Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 12 maart 2024;
- het verweerschrift van de moeder met producties, en
- een journaalbericht van mr. Laatsman van 3 juni 2024 met producties.
- de vader met zijn advocaat;
- de moeder met haar advocaat;
- de bijzondere curator, en
- een vertegenwoordiger van de raad voor de kinderbescherming (verder: de raad).
3.De feiten
- de vader eenmaal per kwartaal schriftelijk bericht over de algemene ontwikkeling van [de minderjarige] en eventuele medische problemen;
- expliciet verslag doet van de schoolprestaties, vrije tijdsbesteding en het sociale gedrag van [de minderjarige] , en
- de vader onmiddellijk informeert indien daartoe op medisch gebied noodzaak is.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Omdat meer dan een jaar is verstreken sinds de beschikking van 28 december 2020 waarbij de rechtbank het verzoek van de vader tot vaststelling van een omgangsregeling heeft afgewezen, is de vader ontvankelijk in zijn verzoek. Het hof zal het verzoek van de vader tot het vaststellen van een omgangsregeling daarom inhoudelijk beoordelen.
a. omgang ernstig nadeel zou opleveren voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van
b. de ouder kennelijk ongeschikt of kennelijk niet in staat moet worden geacht tot omgang, of
c. het kind dat twaalf jaren of ouder is, bij zijn verhoor van ernstige bezwaren tegen omgang met zijn ouder heeft doen blijken, of
d. omgang anderszins in strijd is met zwaarwegende belangen van het kind.
Gelet op het voorgaande acht het hof omgang tussen de vader en [de minderjarige] op dit moment in strijd met de zwaarwegende belangen van [de minderjarige] . Daarnaast heeft [de minderjarige] in het gesprek met de raadsheer en de griffier doen blijken van ernstige bezwaren tegen omgang met de vader. Het hof is daarom net als de rechtbank van oordeel dat het verzoek van de vader tot het vaststellen van een omgangsregeling met [de minderjarige] moet worden afgewezen.