Uitspraak
1. Het hoger beroep
2. Onderzoek van de zaak
3. Het vonnis waarvan beroep
4. Ontvankelijkheid van het hoger beroep
5. De tenlastelegging
6. De voorvragen
7. De bewijsoverwegingen ter zake parketnummer 08-996048-14
8 De bewijsoverwegingen ter zake parketnummer 08-993123-16
1.Het hoger beroep
2.Onderzoek van de zaak
3.Het vonnis waarvan beroep
4.Ontvankelijkheid van het hoger beroep
5.De tenlastelegging
6.De voorvragen
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] ;
[naam bedrijf] .
verklaard dat het heel wel mogelijk is dat de Sony-laptop op het kantoor aan de [straatnaam] te [naam plaats] niet alleen door hem maar tevens door anderen werd gebruikt, zodat niet kan worden vastgesteld welke data/gegevens op de laptop door hem, en welke door anderen zijn ingevoerd. Verdachte heeft voortster terechtzitting in eerste aanleg
verklaard dat hij geen gebruik heeft gemaakt van andere skypenamen dan de skypenamen ‘ [naam skypeaccount] ’ en ‘ [naam skypeaccount] ’.Ter terechtzitting van het hof heeft verdachte verklaard dat hij niet de gebruiker was van het skypeaccount ‘ [naam skypeaccount] ’ maar aan die ontkenning gaat het hof voorbij en hij overweegt daartoe als volgt.
een andere dan die waarin verdachte, volgens zijn verklaringen tijdens zijn verhoren, op het kantoor aan de [straatnaam] te [naam plaats] voor [naam bedrijf] heeft gewerkt, te weten van ongeveer april 2012 tot april 2013. [73] Voor zover moet worden aangenomen dat de Sony laptop door verdachte ook zou zijn gebruikt in het kantoor aan de [straatnaam] in [naam plaats] , acht het hof de enkele stelling van verdachte dat ook anderen daarvan gebruik zouden kunnen hebben gemaakt volstrekt onvoldoende. Het hof gaat daar dan ook aan voorbij.
ontkend de gebruiker te zijn geweest van de skypenaam [naam skypeaccount] . De rechtbank is echter op grond van het hiernavolgende van oordeel dat het verdachte is geweest die skypegesprekken onder de skypenaam [naam skypeaccount] heeft gevoerd.
waarbij ‘ [naam skypeaccount] ’ een actieve rol speelt.Het skypeaccount ‘ [naam skypeaccount] ’ heeft daarbij op 14 en 15 mei 2013 contact met het skypeaccount ‘ [naam skypeaccount] ’ van [verdachte 5] , waarbij wordt gesproken over diverse betalingen met betrekking tot deze goederenstroom. [98]
verdachte al sinds in ieder geval 2003 kende. [106]
Handels- en facturenstroom tussen [naam bedrijf] en [naam bedrijf]
Handels- en facturenstroom tussen [naam bedrijf] en [naam bedrijf] (hierna: [naam bedrijf] )
Handels- en facturenstroom met [naam bedrijf] ( [naam bedrijf] , hierna: [naam bedrijf] ), [naam bedrijf] (hierna: [naam bedrijf] ) en [naam bedrijf]
Handels- en facturenstroom tussen [naam bedrijf] en [naam bedrijf]
blijkt wederom van een opvallende prijsval.
[naam bedrijf]
tot slot data aangetroffen met verwijzingen naar (een account voor) het betalingsplatform [naam bedrijf] zoals:
[naam URL];
.
voor logistiek dienstverlener [naam bedrijf] het aanspreekpunt en coördineerde de goederen- en facturenstromen. [146] [verdachte 5] had ook met [naam persoon] van [naam bedrijf] skypecontact over leveringen van partijen vanuit het buitenland aan Nederlandse bedrijven die fungeerden als ploffers. [verdachte 5] werd door [naam persoon] ook aangesproken op het uitblijven van betalingen van leveranciers van [naam bedrijf] . [147] [verdachte 5] werd bij zijn werkzaamheden
aangestuurd door en volgde de instructies op van medeverdachte [verdachte 1] . Ook [verdachte 1] hield zich actief bezig met de goederen- en facturenstromen.Uit een skypegesprek blijkt dat [verdachte 1] bemoeienis heeft gehad met facturen- en goederenstromen tussen een buitenlandse leverancier, ploffer en buffer en uiteindelijk [naam bedrijf] , waarbij een prijsval heeft plaatsgevonden. [148] Net als [verdachte 5] deed ook [verdachte 1] de in- en verkopen van [naam bedrijf] . [verdachte 1] deed ook alle betalingen. Binnen [naam bedrijf] was het op enig moment gebruikelijk dat de verkoop al was gerealiseerd nog voordat de inkoop was gedaan. [149] [verdachte 5] kreeg bedrijven aangeleverd van [verdachte 1] en als [verdachte 1] zei dat met een bedrijf zaken moest worden gedaan, dan gebeurde dat. [150] Het excelbestand met inkoopprijzen van enkele ploffers, waarbij een prijsval zichtbaar is en [naam bedrijf] telkens als laatstgenoemde partij de afnemer was, heeft [verdachte 5] op verzoek van [verdachte 1] bijgehouden. [151]
20 oktober 2011tot 23 april 2012
luidden de handelsnamenzowel
‘ [naam bedrijf] ’als
‘ [naam bedrijf] computers.nl’. Met ingang van 1 september 2011 bestonden de activiteiten uit: winkel- en postorderbedrijf in computers.
2012 ten behoeve van btw-carrouselfraude als buffer heeft gefungeerd alsmede welke plofferbedrijven aan deze buffer hebben geleverd: [naam bedrijf] , [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam bedrijf] . [247]
is opgericht op 20 maart 2008. [260] Als activiteiten staan geregistreerd: exploitatie van een expertisebureau op het terrein van interieurtextiel en de handel in elektronica. Vanaf 6 juli 2011 was enig aandeelhouder en bestuurder van [naam bedrijf] de [naam bedrijf] (hierna: [naam bedrijf] ).
,-- aan goederen intracommunautair verworven. [276] In die periode is door diverse buitenlandse bedrijven aangegeven dat zij hebben geleverd aan [naam bedrijf] , waaronder [naam bedrijf] (Bulgarije).
is opgericht op 6 januari 2009. [naam bedrijf] handelde ook onder de namen [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam bedrijf] -totaal. Enig bestuurder en aandeelhouder van [naam bedrijf] tot 5 februari 2009 was [naam persoon] . [289] Met ingang van 20 september 2011 bestaan de activiteiten uit beheeractiviteiten, im- en export van woon- en decoratieproducten. Op 5 februari 2009 droeg [naam persoon] de aandelen van [naam bedrijf] over aan [naam bedrijf] .
[naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam bedrijf] . [304]
is opgericht op 12 januari 2009 en hield zich volgens het uittreksel van de Kamer van Koophandel bezig met het verzorgen van interieurverzorging en vanaf 9 maart 2012 een groothandel in (consumenten)elektronica. [312] Van 15 juni 2011 tot 4 april 2012 was [naam persoon] aandeelhouder.
,-- en verkoop voor in totaal€ 4.241.369,--. [327]
in de periode 19 april 2012 tot 13 juni 2012 is voor € 4.241.369
,74 verkocht aan [naam bedrijf] ;
in de periode 19 april 2012 tot 2 mei 2012 is voor € 793.964,98 gekocht van [naam bedrijf] ;
in de periode 11 mei 2012 tot 13 juni 2012 is voor € 2.148.137,18 gekocht van [naam bedrijf] ;
in de periode 25 april 2012 tot 11 mei 2012 is voor € 927.292,62 gekocht van [naam bedrijf] ; en
op 12 juni 2012 is voor € 124.450,20 gekocht van [naam bedrijf] .
tweede kwartaal van 2012 geen aangiften omzetbelasting ingediend. [339]
[naam bedrijf] , van 31 mei 2011 tot 1 september 2011;
[naam bedrijf] (hierna: [naam bedrijf] ), van 1 september 2011 tot 1 november 2011. Bestuurders van [naam bedrijf] waren [verdachte 3] (tot 11 augustus 2011, [naam persoon] (tot 15 februari 2012) en [naam persoon] (vanaf 15 februari 2012) [354] ;
[naam persoon] , van 1 november 2011 tot 6 februari 2012;
- [naam persoon] , van 10 maart 2011 tot 6 juni 2011;
- [naam persoon] , vanaf 6 juni 2011. [357]
betaling van [naam bedrijf] aan [naam bedrijf] van € 214.547,48 vond plaats op 13 september 2011 [380] ;
betaling van [naam bedrijf] aan [naam bedrijf] van € 211.694,46 vond plaats op 14 september 2011 [381] ;
betaling van [naam bedrijf] aan [naam bedrijf] van € 204.267,-- vond plaats op 14 september 2011. [382]
[naam persoon] , van 7 juni 2012 tot 1 september 2012;
[naam persoon] , van 1 september 2012 tot 18 september 2012;
[naam persoon] , van 18 september 2012 tot 5 februari 2013.
, een onjuiste aangifte omzetbelasting ingediend.
opzettelijk geen aangifte omzetbelasting hebben gedaan, alsmede dat [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam bedrijf] opzettelijk onjuist aangifte omzetbelasting hebben gedaan.
, [naam bedrijf] en [naam bedrijf] gedurende de ten laste gelegde periode niet hebben voldaan aan de administratieverplichtingen in het kader van de Awr (artikel 52 jo. artikel 68 lid 1 Awr en artikel 69 Awr).
- het gaat om een handelen of nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon;
- de gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon;
- de gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende bedrijf;
- de rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard, waarbij onder bedoeld aanvaarden mede is begrepen het niet betrachten van de zorg die in redelijkheid van de rechtspersoon kon worden gevergd met het oog op het voorkomen van de gedraging.
rijksbelastingen en de Wet op de omzetbelasting en hebben aldus plaatsgevonden binnen de sfeer van de rechtspersoon. Die gedragingen kunnen daarom in redelijkheid aan de ondernemingen worden toegerekend.
, 2primair
en 3 primair ten laste gelegde.
8.De bewijsoverwegingen ter zake parketnummer 08-993123-16
. [431]
van 15 januari 2020 enin hoger beroep
verklaard dat hij deze geldbedragen van [verdachte 1] heeft geleend. Verdachte heeft hiervan echter geen leningsovereenkomst kunnen overleggen en daarnaast vindt deze verklaring geen enkele steun in het dossier. Bovendien doen de betalingsomschrijvingen niet vermoeden dat sprake is van een lening, was verdachte steeds degene die beschikking had over de bankpassen van [naam bedrijf] en [naam bedrijf] , waarmee voornoemde uitgaven deels werden gedaan en heeft medeverdachte [naam persoon] , de echtgenote van medeverdachte [verdachte 1] , verklaard: ‘ik weet dat [verdachte 1] [verdachte 2] wel eens financieel heeft geholpen, dit was hooguit een paar duizend euro’. [458] De rechtbank acht deze verklaring van verdachte dan ook ongeloofwaardig.
Omdat voornoemde gelden (voor een totaalbedrag van € 105.067,89) steeds afkomstig zijn uit schijnhandel ten behoeve van de btw-carrouselfraude en het oogmerk van de criminele organisatie daar ook steeds op was gericht, kunnen deze gelden als van misdrijf afkomstig worden aangemerkt. Uit al hetgeen hiervoor is overwogen blijkt ook dat verdachte wist van de criminele herkomst van de gelden.
tussen 18 juli 2013 en 30 september 2013 heeft verdachte van [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam persoon] € 37.925,-- op zijn bankrekening met rekeningnummer [rekeningnummer] ontvangen. [463] Vanaf deze rekening zijn vervolgens overboekingen gedaan en betalingen die als privébestedingen kunnen worden aangemerkt; [464]
op 5 november 2013 en tussen 23 juni 2014 en 30 juni 2014 heeft verdachte van [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam persoon] € 14.916,-- op zijn bankrekening met rekeningnummer [rekeningnummer] ontvangen. [465] Vanaf deze rekening zijn vervolgens overboekingen gedaan en betalingen die als privébestedingen kunnen worden aangemerkt; [466]
tussen 1 juli 2013 en 23 juni 2014 heeft verdachte van [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam persoon] € 218.675,-- op zijn bankrekening met rekeningnummer [rekeningnummer] ontvangen. [467] Vanaf deze rekening zijn vervolgens overboekingen gedaan en betalingen die als privébestedingen kunnen worden aangemerkt; [468]
tussen 8 maart 2013 en 19 april 2013 heeft [naam persoon] € 41.025,-- op zijn bankrekening met nummer [rekeningnummer] van [naam bedrijf] ontvangen [469] en € 7.825,-- van [naam persoon] . [470] Tussen 11 december 2012 en 15 mei 2013 heeft [naam persoon] € 54.175,-- op haar bankrekening met nummer [rekeningnummer] van [naam bedrijf] en [naam persoon] ontvangen [471] en€ 7.350,-- van [naam persoon] . [472] Over deze bedragen heeft [naam persoon] verklaard dat het gelden betrof die steeds voor verdachte bestemd waren en dat zij deze in opdracht van verdachte heeft opgenomen of overgeboekt. [473] Verdachte heeft hierover verklaard ‘Het klopt dat dat geld aan mij ter beschikking werd gesteld’; [474]
tussen 12 september 2013 en 3 december 2013 heeft [naam persoon] € 38.350,-- op haar bankrekening met nummer [rekeningnummer] ontvangen van [naam bedrijf] en [naam bedrijf] . [475] [naam persoon] heeft verklaard dat dit gelden zijn voor verdachte. [476] Uit de verklaring van verdachte ter zitting kan worden opgemaakt dat hij de bankrekening van [naam persoon] tot zijn beschikking had; [477]
tussen 21 mei 2013 en 21 januari 2014 heeft [naam persoon] € 158.370,-- op haar bankrekening met rekeningnummer [rekeningnummer] ontvangen van [naam bedrijf] , [naam bedrijf] en [naam persoon] . [478] Vanaf deze rekening worden vervolgens betalingen en overboekingen gedaan. [479] Uit de verklaring van verdachte ter zittingin eerste aanleg
kan worden opgemaakt dat hij de bankrekening van [naam persoon] tot zijn beschikking had. [480]
van 15 januari 2020 verklaard dat een deel van het geld betrekking heeft op bemiddelingskosten – overigens zonder dat nader te specificeren – en hij heeft bij herhaling te kennen gegeven dat hij over het andere deel niet wil verklaren. Over de hoogte van de bemiddelingskosten heeft verdachte ook niets willen verklaren.Ter terechtzitting van het hof heeft verdachte ook verklaard dat zijn zakelijke relatie met [naam persoon] verder teruggaat in de tijd en betrekking had op meerdere handelstransacties van jachtschepen.
Verdachte heeft zijn verklaring op geen enkele wijze onderbouwd, ook niet met bijvoorbeeld een schriftelijke (bemiddelings)overeenkomstof andere stukken die steun kunnen geven aan zijn verklaring
. De betalingsomschrijvingen duidden bovendien niet op een vergoeding voor bemiddeling. Verdachte heeftde door hem weergegeven scenario’s
op geen enkele wijze onderbouwd of concreet en min of meer verifieerbaar gemaakt.
plegervan deze geldbedragen de werkelijke aard en herkomst heeft verborgen en verhuld, heeft verborgen en verhuld wie de rechthebbende van die bedragen was, deze geldbedragen voorhanden heeft gehad en deze geldbedragen verworven, overgedragen, omgezet en gebruikt heeft.
9.De bewezenverklaring
1. subsidiair
2. meer subsidiair
3. subsidiair
- onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf,
[naam persoon] en deze bedragen vervolgens contant te laten uitbetalen en/of te laten doorstorten naar andere bankrekeningen waaronder die van [naam persoon] voornoemd, en
10.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
11.De strafbaarheid van de verdachte
12.De op te leggen straf of maatregel
opzettelijk in totaaltien
aangiften omzetbelasting vanzes
ondernemingen niet heeft gedaan. Daarnaast is bewezen verklaard dat hij alsmedeplichtige
in totaaltien
aangiften van drieandere
ondernemingen opzettelijk onjuist heeft gedaan enals medepleger dan wel als medeplichtige
niet aan de administratieverplichtingenvan
al dezenegen
ondernemingen heeft voldaan. De goede werking van het systeem voor de heffing van omzetbelasting staat of valt bij de betrouwbaarheid, juistheid en volledigheid van de aangiften. Door opzettelijk niet of onjuist aangiften te doen heeft verdachte bijgedragen aan de ondergraving van het systeem van de heffing van omzetbelasting.
Binnen de criminele organisatie, waarbinnen voor honderden miljoenen euro’s werd omgezet, had verdachte dan ook een essentiële, meer aansturende rol.Uit het dossier kan worden opgemaakt dat het fiscale benadelingsbedrag alleen al met betrekking tot [naam bedrijf] en [naam bedrijf] , reeds ruim twintig miljoen euro bedraagt.
13.De toepasselijke wettelijke voorschriften
14.De beslissing
- het onderdeel ‘en/of één of meerdere andere rechtsperso(o)n(en)’ onder feiten 1, 2 en 3;
- het onderdeel ‘een groot aantal…waaronder onder meer’ onder feiten 1 en 2.
gevangenisstrafvoor de duur van
54 (vierenvijftig) maanden.