staan, mag zij geen afbreuk doen aan de rechten en vrijheden van deze medewerkers. Zoals hiervoor in 4.9. overwogen, moet Antonius Ziekenhuis ook bij de verstrekking van de logoverzichten ervoor kiezen om deze te verstrekken op een wijze die geen afbreuk doet aan de privacyrechten van haar medewerkers, maar zonder dat [de vader] alle informatie wordt onthouden. Daarbij dienen de logoverzichten op grond van artikel 12 lid 1 AVG voor [de vader] begrijpelijk te zijn, bijvoorbeeld door een nadere toelichting op de daarin gebruikte begrippen.
4.12.
Het hof volgt Antonius Ziekenhuis daarom niet in haar standpunt dat de belangenafweging ertoe moet leiden dat zij geen inzage in meer logoverzichten hoeft te verstrekken. Het verstrekken van de logoverzichten met uitsluitend de functieomschrijving van de medewerkers zonder naam en registratiegegevens, zoals Antonius Ziekenhuis subsidiair aanvoert, acht het hof in beginsel wel een correcte wijze om te voldoen aan dit deel van het inzageverzoek van [de vader] . Het hof volgt [de vader] daarbij niet in zijn betoog dat hij ook inzage moet krijgen in de identiteit van de betreffende medewerkers. [de vader] zal op basis van de functieomschrijving in staat moeten zijn om te beoordelen of de betreffende raadpleging van het dossier rechtmatig was. Bovendien weegt het belang van de medewerkers van Antonius Ziekenhuis om niet rechtstreeks door hem te worden benaderd of aangeklaagd zwaarder dan zijn recht op inzage in hun identiteit om eventuele (tucht)klachten te kunnen starten.
4.13.
Het voorgaande brengt mee dat het hof niet toekomt aan een verstrekking van loggegevens op grond van de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg. Deze wet geldt, zoals partijen ook terecht onderkennen, naast de AVG. [de vader] baseert zijn verzoek echter op artikel 15 AVG in samenhang met artikel 35 van de Uitvoeringswet op de AVG (UAVG).
Registratiegegevens
4.14.
Als laatste verzoekt [de vader] inzage in de registratiegegevens van de bij de behandeling van zijn dochter betrokken zorgverleners. Waarom deze gegevens, die geen persoonsgegevens van [de vader] of de dochter zijn, maar persoonsgegevens van de betreffende zorgverleners, binnen de reikwijdte van het inzagerecht van artikel 15 AVG vallen, heeft [de vader] onvoldoende toegelicht. Hij stelt weliswaar dat deze informatie onontbeerlijk is om hem in staat te stellen te controleren of zij onder het gezag en in overeenstemming met diverse regelgeving persoonsgegevens hebben verwerkt, maar hij heeft niet toegelicht om welke verwerkingen van persoonsgegevens het dan zou gaan. Voor zover hij deze gegevens wenst te ontvangen van de medewerkers die op grond van de logoverzichten de dossiers van zijn dochter hebben geraadpleegd of aangepast, verwijst het hof naar zijn oordeel in 4.12. Het privacybelang van deze medewerkers weegt zwaarder dan het belang van [de vader] bij dit verzoek.
4.15.
Voor zover het hof de opmerkingen van Antonius Ziekenhuis inzake misbruik van recht zo moet begrijpen dat zij ook zelf een beroep doet op misbruik van recht in het kader van het verzoek om registratiegegevens van de zorgverleners, komt het hof daar niet aan toe, omdat uit het voorgaande volgt dat het verzoek op inzage in de registratiegegevens zal worden afgewezen.
De verzoeken
4.16.
Uit de hiervoor gegeven oordelen volgt dat het hof de verzoeken van [de vader] onder a. tot en met c. (zie hiervoor in 1.2.) grotendeels zal toewijzen en het verzoek onder d. zal afwijzen. Dit betekent dat het hof Antonius Ziekenhuis zal opdragen om [de vader] alsnog inzage te verstrekken in alle persoonsgegevens die zij (heeft) verwerkt van [de vader] en zijn dochter in het kader van de behandeling van de dochter met de informatie zoals genoemd in artikel 15 lid 1 AVG, voor zover deze nog niet aan [de vader] zijn verstrekt en met in achtneming van de privacyrechten van anderen, zoals de moeder en de medewerkers van Antonius Ziekenhuis . Daarnaast zal het hof Antonius Ziekenhuis opdragen om de logoverzichten te verstrekken van de dossiers van de dochter van [de vader] zonder vermelding van namen van de betreffende medewerkers. Deze overzichten dienen voor [de vader] begrijpelijk te zijn, waarvoor een toelichting op die overzichten en de daarin genoemde termen nodig kan zijn. Het verzoek om registratiegegevens zal het hof afwijzen.
4.17.
[de vader] heeft ook verzocht om een dwangsom op te leggen voor het geval Antonius Ziekenhuis niet binnen een week voldoet aan het verstrekken van inzage. Volgens Antonius Ziekenhuis is er geen grond voor een dwangsom en zal zij meewerken aan een veroordeling. Het hof ziet toch aanleiding om een beperkte dwangsom toe te wijzen van € 100,- per dag met een maximum van € 1.000,- per afzonderlijke veroordeling. Ondanks dat Antonius Ziekenhuis geen expliciet verweer heeft gevoerd tegen de termijn van een week zal het hof - vanwege de lange termijn die verstreken is sinds de dochter van [de vader] in behandeling was bij Antonius Ziekenhuis waardoor het meer inspanning kan kosten om de gevraagde gegevens te ontsluiten en beschikbaar te maken - een termijn van een maand bepalen.

5.Slotsom

5.1.
Het hoger beroep slaagt grotendeels en Antonius Ziekenhuis zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van [de vader] worden veroordeeld.

6.De beslissing

Het hof, beschikkende in hoger beroep:
6.1.
vernietigt de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, van 14 juni 2023;
6.2.
veroordeelt Antonius Ziekenhuis om binnen een maand na deze beschikking [de vader] inzage te verstrekken in alle door haar verwerkte persoonsgegevens van [de vader] en zijn dochter in het kader van de behandeling van de dochter, ongeacht of deze zijn opgenomen in een medisch dossier - voor zover deze nog niet aan [de vader] zijn verstrekt en voor zover deze inzage geen inbreuk maakt op de rechten en vrijheden van derden - met daarbij de informatie die in artikel 15 lid 1 AVG staat opgenomen;
6.3.
veroordeelt Antonius Ziekenhuis om binnen een maand na deze beschikking [de vader] inzage te verstrekken in de logoverzichten van de dossiers van zijn dochter op een wijze die begrijpelijk is voor [de vader] en geen afbreuk doet aan de rechten en vrijheden van derden;
6.4.
veroordeelt Antonius Ziekenhuis tot betaling van een dwangsom van € 100,- per dag, waaronder een gedeelte van een dag, waarop zij niet voldoet aan de veroordelingen van 6.2. en/of 6.3., met een maximum van € 1.000,- per afzonderlijke veroordeling;
6.5.
veroordeelt Antonius Ziekenhuis tot betaling van de volgende proceskosten van [de vader] tot aan de uitspraak van de rechtbank:
€ 314,- aan griffierecht
€ 1.196,- aan salaris van de advocaat van [de vader] (2 procespunten x tarief € 598,-)
en tot betaling van de volgende proceskosten van [de vader] in principaal hoger beroep:
€ 343,- aan griffierecht
€ 2.428,- aan salaris van de advocaat van [de vader] (2 procespunten x appeltarief € 1.214,-)
6.6.
verklaart de hierboven gegeven veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
6.7.
wijst de overige verzoeken af.
Deze beschikking is gegeven door mrs. M.P.M. Hennekens, W.F. Boele en P.E. Lucassen en is in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken op de openbare terechtzitting van 26 augustus 2024.

Voetnoten

1.HvJEU 26 oktober 2023, ECLI:EU:C:2023:811, punt 71-75 en HvJEU 4 mei 2023, ECLI:EU:C:2023:369, punt 31-45.
2.Vergelijk HvJEU 26 oktober 2023, ECLI:EU:C:2023:811, punt 63.
3.Vergelijk HvJEU 4 mei 2023, ECLI:EU:C:2023:369, punt 44.
4.Vergelijk HvJEU 4 mei 2023, ECLI:EU:C:2023:369, punt 26.
5.Vergelijk HvJEU 22 juni 2023, ECLI:EU:C:2023:501, punten 39-49.
6.Vergelijk HvJEU 22 juni 2023, ECLI:EU:C:2023:501, punten 62-75.