ECLI:NL:GHARL:2024:3559

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
15 mei 2024
Publicatiedatum
28 mei 2024
Zaaknummer
21-004131-19
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissementsfraude en valsheid in geschrift met betrekking tot meerdere rechtspersonen

In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 mei 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel. De verdachte, geboren in 1966, werd beschuldigd van faillissementsfraude en valsheid in geschrift in verband met meerdere rechtspersonen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte samen met medeverdachten een criminele organisatie vormde die zich bezighield met het plegen van faillissementsfraude. De verdachte heeft leiding gegeven aan deze organisatie en heeft valse documenten gebruikt om faillissementen aan te vragen en uitkeringen te verkrijgen. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 16 maanden, met aftrek van voorarrest, en heeft hem ontzet uit het recht om als bestuurder van een rechtspersoon op te treden voor de duur van vijf jaar. De vorderingen van benadeelde partijen zijn niet-ontvankelijk verklaard omdat de behandeling ervan een onevenredige belasting voor het strafgeding oplevert. Het hof heeft de openbaarmaking van het arrest gelast.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-004131-19
Uitspraak d.d.: 15 mei 2024
TEGENSPRAAK
Arrestvan de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Zwolle,
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Overijssel van
18 juli 2019 met parketnummer 08-996045-14 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedag 1] 1966,
wonende te [woonplaats] .
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 11 mei 2022, 22 maart 2023, 25 oktober 2023, 17 april 2024 en 15 mei 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft verder kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr. E. van Reydt, naar voren is gebracht.
Omvang van het hoger beroep
De verdachte is door rechtbank Overijssel vrijgesproken van hetgeen aan hem onder 3 is ten laste gelegd. Daarnaast heeft de rechtbank verdachte vrijgesproken van:
  • de onderdelen B en C van het onder 4 tenlastegelegde;
  • de onderdelen A en B (voor zover het gaat om het bedrag van € 18.200,-) van het onder 5 tenlastegelegde;
  • onderdeel D van het onder 6 tenlastegelegde;
  • onderdeel A van het onder 7 tenlastegelegde.
Door de manier van ten laste leggen en de daarbij gebruikte ‘en/of-formulering’ is het hof van oordeel dat het gaat om een impliciet cumulatieve tenlastelegging van afzonderlijke gebeurtenissen. Voor zoverre die niet zijn bewezen verklaard is daarom sprake van onherroepelijke deelvrijspraken.
Het hoger beroep is door de verdachte onbeperkt ingesteld en is dus mede gericht tegen de in eerste aanleg gegeven beslissingen tot vrijspraak. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte tegen deze beslissingen geen hoger beroep open. Het hof zal de verdachte daarom niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank heeft verdachte veroordeeld voor feit 1, feit 2, feit 4, onderdelen A, D, E en F, feit 5, onderdelen B en C, feit 6, onderdelen A, B, C, E, F, G, H, en feit 7, onderdeel B. Voor het plegen van die feiten is hem opgelegd een gevangenisstraf voor de duur van 33 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en aftrek van voorarrest. Daarbij is als bijzondere voorwaarde gesteld dat verdachte zich onthoudt van iedere vorm van advisering inzake bedrijfsmatige aangelegenheden van derden. Verder heeft de rechtbank verdachte voor de duur van vijf jaren ontzet uit het recht om bestuurder van een rechtspersoon te zijn en is de openbaarmaking van het vonnis gelast.
Tot slot zijn de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen, omdat de behandeling ervan een onevenredige belasting voor het strafgeding oplevert.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep – voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen – vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing en strafoplegging komt. Het hof zal daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is – voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen – ten laste gelegd dat:
1.
hij, op één of meer tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 18 november 2014, in de gemeente [gemeente 1] en/of [gemeente 2] en/of [gemeente 3] en/of [gemeente 4] en/of [gemeente 5] en/of [gemeente 6] , althans in Nederland,
heeft deelgenomen aan een organisatie, zijnde een samenwerkingsverband tussen
- hem, verdachte, en/of
- [naam stichting 1] , en/of
- [naam B.V. 1] , en/of
- [naam C.V. 1] , en/of
- [STAK 1] , en/of
- [STAK 2]
- [STAK 3] , en/of
- [STAK 4] , en/of
- [medeverdachte 1] , en/of
- [medeverdachte 2] , en/of
- [medeverdachte 4] , en/of
- [persoon 2] , en/of
- [persoon 3] , en/of
- [persoon 4] , en/of
- [persoon 5] , en/of
- [persoon 6] , en/of
- [persoon 7] , en/of
- [naam B.V. 2] , en/of
- [naam B.V. 3] , en/of
- [naam B.V. 4] , en/of
- [naam B.V. 5] (voorheen [naam B.V. 13] ) , en/of
- [naam B.V. 6] , en/of
- [naam B.V. 7] , en/of
- en of meer (andere) natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en),
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
- het plegen van faillissementsfraude (artikel 341 en/of 343 en/of 194 Wetboek van Strafrecht); en/of
- het plegen van valsheid in geschrift (artikel 225 Wetboek van Strafrecht);
- bedrog met balans en winst- en verliesrekening (artikel 336 wetboek van Strafrecht)
zulks terwijl hij, verdachte, oprichter, leider of bestuurder van die organisatie was;
2.
hij, op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 juni 2013 tot en met 10 februari 2014, in de gemeente [gemeente 1] , althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met één of meer andere rechtsperso(o)n(en) en/of met één of meer natuurlijke perso(o)n(en), althans alleen
meermalen, althans eenmaal opzettelijk gebruik heeft gemaakt of gebruik heeft doen maken van (een) valse:
1. arbeidsovereenkomst (D-110) tussen verdachte en/of zijn mededader(s) en [naam B.V. 2] , en/of
2. salarisspecificatie(s) over de maand juli 2013, augustus 2013, september 2013 en/of oktober 2013 (D-060), en/of
3. aanvraag overname betalingsverplichting UWV (D-054),
-(elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -
als ware die/dat geschrift echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken in het overleggen van die arbeidsovereenkomst en/of salarisspecificatie(s)aan het UWV en/of hiermee aanvragen van het faillissement van [naam B.V. 2] en/of het meesturen door DAS van de salarisspecificatie(s) bij de ingediende loonvordering en bestaande die valsheid of vervalsing hierin,
1. dat in de arbeidsovereenkomst in strijd met de waarheid staat vermeld dat verdachte in dienstbetrekking komt per 1 juli 2013; en/of
2. dat medeverdachte [medeverdachte 2] op de datum van ondertekening onbevoegd was om tot ondertekening over te gaan; en/of
3. dat de in de arbeidsovereenkomst weergegeven datum van onderktekening niet juist is; en/of
4. dat de salarisspecificaties zijn opgemaakt, wetende dat er hiervoor geen werkzaamheden zijn verricht en/of dat er allemaal fictieve loongegevens zijn gehanteerd en/of
5. dat de aanvraag overname betalingsverplichting van het UWV is ingevuld met onjuiste gegevens;
4.
de besloten vennootschap [naam B.V. 4] , welke vennootschap op 13 maart 2013 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 november 2012 tot en met 18 november 2014, in de gemeente [gemeente 1] en/of de gemeente [gemeente 3] , althans elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1. lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/of enig goed aan de boedel heeft onttrokken; en/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers hebbende [naam B.V. 4]
A. in de periode 1 januari 2013 tot en met 31 maart 2013, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie, vanaf haar bankrekening [rekeningnummer 1] een bedrag van EUR 5.000,00 en/of EUR 2.164,00 en/of EUR 2.260,00 overgemaakt naar bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] t.n.v. [naam C.V. 2] Waarvan eveneens een bedrag van EUR 6.797,23, althans een groot deel, zonder rechtsgrond en/of tegenprestatie, weer is overgeboekt naar rekeningnummer [rekeningnummer 3] van [naam B.V. 1] ; en/of
D. op herhaaldelijke oproep van de curator geen administratie uitgeleverd; en/of
E. geen administratie en/of kasboek bijgehouden; en/of
F. haar huurvordering(en) op [naam B.V. 8] en/of [persoon 8] gecedeerd aan [naam B.V. 1] ;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
5.
de besloten vennootschap [naam B.V. 5] (voorheen [naam B.V. 13] ) , welke vennootschap op 24 april 2013 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2012 tot en met 18 november 2014, in de gemeente [gemeente 4] en/of [gemeente 5] en/of [gemeente 1] , althans elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1. lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/of enig goed aan de boedel heeft onttrokken; en/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers is/hebbende [naam B.V. 5]
B. een bedrag van in totaal circa EUR 10.000,00 opgenomen van haar bankrekeningen en/of heeft laten opnemen van haar bankrekeningen, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie; en/of
C. geen kasboek en/of (volledige) administratie bijgehouden;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
6.
de besloten vennootschap [naam B.V. 6] , welke vennootschap op 21 augustus 2012 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 mei 2012 tot en met 18 november 2014, in de gemeente [gemeente 4] en/of [gemeente 5] en/of [gemeente 1] , althans elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1. lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/of enig goed aan de boedel heeft onttrokken; en/of
2. ter gelegenheid van haar faillissement of op een tijdstip waarop zij wist dat het faillissement niet kon worden voorkomen, één van haar schuldeisers op enige wijze bevoordeeld heeft; en/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers is/hebbende [naam B.V. 6] ,
A. de betaling vanuit het project [naam project] ter hoogte van in totaal EUR 15.000,00 op rekeningnummer [rekeningnummer 4] , zonder rechtsgrond en/of tegenprestatie doorgestort naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] (D-440); en/of
B. de betalingen vanuit het project [naam project] ter hoogte van in totaal EUR 49.000,00 op rekeningnummer [rekeningnummer 5] van [naam Holding] laten storten, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie (D-440); en/of
C. EUR 10.000,00 contant in ontvangst genomen van [naam project] ten behoeve van de betaling van de door [naam B.V. 6] verrichte werkzaamheden en deze EUR 10.000,00 niet verantwoord in een kasboek (D-250); en/of
E. een Ford Transit verkocht zonder de opbrengst hiervan aan de vennootschap ten goede te laten komen, althans zonder in de administratie inzicht te geven in de verwerking van deze opbrengst; en/of
F. het restantsaldo op bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] van EUR 1.590,08 overgeschreven naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] , althans een bedrag van EUR 1.590,08 niet aan de curator overgedragen; en/of
G. geen kasboek en/of (volledige) administratie bijgehouden; en/of
H. op verzoek van de curator niet de zwarte ordner(s) (D-02-03-001/ D-02-04-002) en/of andere bestaande facturen/kwitanties, bankafschriften, uitgeleverd;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
7.
de besloten vennootschap [naam B.V. 7] (voorheen genaamd [naam B.V. 19] ) , welke vennootschap op 28 oktober 2014 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 maart 2014 tot en met 18 november 2014, in de gemeente [gemeente 1] , althans elders in Nederland,
tezamen en in vereniging met één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
2. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers is/hebbende [naam B.V. 7] ,
B. ondanks herhaaldelijk verzoek van de curator, op 30 oktober 2014 en/of 6 november 2014, geen administratie aangeleverd, terwijl tijdens de doorzoeking aan de [adres 1] en/of de [adres 2] , ordners en/of bescheiden zijn aangetroffen die niet aan de curator zijn overlegd;
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en) verdachte al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsmiddelen [1]
Algemeen
1. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [2] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Naam : [naam B.V. 1]
Onderneming
Handelsnamen : [handelsnaam 1]
: [handelsnaam 2]
Vestiging
Bezoekadres : [adres 3]
Internetadressen : [website 1]
: [website 2]
Bestuurder
Naam : [naam B.V. 1]
Adres : [adres 3]
Datum in functie : 26-04-2011 (datum registratie: 27-04- 2011)
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
2. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [3] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Naam : [naam B.V. 1]
Adres : [adres 3]
Bestuurder
Naam : [naam B.V. 9]
Adres : [adres 3]
Datum in functie : 11-11-2013 (datum registratie: 11-11- 2013)
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
3. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [4] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 9]
Bezoekadres : [adres 3]
Enig aandeelhouder
Naam : Stichting [naam B.V. 9]
Enig aandeelhouder sinds : 03-07-2008
Bestuurder
Naam : [verdachte]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 1] 1966, [geboorteplaats 1]
Titel : Directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
4. Een schriftelijk bescheid, te weten een schermafdruk van de website [website 2] [5] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Juridisch Adviesbureau
Welkom op de website van [website 2] . Wat kunt u van ons verwachten:
 Binnen 2 uur ondernemen zonder privé-aansprakelijkheid (Nederlandse rechtsvorm, geen LTD, dus geen wantrouwen!)
 Bemiddeling bij aan- / verkoop nieuwe / bestaande BV’s
 Financiële / juridische problemen in uw BV, wij verzorgen vlot en deskundig de liquidatie van uw BV
5. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [6] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Rechtsvorm : Commanditaire Vennootschap
Statutaire naam : [naam C.V. 3]
Vestiging
Bezoekadres : [adres 3]
Vennoot
Naam : Stichting [naam stichting 2]
Datum in functie : 01-06-2010
Bevoegdheid : Onbeperkt bevoegd
6. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [7] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : Stichting [naam stichting 2]
Bezoekadres : [adres 3]
Bestuurder: [naam B.V. 9]
Bezoekadres : [adres 3]
Datum in functie : 11-11-2013
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
7. Een schriftelijk bescheid, te weten een volmacht [8] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De ondergetekenden
[naam B.V. 1] , hierna te noemen volmachtgever, verklaart bij deze volmacht te geven aan:
[naam C.V. 3] , rechtsgeldig vertegenwoordig door [medeverdachte 1] , hierna te noemen gevolmachtigde,
Artikel 1
1.1 Gevolmachtigde krijgt van volmachtgever algehele volmacht, met recht op substitutie om hem/haar in alle opzichten, te vertegenwoordigen en zijn/haar rechten en belangen, zonder uitzondering, te behartigen, evenals om in het kader van het vooromschreven onderwerp de noodzakelijke of wenselijke (rechts-) handelingen namens hem/haar te verrichten en in het algemeen al datgene te verrichten, wat de volmachtgever zelf tegenwoordig zijnde, zou mogen, moeten of kunnen doen.
Artikel 2
Deze volmacht geldt voor de duur van 12 maanden.
Aldus opgemaakt en in tweevoud getekend te [plaats 1] op 06-10-2012.
8. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [9] ,voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Opmerking verbalisanten:In het onderzoek genaamd Komodo bent u als getuige gehoord. Dit verhoor heeft plaatsgevonden op 22 oktober 2012. In dit verhoor heeft u onder meer het volgende verklaard:
Vraag:Wat kunt u over uw opleiding en werkervaring verklaren?
Antwoord:
“Mavo en technische school. Bedrijfsauto 1+2 en keurmeester APK en ik ben 11 jaar beroepsmilitair geweest. Mijn werkervaring bestaat uit fietsenmaker, beroepsmilitair (11 jaar) in de verzekeringen gewerkt bij [naam bedrijf 1] , [naam bedrijf 2] in [plaats 2] , als onderhoudsmonteur en ploegbaas en [naam bedrijf 3] in
[plaats 3] , gewoon in de werkplaats vrachtwagens keuren. De laatste jaren zit ik in de snacks, met een snackwagen. Daarnaast heb ik een tijdje in de BV handel gezeten, maar daar ben ik mee gestopt. Er staan nog een aantal BV ‘s op mijn naam. lk heb deze BV’s en probeer deze te verkopen.
Vraag:Blijft u bij deze verklaring of heeft u er nog iets aan toe te voegen?
Antwoord:“Het is mij niet gelukt om te stoppen met de BV-handel, de verleiding was te groot. Achteraf had ik er beter mee kunnen stoppen. De reden dat ik met de BV-handel ben doorgegaan is vanwege financiële keuze. lk heb nu € 1.100 in de maand en kom elke maand eigenlijk geld te kort.”
Over mijn BV handel kan lk het volgende verklaren:
[verdachte] of [persoon 9] nemen dan contact met mij op. lk kan dan via hen een BV overnemen. Zij zeggen dat er soms nog wat in de BV zit. Hiermee bedoel ik dat er nog schuld in zitten dan wel rekeningen te vorderen en als ik denk daar kan ik iets mee dan neem ik die BV over. lk krijg deze B.V.’s gratis, dat kost mij niets. Ik ga dan naar de notaris en de BV’s worden dan overgenomen door mijn
[naam stichting 1] . lk ben van de [naam stichting 1] de bestuurder en verder zit daar niemand in. De verkopende partij betaalt altijd de notariskosten. Ik betaal in ieder geval geen kosten. lk krijg alleen wat reiskostenvergoeding als ik naar de notaris moet rijden. Verder krijg ik geen vergoeding om de BV’s over te nemen,
Vraag:Blijft u bij deze verklaring of heeft u er nog lets aan toe te voegen?
Antwoord:“Ik blijf bij deze verklaring en ik heb er niets aan toe te voegen.”
Feit 2
9. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 4] [10] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[medeverdachte 1] gaf mij het advies om [naam B.V. 2] weg te doen. U vraagt mij op
welke basis [medeverdachte 1] voor mij werkte. Dat was op factuurbasis.
Vraag:Door wie en welke administratie werd er in uw periode van [naam B.V. 2] gevoerd?
Antwoord:“Door [medeverdachte 1] . Hij heeft voor mij de administratie opgezet. De eerste twee maanden waren er nauwelijks activiteiten. Toen het een beetje begon te lopen, ben ik via een kennis bij [medeverdachte 1] terecht gekomen.”
Opmerking verbalisanten:Wij tonen de verdachte een uittreksel van de Kamer van Koophandel met betrekking tot [naam B.V. 2] In dit uittreksel is te lezen dat [STAK 1] per 10 juli 2013 algemeen directeur van [naam B.V. 2] is geworden.
Vraag:Wat kunt u verklaren over de [STAK 1] en waarom is de stichting algemeen directeur geworden?
Antwoord:“Ik ken deze Stichting niet. U vraagt mij of [medeverdachte 1] aankwam met die Stichting als eventuele nieuwe directeur van [naam B.V. 2] . Neen dat was niet zo. Hij heeft die Stichting helemaal niet genoemd tegenover mij. [medeverdachte 1] zou de overdracht regelen voor mij. Hij kwam met een persoon aan maar ik weet niet wie. [medeverdachte 1] had het wel over compensabele verliezen. Hij vertelde mij dat diegene die [naam B.V. 2] overnam iets met die compensabele
verliezen kon en een doorstart kon maken. lk vroeg nog wel aan [medeverdachte 1] of die nieuwe bestuurder ook niet tegen het probleem van de aandelenovermame op
zou lopen zoals dat bij mij het geval was. Hij zei toen dat zij daar wel
uitkwamen en dat wel zouden uitvechten.”
“ [medeverdachte 1] kwam bij mij werken als boekhouder van [naam B.V. 2] .”
“U vraagt mij waaruit de administratie van [naam B.V. 2] bestond: bankafschriften, offertes en contracten, uitgeschreven facturen. Het ging om 4, 5 mappen die ik ook overgedragen heb aan [medeverdachte 1] . Ook ontvangen facturen zaten daarin.”
Opmerking verbalisanten:Wij tonen de verdachte een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tussen [naam B.V. 2] en [verdachte] . In deze overeenkomst is te lezen dat [verdachte] per 1 juli 2013 in dienst komt in de functie van “Hoofd Juridische Afdeling”. Deze overeenkomst is gedateerd op 21 juni 2013. De overeenkomst is getekend door [verdachte] en [medeverdachte 2] als vertegenwoordiger van [naam B.V. 2]
Vraag:Wat kunt u verklaren over deze overeenkomst?
Antwoord:“Toen ik in 2014 in detentie zat, benaderde curator [naam curator 1] mij met betrekking tot een arbeidsovereenkomst. Voor zover ik weet ging het om een arbeidsovereenkomst van [medeverdachte 1] die in loondienst zou werken voor [naam B.V. 2] . Dat kan helemaal niet want [medeverdachte 1] werkte op factuurbasis voor mij. Het stuk dat u mij nu toont, heb ik nooit eerder gezien. lk heb dit stuk ook niet gemaakt. De namen [verdachte] en [medeverdachte 2] ken ik ook niet. lk heb zelfs
nooit personeel in loondienst gewild.”
Vraag:Wat kunt u verklaren over de juistheid van de getoonde arbeidsovereenkomst en salarisspecificaties van [verdachte] ?
Antwoord:“Deze stukken, de arbeidsovereenkomst en de salarisspecificaties zijn vals. Vals omdat ik ze nooit heb gemaakt.”
10. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [11] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Naam : [naam B.V. 2]
Met ingang van 14-01-2014 is de rechtspersoon in staat van faillissement verklaard
Bestuurder
Naam : [STAK 1]
Adres : [adres 2]
Datum in functie : 10-07-2013 (datum registratie: 10-07- 2013)
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
FUNTIONARISGEGEVENS UITGETREDEN FUNCTIONARISSEN
Bestuurder
Achternaam en voorletter(s) : [medeverdachte 4]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 2] -1977, [geboorteplaats 2] , [geboorteland 1]
Infunctietreding : 01-05-2012
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 10-07-2013
11. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [12] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Naam : [STAK 1]
Adres : [adres 2]
Rechtspersoon
Naam : [medeverdachte 2]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 3] -1964, [geboorteplaats 3]
Adres : [adres 2]
Datum in functie : 22-03-2013 (datum registratie: 25-03- 2013)
Titel : Voorzitter / secretaris / penningmeester
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
12. Het vonnis van de enkelvoudige civiele kamer van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, van 14 januari 2014 [13] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
in de zaak van:
[verdachte],
wonende te [plaats 4]
hierna: de verzoeker,
advocaat: mr. P. van Rossum
tegen
de besloten vennootschap
[naam B.V. 2] ,
statutair gevestigd te [plaats 5] ,
hierna: de schuldenares,
Beslissing
De rechtbank:
verklaart
de besloten vennootschap [naam B.V. 2] , statutair gevestigd te [plaats 5] , [naam B.V. 2] , feitelijk gevestigd [adres 2] , ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Noord-Nederland, dossiernummer 32170683
in staat van faillissement;
benoemt tot rechter-commissaris het lid van deze rechtbank, mr. C.P. Lunter,
en stelt aan tot curator [naam curator 2] . advocaat te Lelystad;
Dit vonnis is gewezen door mr. C.P. Lunter en in het openbaar uitgesproken op
14 januari 2014.
13. Een schriftelijk bescheid, te weten een faillissementsverzoek met bijlagen [14] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De heer [verdachte] , geboren [geboortedag 1] 1966, wonende te [adres 1] , te dezer zake woonplaats kiezende te ( 7812 AM) Emmen aan de Hooggoorns 60 , ten kantore van de advocaat mr. P. van Rossum, die te dezen door verzoeker tot advocaat wordt gesteld met het recht van plaatsvervanging.
Verzoeker heeft van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam B.V. 2] , statutair gevestigd te [plaats 5] , gevestigd en kantoorhoudende te [adres 2] (productie 1) in deze gerekwestreerde, op grond van zijn arbeidsovereenkomst
(productie 2) te vorderen een bedrag van € 34.956,35, ter zake achterstallig loon over de maanden juli, augustus, september, oktober en november 2013 (productie 3) te vermeerderen met de wettelijke verhoging als bedoeld in art. 7:625 BW alsmede de wettelijke rente.
Gerekwestreerde laat daarnaast nog een of meerdere vorderingen van een of meer andere schuldeisers onbetaald. Verzoeker beschikt over een steunvordering te weten een openstaande vordering van de heer [medeverdachte 1] , werknemer van [naam B.V. 2] , zijnde een bedrag ter zake achterstallig salaris (productie 4).
Gerekwestreerde verkeert mitsdien in de toestand, dat zij heeft opgehouden te betalen, zodat verzoeker gerechtigd is de faillietverklaring van gerekwestreerde te verzoeken.
REDENEN WAAROM:
verzoeker zich wendt tot uw rechtbank met het verzoek de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam B.V. 2] , voornoemd.
[plaats 6] , 16 december 2013
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
(…) PRODUCTIE 2
ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ONBEPAALDE TIJD
De ondergetekenden:
1. [naam B.V. 2] gevestigd aan de [adres 2] , hierna te noemen “werkgever”, rechtsgeldig vertegenwoordigd door [medeverdachte 2] ,
en
2. [verdachte] , geboren op [geboortedag 1] 1966, wonende aan de [adres 1] te [adres 1] , hierna te noemen “werknemer”,
Artikel 1
1. De werkgever neemt de werknemer in dienst voor onbepaalde tijd, met ingang van 1 juli 2013 in de functie van Hoofd Juridische Afdeling.
Aldus overeengekomen en opgemaakt in tweevoud te [plaats 1] , 21 juni 2013.
[Handtekening] [Handtekening]
Werknemer Werkgever
[verdachte] Namens [naam B.V. 2]
[medeverdachte 2]
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
PRODUCTIE 3
AANTEKENEN EN GEWONE POST
[naam B.V. 2]
t.a.v. de heer/mevrouw [medeverdachte 2]
[adres 2]
2 december 2013
Geachte heer/mevrouw [medeverdachte 2] ,
Namens cliënt, [verdachte] verzoek en desnodig sommeer ik u om het totaalbedrag van € 34.956,35 bruto uit hoofde van de arbeidsovereenkomst binnen 3 dagen na dagtekening van deze brief te betalen op de rekening van cliënt.
Met vriendelijke groet,
DAS
[persoon 10]
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
SALARISSPECIFICATIE 31-07-2013
[naam B.V. 2] [verdachte]
[adres 2] [adres 1]
[adres 2]
Loon juli 2013 € 6.054,26
Tijdsparen vakantiegeld € 517,87
Tijdsparen overige
€ 419,14
€ 6.991,27
Netto loon, met loonheffingskorting € 3.326,-
SALARISSPECIFICATIE 31-08-2013
[naam B.V. 2] [verdachte]
[adres 2] [adres 1]
[adres 2]
Loon augustus 2013 € 6.054,26
Tijdsparen vakantiegeld € 517,87
Tijdsparen overige
€ 419,14
€ 6.991,27
Netto loon, met loonheffingskorting € 3.326,-
SALARISSPECIFICATIE 30-09-2013
[naam B.V. 2] [verdachte]
[adres 2] [adres 1]
[adres 2]
Loon september 2013 € 6.054,26
Tijdsparen vakantiegeld € 517,87
Tijdsparen overige
€ 419,14
€ 6.991,27
Netto loon, met loonheffingskorting € 3.326,-
SALARISSPECIFICATIE 31-10-2013
[naam B.V. 2] [verdachte]
[adres 2] [adres 1]
[adres 2]
Loon september 2013 € 6.054,26
Tijdsparen vakantiegeld € 517,87
Tijdsparen overige
€ 419,14
€ 6.991,27
Netto loon, met loonheffingskorting € 3.326,-
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
PRODUCTIE 4
ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ONBEPAALDE TIJD
De ondergetekenden:
1. [naam B.V. 2] gevestigd aan de [adres 2] , hierna te noemen “werkgever”, rechtsgeldig vertegenwoordigd door [medeverdachte 2] ,
en
2. [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedag 4] 1952, wonende aan
[adres 4] , hierna te noemen “werknemer”,
Artikel 1
1. De werkgever neemt de werknemer in dienst voor onbepaalde tijd, met ingang van 1 augustus 2013 in de functie van Controller.
Aldus overeengekomen en opgemaakt in tweevoud te [plaats 1] , 22 juli 2013.
[Handtekening] [Handtekening]
Werknemer Werkgever
[medeverdachte 1] Namens [naam B.V. 2]
[medeverdachte 2]
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
SALARISSPECIFICATIE 31-07-2013
[naam B.V. 2] [medeverdachte 1]
[adres 2] [adres 4]
[adres 2]
Loon juli 2013 € 7.550
Tijdsparen vakantiegeld € 645,82
Tijdsparen overige
€ 522,69
€ 8.718,51
Netto loon, met loonheffingskorting € 4.023,03
SALARISSPECIFICATIE 31-08-2013
[naam B.V. 2] [medeverdachte 1]
[adres 2] [adres 4]
[adres 2]
Loon augustus 2013 € 7.550
Tijdsparen vakantiegeld € 645,82
Tijdsparen overige
€ 522,69
€ 8.718,51
Netto loon, met loonheffingskorting € 4.023,03
SALARISSPECIFICATIE 30-09-2013
[naam B.V. 2] [medeverdachte 1]
[adres 2] [adres 4]
[adres 2]
Loon september 2013 € 7.550
Tijdsparen vakantiegeld € 645,82
Tijdsparen overige
€ 522,69
€ 8.718,51
Netto loon, met loonheffingskorting € 4.023,03
SALARISSPECIFICATIE 31-10-2013
[naam B.V. 2] [medeverdachte 1]
[adres 2] [adres 4]
[adres 2]
Loon oktober 2013 € 7.550
Tijdsparen vakantiegeld € 645,82
Tijdsparen overige
€ 522,69
€ 8.718,51
Netto loon, met loonheffingskorting € 4.023,03
14. Een schriftelijk bescheid, te weten een aanvraag overname betalingsverplichting [15] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Persoonlijke gegevens
Voorletter(s) en achternaam : [verdachte]
Geboortedatum : [geboortedag 1] 1966
Gegevens betalingsonmachtige werkgever
Naam werkgever : [naam B.V. 2]
Gegevens dienstverband
Datum in dienst : 01-07-2013
Functie : hoofd juridische afdeling
Soort dienstverband : onbepaalde tijd
Arbeidspatroon (aantal uren):
Wk Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
1 8 8 8 7 7
2 8 8 8 7 7
Ondertekening
Datum en handtekening : 10-02-2013 [Handtekening]
15. Een schriftelijk bescheid, te weten een aanvraag overname betalingsverplichting [16] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Persoonlijke gegevens
Voorletter(s) en achternaam : [medeverdachte 1]
Geboortedatum : [geboortedag 4] -1952
Gegevens betalingsonmachtige werkgever
Naam werkgever : [naam B.V. 2]
Gegevens dienstverband
Datum in dienst : 01-08-2013
Functie : controller
Soort dienstverband : onbepaalde tijd
Arbeidspatroon (aantal uren):
Wk Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
1 8 8 8 8 8
2 8 8 8 8 8
Ondertekening
Datum en handtekening : 11-02-2013 [Handtekening]
16. Het proces-verbaal van ambtshandeling [17] , voor zover inhoudende als relaas, zakelijk weergegeven:
Aanpak
Bij de doorzoeking op 18 november 2014 aan de [adres 4] werd onder andere een opslagmedium My Passport Ultra inbeslaggenomen. Hiervan werd een image gemaakt. Met het programma Forensic Toolkit (FTK) heb ik deze image geopend.
1) Arbeidsovereenkomsten
Zoeken in FTK op de term ‘arbeidsovereenkomst’ in combinatie met ‘ [plaats 1] ’ gaf mij 4.809 hits in 594 bestanden. In de lijst met bestanden zag ik veel MS-Word documenten met dezelfde naam. Het bestand ‘Arbeidsovereenkomst [verdachte] .doc’ bijvoorbeeld stond 19 keer in de lijst met bestanden. Alle 19 bestanden hadden dezelfde MD5 waarde, hetwelk impliceert dat het om bestanden met exact dezelfde inhoud gaat. Dat bestanden vaker dan een keer voorkomen op de gegevensdrager wordt veelal veroorzaakt door het meermalig aanmaken van een back-up.
Lijst met Word-documenten
#
Naam van het MS-Word document
1
Arbeidsovereenkomst [verdachte] .doc
2
Arbeidsovereenkomst [medeverdachte 1] .doc
Datumvergelijking
#
Datum aanhef
Datum gemaakt
Datum laatst gewijzigd
1
21-06-2013
28-11-2013
28-11-2013
2
22-07-2013
28-11-2013
28-11-2013
De MS-Word documenten hebben een aanmaakdatum die gevuld is met de waarde 28-11-2013. Tijdstippen van aanmaak zijn respectievelijk 14:07 en 14:12.
De in de documenten genoemde datum lag minimaal 129 en maximaal 160 dagen voor de datum van aanmaak. lk vermoed daarom, dat de arbeidsovereenkomsten en de ontvangstbevestiging achteraf zijn opgesteld.
17. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] [18] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Opmerking verbalisanten:Wij tonen de verdachte een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tussen [naam B.V. 2] en [medeverdachte 1] . In deze overeenkomst is te lezen dat [medeverdachte 1] per 1 augustus 2013 (38 uur per week) in dienst komt in de functie van “Controller”. Deze overeenkomst is gedateerd op 22 juli 2013. De overeenkomst is getekend door [medeverdachte 1]
en [medeverdachte 2] als vertegenwoordiger van [naam B.V. 2]
Vraag:Wat kunt u verklaren over deze overeenkomst?
Antwoord:“U vraagt mij wie deze arbeidsovereenkomst heeft gemaakt? lk heb die gemaakt. U vraagt mij wie mij aannam: dat is [medeverdachte 4] .”
Feit 4
18. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [19] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 4]
Bezoekadres : [adres 5]
Activiteiten gestaakt per : Met ingang van 13-03- 2013 is de rechtspersoon in staat van faillissement verklaard
Enig aandeelhouder
Naam : [STAK 3]
Bezoekadres : [adres 2]
Enig aandeelhouder sedert : 01-06-2011
Bestuurder
Naam : [STAK 3]
Datum in functie : 01-06-2011
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : alleen / zelfstandig bevoegd
OUDE VESTIGINGSADRESSEN
Adres: [adres 6]
Datum ingang: 09-01-2012
Adres: [adres 7]
Datum ingang: 01-01-2013
19. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [20] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [STAK 3]
Bestuurder
Naam : [medeverdachte 2]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 3] -1965, [geboorteplaats 3]
Datum in functie : 07-01-2013
Bevoegdheid : alleen / zelfstandig bevoegd
Bestuurder(s)
Naam : Stichting [naam stichting 3] / 4
Infunctietreding : 09-12-2011
Uit functie : 22-03-2012
Bevoegdheid : alleen / zelfstandig bevoegd
Naam : [persoon 3] / 5
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 5] -1969, [geboorteplaats 4]
Infunctietreding : 22-03-2012
Uit functie : 01-12-2012
Bevoegdheid : alleen / zelfstandig bevoegd
Naam : [medeverdachte 1] / 6
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 4] -1952, [geboorteplaats 5] , [geboorteland 2]
Infunctietreding : 01-12-2012
Uit functie : 14-01-2013
Bevoegdheid : alleen / zelfstandig bevoegd
20. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [21] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : Stichting [naam stichting 3]
Bestuurder
Naam : [persoon 7]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 6] -1976, [geboorteplaats 4]
Datum in functie : 01-10-2011
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig
21. De verklaring van medeverdachte [persoon 7] [22] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Eind 2012 is [verdachte] alles gaan regelen wat betreft het gebouw aan de [straatnaam] . Hij kreeg de boekhouding en de hele pleurisbende en ik gaf hem nog geld toe.
22. De verklaring van medeverdachte [persoon 3] [23] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Vraag:Op welke wijze bent u in contact gekomen met [medeverdachte 1] en hoe is deze overgang in zijn werk gegaan, werd [medeverdachte 1] daadwerkelijk bestuurder, wat voor werkzaamheden ging hij doen en waar werden die uitgevoerd en wat ging u vervolgens doen of bleef u werken voor [naam B.V. 4] ?
Antwoord:“Ik ben via mijn man in contact gekomen met de heer [medeverdachte 1] . lk heb hem een of twee keer gezien. Dit was in [plaats 7] op de zaak. [medeverdachte 1] is volgens mij boekhouder en deed volgens mij de boekhouding van [naam B.V. 4] . lk ben zelf naar de Kamer van Koophandel gegaan.”
Vraag:Beschikte [naam B.V. 4] over een bankrekening met een bankpas? Zo ja wat heeft u met de bankpas gedaan?
Antwoord:“Ja, van de ABN AMRO, want ik heb deze rekening zelf aangevraagd. Bij overdracht aan [medeverdachte 1] zijn de bankpas en de bankrekening overgedragen aan [verdachte] . U vraagt mij hoe vaak ik [verdachte] heb gezien. Ik heb [verdachte] een of twee keer meer gezien dan [medeverdachte 1] . U vraagt mij hoe ik in contact ben gekomen met [verdachte] . Via [persoon 7] (het hof begrijpt: [persoon 7] ). Gelijk met de overdracht, of misschien een of twee dagen later heb ik de bankpas en alle boekhouding overgedragen aan [verdachte] . Ik ben hiervoor verder niet bij de bank geweest.”
23. Een schriftelijk bescheid, te weten een onderzoeksrapport [24] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[naam adres advocaat]
Onderzoek verricht naar:
[verdachte]
[adres 1]
Dr.
UITGANGSPUNT
Op uw verzoek hebben wij een onderzoek ingesteld naar de [verdachte] ,
woonachtig te [plaats 4] . Het onderzoek is toegespitst op het nagaan van de verhaalsmogelijkheden op de [verdachte] . De bevindingen uit dit onderzoek
zijn weergegeven in het kader van een uitgebreid verhaalsrapport.
AANGETROFFEN ACTIVA
 Een erf en tuin gelegen aan de [adres 7] ter grootte van 16 centiare. Het perceel is bekend bij het kadaster onder de kadastrale aanduiding: [perceelnummer] . Het perceel werd in 2008 aangekocht voor een bedrag van € 800,00. De [verdachte] is volledig eigenaar van het perceel.
24. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van 6 maart 2013 van Adviesbureau [naam adviesbureau] aan de Kamer van Koophandel [25] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Hierbij bericht ik u het volgende:
Mijn cliënten, de heer en mevrouw [naam cliënten] wonen al vele jaren op het adres [adres 7] .
Van de belastingdienst begreep ik dat vanaf 1 maart jl. [naam B.V. 4] is ingeschreven op het adres van mijn cliënten. Zij hebben op geen enkele wijze van doen met [naam B.V. 4] .
Het enige dat ik mij kan voorstellen is dat iemand bewust de zaken fout wil voorstellen. In 1998 kochten mijn cliënten van [naam B.V. 10] :
- De woning [adres 7] ; en
- Het perceeltje grond dat achter de woning ligt is groot 16 centiare.
Pas onlangs is gebleken dat de overdracht van het perceeltje grond door het kadaster
nooit is toegepast. Vervolgens is op 7 april 2007 door voormelde vennootschap het
perceeltje grond opnieuw verkocht en overgedragen aan de [verdachte] te
[plaats 4] .
25. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [26] , voor zover inhoudende, zakelijk weergeven:
Als ik op mijn huisadres post kreeg over de BV, waarvan ik niet wist wat ik er mee moest, dan ging ik advies inwinnen bij [verdachte] .
26. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [27] , voor zover inhoudende, zakelijk weergeven:
Antwoord:“In deze zaak ben ik echt de katvanger.”
27. Het vonnis van de enkelvoudige civiele kamer van de rechtbank Oost-Nederland, zittingsplaats Almelo, van 13 maart 2013 [28] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtbank Oost-Nederland. enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken.
Gezien een verzoekschrift van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam B.V. 11] ,
advocaat mr. D.K. von Rosenstiel te Enschede ,
strekkende tot faillietverklaring van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam B.V. 4] ,
ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor [regio] onder nummer [nummer 1] ,
statutair gevestigd te [gemeente 3] ,
kantoorhoudende te [adres 7] ,
De beslissing
De rechtbank:
- verklaart [naam B.V. 4] voornoemd, in staat van faillissement;
- benoemt tot rechter-commissaris het lid van deze rechtbank mr. A.E. Zweers en stelt aan tot curator mr. [naam curator 3] , advocaat te Almelo.
28. Een schriftelijk bescheid, te weten twee e-mailberichten van curator [naam curator 3] aan verdachte [29] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Van:[naam curator 3]
Verzonden:maandag 6 mei 2013 8:37
Aan:‘ [mailadres] ’
Onderwerp:RE: administratie [naam B.V. 4]
Controleren:Bezorgd 6-5-2013 8:37
Geachte [verdachte] ,
Ondanks mijn eerdere verzoek de administratie van [naam B.V. 4] aan te leveren mocht ik die nog niet van u ontvangen. Hierdoor verzoek ik u nogmaals de in onderstaande e-mail gespecificeerde informatie binnen twee weken na vandaag aan te leveren.
Met vriendelijke groet,
[naam curator 3]
curator
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
Van:[naam curator 3]
Verzonden:vrijdag 12 april 2013 9:53
Aan:‘ [mailadres] ’
Onderwerp:administratie [naam B.V. 4]
Geachte [verdachte] ,
Wij spraken elkaar op 26 maart 2013 op mijn kantoor in het faillissement van [naam B.V. 4] . U vertelde mij toen dat u de administratie verzorgde voor [naam B.V. 4] . Via dit e-mailadres zou ik deze kunnen opvragen.
Van u ontvang ik graag de jaarrekeningen van 2009 en 2010. Voorts ontvang ik graag de balans en winst & verlies rekening 2011 alsmede de balans en w&v m.b.t. 2012. Ook de administratie over 2013 zou ik graag ontvangen.
Met vriendelijke groet,
[naam curator 3]
curator
29. De verklaring van curator mr. [naam curator 3] [30] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Niet voldoen aan de inlichtingenplicht:
[medeverdachte 2] is verzocht de administratie van de failliete vennootschap te overhandigen. Hij heeft echter taal noch teken van zich laten horen.
Ook [verdachte] levert, ondanks verzoek, geen administratie aan. [verdachte] heeft tijdens een bespreking op 26 maart 2013 laten weten dat hij de administratie voerde voor [naam B.V. 4] Ik zou die administratie bij hem kunnen opvragen d.m.v. een e-mail naar het adres: [mailadres] . Tot twee maal toe heb ik daar vergeefs een e- mail naar toe gestuurd.
30. Het proces-verbaal van doorzoeking met bijlagen [31] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Plaats, datum en tijdstip van de doorzoeking
[adres 3]
Datum binnentreding : 18 november 2014
In beslag genomen voorwerpen
Tijdens de doorzoeking zijn diverse administratieve bescheiden aangetroffen en in beslag genomen. De in beslag genomen bescheiden zijn genoteerd op lijsten In beslag genomen voorwerpen, deze worden als bijlage bij dit proces-verbaal gevoegd.
LIJST VAN IN BESLAG GENOMEN GOEDEREN
D.02.05.004 ordner blauw [naam B.V. 4] uitgaven
D.02.05.005 ordner [persoon 4] facturen [naam B.V. 4]
D.02.05.010 ordner geel uitgaande fact. [naam B.V. 4] maart
31. Een schriftelijk bescheid, te weten een akte van cessie [32] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De ondergetekenden:
De besloten vennootschap
[naam B.V. 4], ten deze vertegenwoordigd door haar directeur, [medeverdachte 2] ,
verder te noemen cedent
en
de besloten vennootschap
[naam B.V. 1], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar directeur, [verdachte]
komen het navolgende overeen:
1. Cedent draagt hierbij onherroepelijk over in volle en vrije eigendom aan [naam B.V. 1] , die hierbij ten titel van incasso van cedent aanvaardt, zijn vordering, alsmede alle daaruit voortvloeiende verdere rechten, zoals omschreven in de tussen partijen gesloten huurovereenkomst op 01-01-2012.
Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt en ondertekend te [plaats 1] op 22 februari 2013.
32. Een schriftelijk bescheid, te weten een huurovereenkomst [33] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ondergetekenden:
[naam B.V. 4], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door
[STAK 3], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door
STICHTING [naam stichting 3], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer
[persoon 7] ,hierna te nomen ‘verhuurder,
en
[naam B.V. 8] ,ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer
[persoon 11] ,hierna te noemen ‘huurder’,
zijn overeengekomen,
Het gehuurde
1.1 Verhuurder verhuurt aan huurder en huurder huurt van verhuurder de bedrijfsruimte, plaatselijk bekend [adres 6] , hierna “het gehuurde”.
Huurprijs
4.1 De aanvangshuurprijs van het gehuurde bedraagt op jaarbasis
€ 20.000,--, zegge:
TWINTIGDUIZEND EURO.
Aldus opgemaakt en ondertekend in drievoud te [plaats 7] op respectievelijk 10 en 11 april 2012.
33. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van 22 februari 2013 van [naam B.V. 4] aan [naam B.V. 8] t.a.v. [persoon 11] [34] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Per 22 februari 2013 zijn de rechten uit de huurovereenkomst tussen [naam B.V. 8] en [naam B.V. 4] , welke op 01-01-2012 is getekend, overgegaan middels een akte van cessie op [naam B.V. 1] .
Wij verzoeken u om gehoor te geven aan deze wijziging en om de maandelijkse
verplichtingen uit deze huur overeenkomst te betalen aan [naam B.V. 1] .
Feit 5
34. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [35] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 5]
Bezoekadres : [adres 2]
Activiteiten gestaakt per : Met ingang van 24-04-2013 is de rechtspersoon in staat van faillissement verklaard
Enig aandeelhouder
Naam : [naam B.V. 12]
Bezoekadres : [adres 3]
Enig aandeelhouder sinds : 15-03-2011
OUDE STATUTAIRE NAMEN
Statutaire naam : [naam B.V. 13]
Datum ingang : 01-04-2010
Datum einde : 03-01-2013
OUDE HANDELSNAMEN
Handelsnaam : [naam B.V. 13]
Datum ingang : 01-04-2010
Datum einde : 03-01-2013
Handelsnaam : [naam B.V. 5]
Datum ingang : 03-01-2013
Datum einde : 18-03-2013
FUNCTIONARISGEGEVENS UITGETREDEN FUNCTIONARIS(SEN)
Bestuurder
Naam : [naam B.V. 14] / 3
Adres : [adres 8]
Infunctietreding : 01-04-2010
Titel : Gevolmachtigd bestuurder
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 15-03-2011
Naam : [naam B.V. 12] / 7
Bezoekadres : [adres 3]
Infunctietreding : 23-12-2011
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 01-02-2013
Bestuurder
Naam : [naam B.V. 4] / 8
Adres : [adres 5]
Infunctietreding : 01-02-2013
Uit functie : 17-04-2013
35. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [36] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 12]
Enig aandeelhouder
Naam : [naam B.V. 9]
Enig aandeelhouder sinds : 03-01-2013
Bestuurder
Naam : [naam B.V. 9]
Datum in functie : 03-01-2013
Titel : Gevolmachtigd bestuurder
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
OUDE STATUTAIRE NAMEN
Statutaire naam : [naam B.V. 15]
Datum ingang : 16-03-2010
Datum einde : 03-01-2013
OUDE HANDELSNAMEN
Handelsnaam : [naam B.V. 15]
Datum ingang : 16-03-2010
Datum einde : 03-01-2013
FUNCTIONARISGEGEVENS UITGETREDEN FUNCTIONARIS(SEN)
Enig aandeelhouder
Naam : [persoon 4]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 7] -1961, [geboorteplaats 6]
Enig aandeelhouder sinds : 16-03-2010
Uit functie : 03-01-2013
Bestuurder
Naam : [persoon 4]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 7] -1961, [geboorteplaats 6]
Infunctietreding : 16-03-2010
Titel : Gevolmachtigd bestuurder
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 03-01-2013
36. Een schriftelijk bescheid, te weten een opgaveformulier betreffende toetreden bestuurder [37] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
KvK-nummer : [nummer 2] ( [naam B.V. 5] )
Datum ontvangst : 26-02-2013
Bestuurder
Datum in functie : 01-02-2013
Statutaire naam : [naam B.V. 4]
37. De verklaring van verdachte [38] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik werd op 3 januari 2013 middellijk bestuurder en enig aandeelhouder via [naam B.V. 9] van [naam B.V. 15] en daarmee van [naam B.V. 13] . Het klopt dat ik op diezelfde dag, 3 januari 2013, de naam van [naam B.V. 13] heb gewijzigd in [naam B.V. 5] . Het klopt ook dat [medeverdachte 2] op
1februari 2013 met terugwerkende kracht middellijk bestuurder werd van [naam B.V. 5] en dat ik aandeelhouder bleef.
38. De verklaring van verdachte [39] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Bij [naam B.V. 13] was sprake van een zinkend schip.
39. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [40] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Opmerking verbalisanten:De curator is als getuige gehoord en is van mening dat het bestuurderschap over [naam B.V. 13] (later: [naam B.V. 5] ) van [medeverdachte 2] per 1 februari 2013 een schijnconstructie is omdat [persoon 4] na die datum nog steeds beschikt over de bankrekening van [naam B.V. 13] .
Vraag:Op welke wijze is de koop van [naam B.V. 5] (Voorheen [naam B.V. 13] tot stand gekomen?
Antwoord:“Ik ken alleen de naam [naam B.V. 5] Deze BV heb ik van [verdachte] overgenomen. Ik heb niets betaald voor deze BV.”
Vraag:Wat kunt u verklaren omtrent de stelling van de curator.
Antwoord:“Ik dacht dat ik een schone BV had gekocht van [verdachte] . lk heb nooit geweten dat er nog een bankrekening was die nog op naam stond van de oude bestuurder. U noemt de naam [persoon 4] . Die naam komt mij niet bekend voor. lk ken ook de naam [naam B.V. 13] niet.”
Opmerking verbalisanten:Wij tonen u document D-026, een schrijven van 23 mei 2013 van de curator aan u als – op dat moment tot aan het faillissement – indirect bestuurder van [naam B.V. 13] . De curator wil inzage in de volledige administratie van [naam B.V. 13] en heeft van [verdachte] gehoord dat hij de hele administratie zoals hij die van [persoon 4] heeft ontvangen, heeft doorgegeven aan u.
Vraag:Wat kunt u verklaren over deze twee verkiaringen van [verdachte] die daarmee aangeeft dat hij de administratie wel van u heeft ontvangen?
Antwoord:“lk heb [verdachte] helemaal geen administratie van [naam B.V. 5] ontvangen en ook niet van [naam B.V. 13] . lk weet van het bestaan van [naam B.V. 13] niets af. Daar heeft [verdachte] mij nooit iets over verteld.”
Vraag:Heeft u de bankpas van [naam B.V. 5] bij de overdracht mogen ontvangen? Zo ja van wie? Heeft u bij de bank ook melding gemaakt dat u de nieuwe gemachtigde van de bankrekening van [naam B.V. 5] bent geworden?
Antwoord:“Nee, ook in dit geval heb ik geen bankpas ontvangen en ik heb ook niet een volmacht ontvangen.”
40. Het vonnis van de enkelvoudige civiele kamer van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, van 24 april 2013 [41] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Vonnis van de Eerste enkelvoudige kamer op liet verzoekschrift van:
[naam B.V. 16] ,
statutair gevestigd te [plaats 8] en kantoorhoudende te [plaats 8] ,
verzoeksters.
advocaat mr. J.S. van Burg.
-- tegen --
[naam B.V. 5] ,
statutair gevestigd te [plaats 1] ,
voorheen kantoorhoudende te [adres 3] .
thans kantoorhoudende te [adres 2] .
gerekwestreerde.
Beslissing
De rechtbank:

1. Verklaart [naam B.V. 5] in staat van faillissement.

3. Stelt aan als curator mr. [naam curator 4] . advocaat te Assen.
41. Een schriftelijk bescheid, te weten een rekeningafschrift [42] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
SNS Bank|
1/2013|
Zakenrekening[rekeningnummer 6]
11-02 BIJ 10.000,00 [rekeningnummer 7] [naam B.V. 13]
42. Een schriftelijk bescheid, te weten een rekeningafschrift [43] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rabobank|
Rekeningnummer[rekeningnummer 7]
Datum Tegenrekening / omschrijving Mutatie af (debet)
11-02 [rekeningnummer 7] [persoon 4] overboeking 10.000,00
43. De verklaring van medeverdachte [persoon 4] [44] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Opmerking verbalisanten:Wij tonen u document D-277, kopieën van de afschriften van de bankrekening ten name van [naam B.V. 13] bij de SNS bank
Na ontvangst van € 10.000 vanaf de zakelijke rekening bij ING van [naam B.V. 13] met nummer [rekeningnummer 8] , worden slechts veelal kleinere betalingen verricht die vermoedelijk niet in het belang zijn van [naam B.V. 13] maar voor u privé. Het bedrag van € 10.000 is afkomstig uit de ten onrechte aan [naam B.V. 13] verleende teruggaaf Omzetbelasting.
Vraag:Wat kunt u over de wel of niet zakelijkheid van de besteding van die
€ 10.000,- verklaren?
Antwoord:“Dat was inderdaad niet voor [naam B.V. 13] maar voor mij om van te leven en om dingen te ontwikkelen voor een op te starten nieuw bedrijf van mij.”
44. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van 23 mei 2013 van mr. [persoon 12] namens de curator aan medeverdachte [medeverdachte 2] [45] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Hierbij bericht ik u dat de Rechtbank Noord Nederland, locatie Assen bij vonnis d.d. 24 april 2013 in staat van faillissement heeft verklaard: [naam B.V. 5]
U bent indirect bestuurder van de failliete vennootschap. Ik wil graag met u in contact treden over de stand van zaken van de failliete vennootschap alsmede de gang van zaken de afgelopen paar maanden. Ook wens ik zo spoedig mogelijk inzage in de volledige administratie van de vennootschap over de afgelopen 5 jaar.
45. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van 12 juni 2013 van mr. [persoon 12] namens de curator aan medeverdachte [medeverdachte 2] [46] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 23 mei jl. heb ik u aangeschreven inzake het faillissement [naam B.V. 5] , waar u indirect bestuurder van bent. Ondanks mijn dringende verzoek tot contact en beschikking over de administratie heb ik niks van u vernomen.
46. De verklaring van mr. [naam curator 4] [47] , curator, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Algemeen
[naam B.V. 5] . had voorheen als statutaire benaming: [naam B.V. 13]
Niet voldoen aan de administratieverplichtingen / niet overleggen administratie
Er is geen boekhouding aangetroffen. [medeverdachte 2] , middelijk bestuurder, is aansprakelijk gesteld voor het gehele tekort in het faillissement.
Aan mij is in het geheel geen administratie aangeleverd.
Volgens de curator van [naam B.V. 4] (ook gefailleerd) is geen administratie van [naam B.V. 5] . aanwezig bij [naam B.V. 4]
Niet voldoen aan de inlichtingenplicht:
[medeverdachte 2] is verzocht de administratie van de failliete vennootschap te overhandigen. [medeverdachte 2] heeft nimmer zelf op brieven van mij aangaande de administratie en verzoek tot contact gereageerd.
Ook [verdachte] levert, ondanks verzoek, geen administratie aan. De informatie die wel wordt verstrekt is onduidelijk en niet door middel van stukken onderbouwd.
Wat opvalt is dat de [verdachte] eens opbelde met de mededeling dat hij handelende vanuit één van zijn ondernemingen, [handelsnaam 2] , gemachtigd was door de [medeverdachte 2] om voor hem te spreken.
De onderneming [handelsnaam 2] wordt vanuit [naam B.V. 1] , een vennootschap van de [verdachte] , geëxploiteerd. [handelsnaam 2] heeft [naam B.V. 13] als gemachtigde bijgestaan in een incassoprocedure van een van de crediteuren in het faillissement.
Uit een schermafdruk van de website van [handelsnaam 2] blijkt dat de [verdachte] zich bedrijfsmatig bezig houdt met handel in B.V.’s en aansprakelijkheidskwesties. Ook is [handelsnaam 2] volgens de website de partij voor vlotte en deskundige liquidaties van B.V.’s.
47. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [48] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik weet niets van de administratie van [naam B.V. 13] of [naam B.V. 5] .
48. Het proces-verbaal van ambtshandeling met bijlagen [49] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 11 november 2014 heeft mr. H.O. Bossinga, rechter-commissaris te Almelo, beslist dat rechter-commissaris J. Candido, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, doorzoeking zal doen ter inbeslagneming
op het adres:
[adres 8] ,
in het kader van het strafrechtelijk onderzoek tegen
[persoon 4]
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
LIJST VAN IN BESLAG GENOMEN GOEDEREN
IBN-CODE
OMSCHRIJVING GOEDEREN
F.01.01.001
Diverse bescheiden
F.02.01.001
Bankafschriften
F.03.01.001
Zwarte ordner opschrift rekeningen
F.03.01.002
Zwarte ordner opschrift UWV
F.03.01.003
Rode map opschrift [naam opschrift 1]
F.03.01.004
Blauwe map merk Office Essentials
F.03.01.005
Zwarte ordner opschrift [naam opschrift 2]
F.03.01.006
Rode ordner merk Office Essentials
F.03.01.007
Grijze ordner opschrift Unive
F.03.01.008
Zwarte ordner opschrift Belasting
F.03.01.009
Rode ordner opschrift auto’s
F.03.02.001
Uittreksel KvK [naam B.V. 15]

49.Het proces-verbaal doorzoeking bedrijfspand Object H, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

Plaats, datum en tijdstip van de doorzoeking
[adres 9]
Datum binnentreding: 18 november 2014
In beslag genomen voorwerpen
Alle in beslag genomen voorwerpen zijn vermeld op een lijst van in beslag genomen voorwerpen.
50. Een schriftelijk bescheid, te weten een bewijs van ontvangst van stukken curator,
mr. [naam curator 4] [51] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[afbeelding 1]
Feit 6
51. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [52] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 6]
Met ingang van 21-08-2012 is de rechtspersoon in staat van faillissement verklaard.
Enig aandeelhouder
Naam : [STAK 4]
Enig aandeelhouder sedert : 06-11-2010
Bestuurder
Naam : [STAK 4]
Datum in functie : 06-11-2010
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
52. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [53] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [STAK 4]
Bestuurder
Naam : [medeverdachte 2]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 3] -1965, [geboorteplaats 3]
Datum in functie : 15-05-2012
Titel : Voorzitter / secretaris / penningmeester
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Functionarisgegevens uitgetreden functionaris(sen)
Bestuurder(s)
Naam : [persoon 5]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 8] -1974, [gemeente 6]
Infunctietreding : 03-04-2012
Titel : Voorzitter / secretaris / penningmeester
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 15-05-2012
53. Het vonnis van de enkelvoudige civiele kamer van de rechtbank Assen van 21 augustus 2012 [54] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Vonnis van de Eerste enkelvoudige kamer op het verzoekschrift van:
[naam B.V. 17],
gevestigd te [plaats 9] ,
verzoekster,
advocaat mr. H.L. Thiescheffer,
-- tegen --
[naam B.V. 6],
statutair gevestigd te [plaats 1] en kantoorhoudende te [adres 2]
,
gerekwestreerde.
De beslissing
De rechtbank:
1. Verklaart [naam B.V. 6] (…) in staat van faillissement;
2. Benoemt tot rechter-commissaris het lid van deze rechtbank rnr. J.H.W.R. Oriëns-Schipper
3. Stelt aan tot curator mr. [naam curator 5] , advocaat te Meppel.
54. De verklaring van mr. [naam curator 5] [55] , curator, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Met toestemming van de rechter-commissaris doe ik mijn functie als curator van [naam B.V. 6] aangifte van het niet voldoen aan de inlichtingenplicht richting curator en het niet voldoen van aan de verplichting van het voeren van een administratie.
Algemeen:
[STAK 4] te [plaats 1] is enig aandeelhouder van failliet en [medeverdachte 2] is bestuurder van deze stichting. [verdachte] heeft zich gemeld als boekhouder van [medeverdachte 2] .
Niet voldoen aan de inlichtingenplicht
Op 14 september 2012, op 9 oktober 2012, op 16 januari 2013 en op 23 januari 2013 heb ik [medeverdachte 2] schriftelijk verzocht om bij mij op kantoor te verschijnen om inlichtingen te verstrekken omtrent bovenvermeld faillissement. Op deze schriftelijke verzoeken, waarvan ik er een persoonlijk heb afgegeven aan de echtgenote op het huisadres van [medeverdachte 2] , is niet gereageerd.
Ook heb ik telefonisch contact opgenomen met de [verdachte] , de boekhouder van [medeverdachte 2] . [verdachte] zou aan [medeverdachte 2] verzoeken contact met mij op te nemen. Op al deze verzoeken is niet gereageerd. Ik heb daarom aan de rechter-commissaris verzocht [medeverdachte 2] op te roepen voor verhoor. [medeverdachte 2] is op 4 april 2013 bij de rechter-commissaris verschenen met
[verdachte] . Deze laatste heeft het woord gevoerd en heeft toegezegd dat ze openheid van zaken zouden geven op mijn kantoor.
Op 8 april 2013 is [medeverdachte 2] inderdaad op mijn kantoor verschenen en heeft hij summierlijk antwoord gegeven op een paar vragen. Hij beloofde op een aantal vragen terug te zullen komen maar heeft dit verzuimd. Met name heb ik geen boekhouding of administratieve bescheiden van het gefailleerde bedrijf van hem of van een andere (voormalige) bestuurder ontvangen.
55. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] [56] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Vraag:Welke administratie en door wie werd er gevoerd in uw periode binnen [naam B.V. 6] ?
Antwoord:“lk heb geen administratie gehouden”.
56. Het proces-verbaal doorzoeking [adres 3] met bijlagen [57] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Plaats, datum en tijdstip van de doorzoeking
[adres 3]
Datum binnentreding : 18 november 2014
In beslag genomen voorwerpen
Tijdens de doorzoeking zijn diverse administratieve bescheiden aangetroffen en in beslag genomen. De in beslag genomen bescheiden zijn genoteerd op lijsten in beslag genomen voorwerpen. Deze worden bij dit proces-verbaal gevoegd.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
LIJST VAN IN BESLAG GENOMEN GOEDEREN
IBN-CODE
OMSCHRIJVING GOEDEREN
D.02.03.001
ordner zwart blanco
57. Het zaaksproces-verbaal [naam B.V. 6] [58] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Tijdens de doorzoeking op de [adres 3] , het zakelijk pand van [verdachte] , is een map aangetroffen (D-02-03-001) met daarin onder meer de volgende documenten (D-494 t/m D-496 en D-541 t/m D-543).
[afbeelding 2]
Feit 7
58. Een schriftelijk bescheid, te weten een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel [59] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Rechtspersoon
Statutaire naam : [naam B.V. 7]
Met ingang van 28-10-2014 is de rechtspersoon in staat van faillissement verklaard.
Enig aandeelhouder
Naam : [naam B.V. 18]
Enig aandeelhouder sedert : 12-02-2014
Bestuurder
Naam : [STAK 3]
Datum in functie : 01-03-2014 (datum registratie: 21-07-2014)
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Oude statutaire namen
Statutaire naam : [naam B.V. 19]
Datum ingang : 19-12-2007
Datum einde : 12-02-2014
Functionarisgegevens uitgetreden functionaris(sen)
Bestuurder
Naam : [persoon 6]
Geboortedatum en -plaats : [geboortedag 9] -1969, [geboorteplaats 7]
Infunctietreding : 19-12-2007
Titel : Algemeen directeur
Bevoegdheid : Alleen / zelfstandig bevoegd
Uit functie : 01-03-2014
59. Het vonnis van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 28 oktober 2014 [60] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ter griffie van deze rechtbank is op 5 september 2014 een verzoekschrift (…) ingekomen van:
[naam B.V. 20] ,
advocaat: mr. I.C.M. Janssen te Veghel,
hierna te noemen verzoekster,
Het verzoek strekt tot faillietverklaring van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam B.V. 7] , (…)
hierna te noemen gerequestreerde.
De beslissing
De rechtbank:
- verklaart in staat van faillissement: (…) [naam B.V. 7] , (…)
- benoemt tot (…) curator mr. [naam curator 6] . [adres 10] .
60. Een schriftelijk bescheid, te weten een e-mailbericht van 3 juli 2014 van [persoon 6] aan [handelsnaam 2] [61] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Beste [verdachte]
(het hof begrijpt: verdachte),
Graag advies wat te doen met [naam B.V. 7] . Deze [naam B.V. 7] kent nu door de afgelopen drie jaar de nodige schade, niet inbare gelden etc. etc.
Graag jouw advies wat te doen en hoe te handelen. Ik wens 75% van de crediteuren graag te behouden.
61. De verklaring van mr. [naam curator 6] [62] , curator, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Voorlopige aangifte ter zake van vermoedelijke faillissementsfraude tan aanzien van [naam B.V. 7]
Op 30 oktober 2014 heb ik schriftelijk, aangetekend en per gewone post, [medeverdachte 2] resp. [persoon 6] gevorderd mij de volledige administratie, boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op 5 november 2014 om 14.00 uur resp. op 13 november 2014 om 14.00 uur te overhandigen. Kopieën van deze brieven gaan als bijlagen hierbij. Aan deze vordering is niet voldaan.
Naar aanleiding van deze brieven vervoegde zich de [verdachte] op 5 november 2014 om 14.00 uur aan de voordeur van mijn kantoorpand. De [verdachte] deelde mij mede dat hij namens [medeverdachte 2] en [persoon 6] was gekomen om met mij te spreken en dat dit faillissement snel afgehandeld kon worden. De [verdachte] deelde mede dat [medeverdachte 2] noch [persoon 6] zouden komen en dat ik het met hem als gemachtigde moest doen, of ik dat nu wilde of niet, en dat hij mij anders wel zou weten te vinden.
Op 6 november 2014 heb ik [persoon 6] bij brief medegedeeld dat hij niet voor de geplande bespreking van 13 november 2014 hoefde te verschijnen maar wel die datum de volledige administratie diende uit te leveren en antwoorden schriftelijk diende te geven op de vragen die ik gesteld had. [medeverdachte 2] heeft een soortgelijke brief van mij ontvangen. [persoon 6] noch [medeverdachte 2]
hebben op deze brief gereageerd en/of de volledige administratie ongeschonden aan mij uitgeleverd. Wel ontving ik brieven van de [verdachte] waarin hij mij o.a. wilde doen geloven dat hij op 5 november 2014 in het bijzijn van twee getuigen de volledige administratie bij de beneden voordeur van mijn kantoor zou hebben achtergelaten.
62. Het zaaksproces-verbaal [naam B.V. 7] [63] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Tijdens de doorzoeking op 18 november 2014 in het woonhuis van verdachte [verdachte] worden 7 ordners met administratieve bescheiden aangetroffen van [naam B.V. 7] Deze zijn gedocumenteerd onder de nummers A-08-01- 003 tot en met A-08-01-009.
Tijdens de doorzoeking op 18 november 2014 in het woonhuis van [medeverdachte 2] worden losse administratieve bescheiden (met name aan [naam B.V. 7] gerichte brieven, facturen, aanmaningen) aangetroffen van [naam B.V. 7] Deze zijn gedocumenteerd onder de nummers C-02-02- 003, C-02-03-001, C-02-03-003.
63. Het proces-verbaal van bevindingen [64] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In het kader van het onderzoek met gefisnummer 53859, heeft er op dinsdag
18 november 2014 een doorzoeking, in het kader van faillissementsfraude, plaatsgevonden op het adres [adres 1] .
De doorzoeking vond plaats in de woning van de verdachte [verdachte] .
Tijdens de doorzoeking werden door mij 7 ordners aangetroffen en in beslag genomen van de firma [naam B.V. 7] . De ordners zijn door ons genummerd A-08-01- 003 tot en met A-08-01-009.
Bij het voorleggen van de ordners aan de verdachte [verdachte] hoorde ik [verdachte] zeggen dat in de ordners de administratie van het bedrijf [naam B.V. 7] zat. [naam B.V. 7] was inmiddels failliet en [verdachte] had de ordners klaargezet voor overdracht aan de curator.
64. Een schriftelijk bescheid, te weten een lijst van in beslag genomen goederen [65] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Behoort bij object : [adres 1]
[afbeelding 3]
65. Een schriftelijk bescheid, te weten een lijst van in beslag genomen goederen [66] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Behoort bij object : [adres 2]
[afbeelding 4]
Overwegingen met betrekking tot het bewijs
Inleiding
Niet ter discussie staat dat:
  • medeverdachte [medeverdachte 2] van alle ten laste gelegde vennootschappen – [naam B.V. 2] ( [naam B.V. 2] ), [naam B.V. 4] ( [naam B.V. 4] ), [naam B.V. 5] ( [naam B.V. 5] ), [naam B.V. 6] ( [naam B.V. 6] ) en [naam B.V. 7] ( [naam B.V. 7] ) – als middellijk bestuurder bij de Kamer van Koophandel was ingeschreven op het moment dat deze vennootschappen failliet werden verklaard;
  • tussen het moment dat [medeverdachte 2] (al dan niet met terugwerkende kracht) als bestuurder werd geregistreerd en het moment dat faillissement van de hiervoor genoemde vennootschappen werd uitgesproken een periode van 58 tot maximaal 189 dagen zat;
  • geen van de curatoren in de betreffende faillissementen heeft – na daar herhaaldelijk om te hebben verzocht – de administratie van deze gefailleerde ondernemingen overgelegd gekregen;
  • verdachte in de ten laste gelegde perioden middellijk bestuurder was van [naam B.V. 1] ( [naam B.V. 1] ), handelend onder de namen [handelsnaam 2] en [handelsnaam 1] ;
  • [handelsnaam 2] zich op haar website afficheerde als onder meer bemiddelaar bij de handel in nieuwe en bestaande BV’s en deskundige op het gebied van (vlotte) liquidatie van BV’s;
  • verdachte in die hoedanigheid en voorafgaand aan de registratie van [medeverdachte 2] als bestuurder contact heeft gehad met de toenmalige bestuurders van alle ten laste gelegde vennootschappen;
  • de commanditaire vennootschap [naam C.V. 3] ( [naam C.V. 3] ), vertegenwoordigd door medeverdachte [medeverdachte 1] , van 6 oktober 2012 tot 6 oktober 2013 een algehele volmacht van [naam B.V. 1] had;
  • [medeverdachte 2] zichzelf herkent in de omschrijving van katvanger.
Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat alle in hoger beroep aan de orde zijnde feiten kunnen worden bewezen en heeft daartoe het volgende aangevoerd.
Feiten 4, 5, 6 en 7
Verdachte heeft telkens zowel een adviserende als een uitvoerende rol gehad, waarbij kort voor de faillissementen van bestuurder werd gewisseld. Die gedragingen zijn steeds verricht in de sfeer van de betreffende rechtspersoon en die rechtspersoon heeft nagelaten voldoende zorg te betrachten ter voorkoming van het faillissement. Verdachte heeft zodoende feitelijke leiding gegeven aan die gedragingen.
Feit 2
Er is sprake van valse arbeidsovereenkomsten tussen verdachte en [naam B.V. 2] en tussen [medeverdachte 1] en [naam B.V. 2] , omdat de door de computer geregistreerde aanmaakdatum telkens na de datum van ondertekening ligt en medeverdachte [medeverdachte 2] op de datum van ondertekening niet bevoegd was te ondertekenen. Van die overeenkomsten, de bijbehorende salarisspecificaties en de aan de hand daarvan ingevulde aanvraag overname betalingsverplichting heeft verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte 1] gebruik gemaakt.
Feit 1
Verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] vormden een duurzaam en georganiseerd samenwerkingsverband waarbij ieder van hen een vaste taak had. De organisatie had tot oogmerk het plegen van faillissementsfraude, valsheid in geschrift en bedrog met balans en winst- en verliesrekening. Verdachte en [medeverdachte 1] kunnen worden beschouwd als (mede) leiding gevend aan deze organisatie.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft integrale vrijspraak bepleit en daartoe het volgende aangevoerd.
Feit 4
Verdacht heeft geen feitelijke leiding gegeven aan [naam B.V. 4] . [medeverdachte 2] werd weliswaar per 7 januari 2013 middellijk bestuurder, maar uit de verklaringen van [medeverdachte 1] en de getuigen [naam getuige 1] en [naam getuige 2] en de banktransacties van na die datum volgt dat [persoon 7] feitelijk nog steeds het bedrijf leidde.
De betalingen vanuit [naam B.V. 4] aan [naam C.V. 2] zijn door [persoon 7] verricht en de bedragen die vanuit [naam C.V. 2] aan [naam B.V. 1] zijn verricht, raakten de vermogenspositie van [naam B.V. 4] niet.
Door de cessie van de huurvorderingen op [naam B.V. 8] ( [naam B.V. 8] ) is niet de aanmerkelijke kans op verkorting van de schuldeisers ontstaan. Zoals verdachte heeft verklaard, zouden de huurpenningen minus een percentage commissie aan [naam B.V. 4] worden doorgestort.
Feit 5
Verdachte heeft geen feitelijke leiding aan [naam B.V. 5] gegeven. Oud-bestuurder [persoon 4] beschikte over de – vlak voor de bestuurderswissel geopende – bankrekening vanaf waar betalingen en overschrijvingen zijn verricht ten bate van hemzelf in privé. De onttrekking van € 10.000,- kan daarom niet aan de rechtspersoon worden toegerekend en bovendien wist verdachte er niets vanaf.
Feit 6
Verdachte heeft geen feitelijke leiding gegeven aan [naam B.V. 6] . Oud-bestuurder [persoon 5] hield beschikking over de bankrekening en boekte gelden over naar zijn [naam Holding] . Verdachte heeft verklaard dat [persoon 5] hem zodoende heeft bedrogen. Ten aanzien van alle onttrekkingen geldt dat verdachte er niet bij betrokken was en ze de vermogenspositie van de rechtspersoon niet hebben geschaad en daarom niet zijn toe te rekenen aan de rechtspersoon.
Niet voeren en uitleveren administratie (feit 4, onderdeel D en E, feit 5, onderdeel C, feit 6, onderdeel G en H, en feit 7, onderdeel B)
Het niet voeren en uitleveren van de administratie heeft niet de aanmerkelijke kans op verkorting van de rechten van de schuldeisers doen ontstaan en verdachte heeft die kans niet aanvaard.
Feit 2
Er was wel degelijk sprake van een arbeidsovereenkomst op basis waarvan werkzaamheden werden verricht. Het feit dat de aanmaakdatum van de arbeidsovereenkomst op de computer na de datum van ondertekening ligt, betekent niet dat het originele document is geantedateerd. Verder was het opzet van verdachte niet gericht op de valsheid van de overeenkomst, omdat hij in de veronderstelling was dat [medeverdachte 2] bevoegd was deze te ondertekenen.
Feit 1
Gelet op de bepleite vrijspraken van de andere feiten, dient primair ook vrijspraak te volgen voor de deelname aan de criminele organisatie, omdat volgens de tenlastelegging het oogmerk enkel was gericht op het plegen van die feiten. Subsidiair moet bij een veroordeling voor een of meer andere feiten rekening worden gehouden met de eendaadse samenloop. Tot slot heeft verdachte geen bepalende rol gehad ten opzichte van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] en dient vrijspraak te volgen van het als ‘leider’ deelnemen aan de criminele organisatie.
Oordeel van het hof
Op grond van de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen en niet ter discussie staande feiten en omstandigheden komt het hof tot het oordeel dat verdachte zich bedrijfsmatig bezighield met advisering van bestuurders van bedrijven die in financiële nood verkeerden. Via [handelsnaam 2] trok hij die bestuurders aan, schakelde vervolgens medeverdachte [medeverdachte 1] in voor de administratie en schoof hij medeverdachte [medeverdachte 2] naar voren als bestuurder om de oud-bestuurders van de noodlijdende vennootschappen voor de buitenwereld aan het zicht te onttrekken. Binnen twee tot (iets meer dan) zes maanden na het naar voren schuiven van [medeverdachte 2] zijn de bedrijven allemaal failliet verklaard, hebben in het zicht van die faillissementen onttrekkingen door de voormalige eigenaren/bestuurders plaatsgevonden en is nagelaten een (volledige) administratie bij te houden en over te leggen aan de curator. Het in alle gevallen niet voeren of achterhouden van een administratie was welbewust en dienstig aan het onttrekken van goederen en gelden door de voormalige eigenaren/bestuurders. Ook daarmee werden die onttrekkingen aan het zicht van de buitenwereld en meer in het bijzonder de curatoren onttrokken.
Het hof zal hieronder per ten laste gelegde bedrieglijke bankbreuk de gang van zaken weergeven en vervolgens gezamenlijk bespreken of de gedragingen zijn toe te rekenen aan de betreffende rechtspersoon en of verdachte daaraan feitelijke leiding heeft gegeven.
Vervolgens zal het hof de onder 2 ten laste gelegde valsheid in geschrift bespreken en tot slot de criminele organisatie zoals onder 1 ten laste is gelegd.
Feit 4: bedrieglijke bankbreuk [naam B.V. 4]
Op 1 juni 2011 werd [STAK 3] ( [STAK 3] ) enig aandeelhouder en bestuurder van [naam B.V. 4] . De heer [persoon 7] werd op 1 oktober 2011 middellijk bestuurder van [STAK 3]
+hij werd op 22 maart 2012 opgevolgd door [persoon 3] . Vervolgens werd [medeverdachte 1] op 1 december 2012 bestuurder van [STAK 3] en uiteindelijk werd per 7 januari 2013 [medeverdachte 2] als bestuurder geregistreerd. [persoon 7] heeft over de overdracht van [naam B.V. 4] onder meer verklaard dat “ [verdachte] de hele pleurisbende kreeg” en “ik gaf hem nog geld toe”. Per 1 januari 2013 is het zakenadres van [naam B.V. 4] gewijzigd in [adres 7] . Dat betrof een onbebouwd stuk grond van ongeveer zestien vierkante meter in eigendom van [verdachte] .
Op 13 maart 2013 werd [naam B.V. 4] failliet verklaard.
(D) en (E) [persoon 3] heeft de administratie van [naam B.V. 4] overgedragen aan [verdachte] . [medeverdachte 2] gaf alle brieven die hij kreeg direct aan [verdachte] . De curator heeft verschillende oproepen gedaan om de administratie aan hem uit te leveren, maar dit is niet gebeurd. Bij een doorzoeking van het kantoor van [verdachte] op 18 november 2014 zijn echter wel administratieve stukken van [naam B.V. 4] aangetroffen.
(F) [naam B.V. 4] huurde haar bedrijfspand van [naam B.V. 11] , maar verhuurde het pand zelf onder aan [naam B.V. 8] . De huurvorderingen van [naam B.V. 4] op [naam B.V. 8] werden per 22 februari 2013 gecedeerd aan [naam B.V. 1] , waarvan verdachte middellijk bestuurder was.
Feit 5: bedrieglijke bankbreuk [naam B.V. 5]
Tot 3 januari 2013 was [persoon 4] via [naam B.V. 15] ( [naam B.V. 15] ) middellijk bestuurder van [naam B.V. 13] ( [naam B.V. 13] ). Op 3 januari 2013 werd [verdachte] via [naam B.V. 9] ( [naam B.V. 9] ) middellijk bestuurder van [naam B.V. 15] en daarmee van [naam B.V. 13] . Per diezelfde datum veranderde hij de naam van [naam B.V. 15] in [naam B.V. 12] ( [naam B.V. 12] ) en die van [naam B.V. 13] in [naam B.V. 5] . Op 26 februari 2023 werd met terugwerkende kracht per 1 februari 2013 [medeverdachte 2] middellijk bestuurder door [naam B.V. 4] bestuurder van [naam B.V. 5] te maken. [medeverdachte 2] heeft niets voor [naam B.V. 5] betaald en hij heeft geen bankpas noch een volmacht ontvangen.
Volgens [verdachte] was [naam B.V. 13] een zinkend schip.
Op 24 april 2013 werd [naam B.V. 5] failliet verklaard.
(B) Op 11 februari 2013 werd er door [persoon 4] € 10.000,- opgenomen van de bankrekening van [naam B.V. 13] . Op dat moment was [verdachte] bestuurder van deze B.V. Na de transactie is [medeverdachte 2] met terugwerkende kracht naar voor geschoven als bestuurder.
(C) Na het faillissement deed de curator een verzoek aan [medeverdachte 2] tot uitlevering van de administratie. [medeverdachte 2] wist niets van enige administratie en was in de veronderstelling dat sprake was van een ‘schone BV’. De administratie is tijdens een doorzoeking bij [persoon 4] thuis aangetroffen.
Feit 6: bedrieglelijke bankbreuk [naam B.V. 6]
Op 15 mei 2012 werd [medeverdachte 2] bestuurder van [STAK 4] ( [STAK 4] ), die op dat moment bestuurder van [naam B.V. 6] was. Op 21 augustus 2012 is [naam B.V. 6] failliet gegaan.
(G) [medeverdachte 2] heeft in zijn bestuursperiode geen administratie bijgehouden.
(H) De curator heeft [medeverdachte 2] tot vier keer toe schriftelijk verzocht om bij hem op kantoor te verschijnen en inlichtingen te verstrekken. Op die schriftelijke verzoeken, waarvan de curator er een persoonlijk heeft afgegeven aan de echtgenote op het huisadres van [medeverdachte 2] , is niet gereageerd. De curator heeft telefonisch contact gehad met [verdachte] , die zich als boekhouder van [medeverdachte 2] presenteerde. Toen [medeverdachte 2] ook daarop niet reageerde, heeft de curator de rechter-commissaris verzocht hem te laten oproepen voor verhoor. Tijdens het verhoor kwam [verdachte] met [medeverdachte 2] mee en voerde [verdachte] het woord.
Bij de doorzoeking in het zakelijke pand van [verdachte] is een zwarte map met daarin documenten over [naam B.V. 6] aangetroffen. De curator heeft geen enkele boekhouding of administratie ontvangen.
Feit 7: bedrieglijke bankbreuk [naam B.V. 7]
Op 21 juli 2014 is bij de Kamer van Koophandel (KvK) geregistreerd dat [STAK 3] , waarvan [medeverdachte 2] sinds 7 januari 2013 bestuurder was, met terugwerkende kracht per
1 maart 2014 bestuurder van [naam B.V. 7] werd. Op 28 oktober 2014 is [naam B.V. 7] failliet verklaard. Voordat [medeverdachte 2] middellijk bestuurder van [naam B.V. 7] werd, was de heer [persoon 6] bestuurder. [persoon 6] heeft per e-mailbericht van 3 juli 2014 aan [handelsnaam 2] ter attentie van [verdachte] om advies gevraagd inzake [naam B.V. 7] .
(B) De curator heeft eerst [persoon 6] en vervolgens tot twee keer toe [medeverdachte 2] de uitlevering van de volledige administratie gevorderd. [verdachte] was op de hoogte van het feit dat de curator om uitlevering van de administratie had verzocht. De curator heeft nooit enig stuk ontvangen. Tijdens de doorzoeking van de woning van [verdachte] werden zeven ordners met administratieve bescheiden van [naam B.V. 7] aangetroffen. Bij de doorzoeking van de woning van [medeverdachte 2] werden eveneens administratieve bescheiden met betrekking tot [naam B.V. 7] aangetroffen.
Vrijspraak onttrekkingen zoals ten laste gelegd onder feit 4, onderdeel A, B en C, feit 5, onderdeel A, feit 6, onderdeel A, B, C, E en F, en feit 7, onderdeel B)
Ten aanzien van deze onttrekkingen is naar het oordeel van het hof onvoldoende wettig en overtuigend bewijs om tot een veroordeling te komen. Het hof zal verdachte daarom in zoverre vrijspreken.
Bewijsoverweging feit 4, onderdeel D, E en F, feit 5, onderdeel B en C, feit 6, onderdeel G en H, en feit 7, onderdeel A
Gelet op alle weergegeven feiten en omstandigheden staat voor het hof buiten redelijke twijfel vast dat het steeds een vooropgezet plan van [verdachte] is geweest om met hulp van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] vermogensrechten en zaken te laten onttrekken aan noodlijdende ondernemingen en daarbij de afwikkeling van het faillissement te traineren. Die modus operandi is telkens hetzelfde. [verdachte] werd immers door bestuurders van noodlijdende bedrijven benaderd voor een oplossing om van hun in financiële nood verkerende onderneming af te komen. Wetende van de financiële nood van de bedrijven zorgde [verdachte] ervoor dat de bestuurders werden uitgeschreven en dat een nieuwe bestuurder, in de persoon van [medeverdachte 2] , werd ingeschreven. [medeverdachte 2] heeft geen enkele inhoudelijke ervaring met of kennis van het besturen van ondernemingen, althans dat is niet gebleken. Gelet op zijn opleiding, achtergrond en beweegredenen om zich telkens te doen inschrijven als bestuurder van rechtspersonen, voldoet hij naar het oordeel van het hof aan de omschrijving van een katvanger; een kwalificatie waarin hij zichzelf ook heeft herkend. [verdachte] was de persoon die het meest in contact stond met de oud-bestuurders en grotendeels de adviezen gaf. Hoewel het gebruikelijk is bij de overname van een BV inzicht te krijgen in de administratie en bedrijfsvoering van die betreffende BV, hielden [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] bewust geen administratie bij. Kort voor de faillietverklaring werd [medeverdachte 2] als bestuurder ingeschreven. Ondertussen werden er (mede door oud-bestuurders) vermogensbestanddelen aan de onderneming onttrokken.
Voor de BV’s vermeld onder de feiten 4, 5, 6 en 7 geldt dat telkens door de curator om de administratie en om inlichtingen werd verzocht. Aan die verzoeken van de curatoren werd geen enkele keer voldaan.
Het hof is van oordeel dat aan de voorwaarden voor strafbaarheid van de ondernemingen is voldaan, aangezien de ondernemingen geadresseerden van de betreffende norm zijn en de verboden gedragingen aan de ondernemingen kunnen worden toegerekend, omdat deze bij uitstek gelden als gedragingen verricht in de sfeer van de rechtspersoon. Het hof acht het opzet van de ondernemingen op de ten laste gelegde gedragingen, voor zover nog aan het oordeel van het hof onderworpen, ook wettig en overtuigend bewezen, gelet op de feitelijke gang van zaken binnen de ondernemingen en het gevoerde beleid door de (feitelijke) directie, zoals hiervoor beschreven.
Het hof acht gelet op het hiervoor overwogene en in het bijzonder de organiserende rol die [verdachte] in het geheel heeft gespeeld, van het adviseren van de oud-bestuurders tot het inschrijven van nieuwe bestuurders en de onttrekkingen ten bate van die oud-bestuurders en een aan hemzelf gelieerd bedrijf, wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] opzettelijk feitelijke leiding heeft gegeven aan de gedragingen van de ondernemingen zoals ten laste gelegd onder 4, 5, 6 en 7.
Hoewel [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in dit geheel een belangrijke rol hebben gespeeld, biedt het dossier onvoldoende bewijs dat er tussen hen sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking om met betrekking tot deze verdachten te kunnen spreken van medeplegen.
Het hof zal verdachte(n) daarom vrijspreken voor dit onderdeel van het tenlastegelegde.
Omdat, zoals het hof hiervoor heeft overwogen wel sprake is van nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de oud-bestuurders/eigenaren/de betreffende ondernemingen is het hof van oordeel dat tussen hen wel sprake is geweest van medeplegen.
Feit 2: valsheid in geschrift, [naam B.V. 2]
Nadat [medeverdachte 4] bestuurder van [naam B.V. 2] werd, heeft zij [medeverdachte 1] ingehuurd als boekhouder. [medeverdachte 1] adviseerde haar op enig moment om [naam B.V. 2] weg te doen. Hij zou een overname voor haar regelen. [medeverdachte 2] werd middels [STAK 1] ( [STAK 1] ) vanaf 10 juli 2013 bestuurder van [naam B.V. 2] . Op 14 januari 2014 is [naam B.V. 2] op verzoek van [verdachte] en [medeverdachte 1] failliet verklaard. Bij de aanvraag van het faillissement zijn arbeidsovereenkomsten tussen [naam B.V. 2] en [verdachte] , respectievelijk [naam B.V. 2] en [medeverdachte 1] en daarmee samenhangende salarisspecificaties overgelegd. Op 11 februari 2014 is een aanvraag overname betalingsverplichting bij het UWV ingediend in verband met het uitgesproken faillissement vaan [naam B.V. 2] .
In het huis van [medeverdachte 1] is een harde schijf aangetroffen met daarop de bij aanvraag overname betalingsverplichting overgelegde arbeidsovereenkomsten. Beide overeenkomsten hadden als aanmaakdatum 18 november 2013, terwijl in die overeenkomsten staat dat deze op 21 juni 2013 respectievelijk 22 juli 2013 zijn opgemaakt. De overeenkomst tussen [verdachte] en [naam B.V. 2] is bovendien door [medeverdachte 2] ondertekend, terwijl hij daartoe op 21 juni 2013 niet bevoegd was, omdat hij pas vanaf 10 juli 2013 bestuurder werd. Op 22 juli 2013 heeft [medeverdachte 2] de arbeidsovereenkomst van [medeverdachte 1] ondertekend. Hij was op dat moment wel (middellijk) bestuurder van [naam B.V. 2] . [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij de arbeidsovereenkomst zelf heeft opgemaakt en dat hij door [medeverdachte 4] in dienst is genomen dit terwijl [medeverdachte 4] op 22 juli 2013 geen bestuurder meer was, en zij
heeft verklaard dat zij [verdachte] niet kende en dat zij ook geen personeel in dienst heeft willen nemen.
De raadsman heeft het verweer gevoerd dat aan de hand van de geregistreerde aanmaakdatum niet kan worden geconcludeerd dat de overeenkomsten zijn geantedateerd. Het hof verwerpt dat verweer. Van de overeenkomst van [verdachte] waren negentien kopieën met dezelfde MD5-hashwaarde en dus exact dezelfde inhoud, met inbegrip van de door Microsoft Word (MS-Word) geregistreerde aanmaak datum en datum van de laatste wijziging. Anders dan de raadsman heeft betoogd, laat dat gegeven geen ruimte voor de mogelijkheid dat de ‘originele’ versie van de overeenkomst verschilt van die van de kopieën.
Het voorgaande in onderlinge samenhang bezien acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat de arbeidsovereenkomsten beide vals zijn.
Omdat er geen rechtsgeldige arbeidsovereenkomsten met [verdachte] en [medeverdachte 1] bestonden, en zij dit ook wisten, staat daarmee vast dat de door verdachten overgelegde salarisspecificaties eveneens vals waren.
Nu deze stukken en gegevens zijn verwerkt in de aanvraag overname betalingsverplichting bij het UWV, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat ook deze aanvraag vals was.
Dat [verdachte] en [medeverdachte 1] werkzaamheden hebben verricht voor [naam B.V. 2] mag wellicht waar zijn, maar niet uit hoofde van de in geding zijnde arbeidsovereenkomsten.
Gelet op het voorgaande acht het hof tevens wettig en overtuigend bewezen dat verdachte samen met [medeverdachte 1] opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse arbeidsovereenkomsten, salarisspecificaties en een aanvraag overname betalingsverplichting bij het UWV.
Feit 1: criminele organisatie
Op grond van de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen en overwegingen heeft het hof evenwel niet de overtuiging dat sprake is geweest van een criminele organisatie. In dat verband wordt onder meer verwezen naar wat hiervoor is overwogen met betrekking tot medeplegen. Het hof zal verdachte daarom vrijspreken van het onder 1 tenlastegelegde.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel – ook in onderdelen – slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat ten laste gelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 2, 4, 5, 6 en 7 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
2.
hij,
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 21 juni 2013 tot en met 10 februari 2014
, in de gemeente [gemeente 1] , althansin Nederland,
tezamen en in vereniging met één
of meer andererechtsperso
(o
)n
(en)en
/ofmet
één of meernatuurlijke perso
(o)n
(en
),
althans alleen
meermalen, althans eenmaalopzettelijk gebruik heeft gemaakt of gebruik heeft doen maken van (een) valse:
1. arbeidsovereenkomst
(D-110)tussen verdachte en
/ofzijn mededader
(s)en [naam B.V. 2] , en
/of
2. salarisspecificatie
(s
)over de maand juli 2013, augustus 2013, september 2013 en
/ofoktober 2013
(D-060), en
/of
3. aanvraag overname betalingsverplichting UWV
(D-054),
- (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -
als ware
die/dat geschrift echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken in het overleggen van die arbeidsovereenkomst en
/ofsalarisspecificatie
(s
)aan het UWV en
/ofhiermee aanvragen van het faillissement van [naam B.V. 2] en
/ofhet meesturen door DAS van de salarisspecificatie
(s
)bij de ingediende loonvordering en bestaande die valsheid of vervalsing hierin,
1. dat in de arbeidsovereenkomst in strijd met de waarheid staat vermeld dat verdachte in dienstbetrekking komt per 1 juli 2013 en
/of
2. dat medeverdachte [medeverdachte 2] op de datum van ondertekening onbevoegd was om tot ondertekening over te gaan en
/of
3. dat de in de arbeidsovereenkomst weergegeven datum van ondertekening niet juist is en
/of
4. dat de salarisspecificaties zijn opgemaakt, wetende dat er hiervoor geen werkzaamheden zijn verricht en
/ofdat er allemaal fictieve loongegevens zijn gehanteerd en
/of
5. dat de aanvraag overname betalingsverplichting van het UWV is ingevuld met onjuiste gegevens;
4.
de besloten vennootschap [naam B.V. 4] , welke vennootschap op 13 maart 2013 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 7 januari 2013 tot en met 18 november 2014
, in de gemeente [gemeente 1] en/of de gemeente [gemeente 3] , althans eldersin Nederland,
tezamen en in vereniging met
één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/ofeen rechtsperso
(o
)n
(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen,ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1.
lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/ofenig goed aan de boedel heeft onttrokken; en
/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers hebbende [naam B.V. 4]
A.
in de periode 1 januari 2013 tot en met 31 maart 2013, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie, vanaf haar bankrekening [rekeningnummer 1] een bedrag van EUR 5.000,00 en/of EUR 2.164,00 en/of EUR 2.260,00 overgemaakt naar bankrekeningnummer [rekeningnummer 2] t.n.v. [naam C.V. 2] Waarvan eveneens een bedrag van EUR 6.797,23, althans een groot deel, zonder rechtsgrond en/of tegenprestatie, weer is overgeboekt naar rekeningnummer [rekeningnummer 3] van [naam B.V. 1] ; en/of
D. op herhaaldelijke oproep van de curator geen administratie uitgeleverd en
/of
E. geen administratie en/of kasboek bijgehouden en
/of
F. haar huurvordering
(en
)op [naam B.V. 8] en/of [persoon 8] gecedeerd aan [naam B.V. 1] ,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan welaan welke bovenomschreven verboden gedraging
(en
)verdachte
al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens
)feitelijke leiding heeft gegeven;
5.
de besloten vennootschap [naam B.V. 5] (voorheen [naam B.V. 13] ) , welke vennootschap op 24 april 2013 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 1 februari 2013 tot en met 18 november 2014
, in de gemeente [gemeente 4] en/of [gemeente 5] en/of [gemeente 1] , althans eldersin Nederland,
tezamen en in vereniging met
één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/ofeen rechtsperso
(o
)n
(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen,ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1.
lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/ofenig goed aan de boedel heeft onttrokken; en
/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek,
en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers
is/hebbende [naam B.V. 5]
B. een bedrag van in totaal circa EUR 10.000,00
opgenomen van haar bankrekeningen en/of heeftlaten opnemen van haar bankrekeningen, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie; en
/of
C. geen kasboek en/of (volledige) administratie bijgehouden,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan welaan welke bovenomschreven verboden gedraging
(en
)verdachte
al dan niet tezamen met één of meer anderen,(telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
6.
de besloten vennootschap [naam B.V. 6] , welke vennootschap op 21 augustus 2012 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 15 mei 2012 tot en met 18 november 2014
, in de gemeente [gemeente 4] en/of [gemeente 5] en/of [gemeente 1] , althans eldersin Nederland,
tezamen en in vereniging met
één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/ofeen rechtsperso
(o
)n
(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen,ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
1.
lasten heeft verdicht, baten niet heeft verantwoord en/of enig goed aan de boedel heeft onttrokken; en/of
2.
ter gelegenheid van haar faillissement of op een tijdstip waarop zij wist dat het faillissement niet kon worden voorkomen, één van haar schuldeisers op enige wijze bevoordeeld heeft; en/of
3. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers is/hebbende [naam B.V. 6] ,
A.
de betaling vanuit het project [naam project] ter hoogte van in totaal EUR 15.000,00 op rekeningnummer [rekeningnummer 4] , zonder rechtsgrond en/of tegenprestatie doorgestort naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] (D-440); en/of
B.
de betalingen vanuit het project [naam project] ter hoogte van in totaal EUR 49.000,00 op rekeningnummer [rekeningnummer 5] van [naam Holding] laten storten, zonder hiertoe aanwezige rechtsgrond en/of tegenprestatie (D-440); en/of
C.
EUR 10.000,00 contant in ontvangst genomen van [naam project] ten behoeve van de betaling van de door [naam B.V. 6] verrichte werkzaamheden en deze EUR 10.000,00 niet verantwoord in een kasboek (D-250); en/of
E.
een Ford Transit verkocht zonder de opbrengst hiervan aan de vennootschap ten goede te laten komen, althans zonder in de administratie inzicht te geven in de verwerking van deze opbrengst; en/of
F.
het restantsaldo op bankrekeningnummer [rekeningnummer 4] van EUR 1.590,08 overgeschreven naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] , althans een bedrag van EUR 1.590,08 niet aan de curator overgedragen; en/of
G. geen kasboek en/of (volledige) administratie bijgehouden en
H. op verzoek van de curator niet de zwarte ordner
(s) (D-02-03-001/ D-02-04-002)en
/ofandere bestaande facturen/kwitanties, bankafschriften, uitgeleverd,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan welaan welke bovenomschreven verboden gedraging
(en
)verdachte
al dan niet tezamen met één of meer anderen,(telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
7.
de besloten vennootschap [naam B.V. 7] (voorheen genaamd [naam B.V. 19] ) , welke vennootschap op 28 oktober 2014 in staat van faillissement is verklaard,
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 1 maart 2014 tot en met 18 november 2014
, in de gemeente [gemeente 1] , althans eldersin Nederland,
tezamen en in vereniging met
één of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/ofeen rechtsperso
(o
)n
(en), althans alleen,
eenmaal, althans meerdere malen,ter bedrieglijke verkorting van de rechten van haar schuldeisers,
2. niet voldaan heeft aan de op haar rustende verplichting ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolgde artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, en het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in dat artikel bedoeld,
immers
is/hebbende [naam B.V. 7] ,
B. ondanks herhaaldelijk verzoek van de curator, op 30 oktober 2014 en
/of6 november 2014, geen administratie aangeleverd, terwijl tijdens de doorzoeking aan de [adres 1] en
/ofde [adres 2] , ordners en
/ofbescheiden zijn aangetroffen die niet aan de curator zijn overlegd,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte, al dan niet tezamen met één of meer andere(n), (telkens) opdracht heeft gegeven, dan welaan welke bovenomschreven verboden gedraging
(en)verdachte
al dan niet tezamen met één of meer anderen, (telkens)feitelijke leiding heeft gegeven.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd.
Het onder 4, 5, 6 en 7 bewezenverklaarde levert op:
telkens: bedrieglijke bankbreuk, begaan door een rechtspersoon, terwijl verdachte feitelijke leiding heeft gegeven aan de verboden gedraging.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
Standpunt van het openbaar ministerie
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte (voor alle ten laste gelegde feiten) zal worden veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 26 maanden waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en aftrek van voorarrest. Daarbij dient als bijzondere voorwaarde te worden gesteld dat verdachte zich onthoudt van iedere vorm van advisering inzake bedrijfsmatige aangelegenheden van derden. Verder heeft advocaat-generaal gevorderd dat verdachte voor de duur van vijf jaren wordt ontzet uit het recht om bestuurder van een rechtspersoon te zijn en dat het vonnis openbaar wordt gemaakt.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat door de ouderdom van de feiten, twee veroordelingen in andere zaken van na de pleegdata in deze zaak en de overschrijding van de redelijke termijn in eerste aanleg en in hoger beroep, in redelijkheid geen gevangenisstraf meer kan worden opgelegd. Daarnaast is de door de rechtbank opgelegde ontzetting uit het recht om bestuurder van een rechtspersoon te zijn niet opportuun.
Oordeel van het hof
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straffen bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft leiding gegeven aan faillissementsfraude en heeft met valse documenten het faillissement van een onderneming aangevraagd en vervolgens op basis van valse documenten een uitkering aangevraagd. Verdachte presenteerde zichzelf als jurist die noodlijdende bedrijven te hulp kon schieten. Verdachte werkte daarbij samen met zijn medeverdachten en ging doelbewust te werk. Op het moment dat men eenmaal – al dan niet direct – de leiding over de bedrijven in handen had werd er niet geïnvesteerd maar werden juist gelden onttrokken. Verdachte heeft daarnaast telkens nagelaten een deugdelijke administratie te voeren en bij faillissementen heeft hij de oproepen van de curatoren om contact op te nemen genegeerd en geen administratie uitgeleverd.
Verdachte heeft er zodoende een gewoonte van gemaakt zich te bezondigen aan
faillissementsfraude. Hij kan worden bestempeld als beroepsfraudeur, voor wie het laten failleren van bedrijven doelbewust een instrument was om op onrechtmatige wijze vermogen aan de boedel te onttrekken of zich te verrijken ten koste van anderen. Dit doet verdachte door BV’s die in het zicht van een faillissement zijn, over te nemen, zich daarvoor te laten betalen, door geen toezicht te (laten) houden zodat voormalige bestuurders geld en goederen aan hun bedrijven in nood konden onttrekken en door vervolgens niets meer van zich te laten horen, zodat de schuldeisers met lege handen blijven staan. Verdachte heeft geen verantwoordelijkheid voor zijn eigen handelen getoond, schuift de schuld in de schoenen van anderen en heeft zich respectloos getoond ten aanzien van de zakelijke belangen van anderen. Het hof rekent dit verdachte zwaar aan.
Bij de bewezen verklaarde feiten past naar het oordeel van het hof in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van achttien maanden.
Uit het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 18 maart 2024 blijkt dat verdachte in de vijf jaar voorafgaand aan het bewezenverklaarde niet onherroepelijk is veroordeeld voor enig strafbaar feit. Het strafrechtelijk verleden van verdachte is daarom geen aanleiding om een hogere straf op te leggen.
Tot slot zal het hof rekening houden met de overschrijding van de redelijke termijn in eerste aanleg en in hoger beroep.
Voor een verdachte geldt als redelijke termijn per rechterlijke instantie een periode van 24 maanden. Verdachte is in deze zaak voor het eerst verhoord op 9 september 2015. Het vonnis van de rechtbank is uitgesproken op 18 juli 2019, ruim drie jaar en tien maanden later. Dat levert een overschrijding van de redelijke termijn van 22 maanden op.
Verdachte is op 19 juli 2019 in hoger beroep gekomen. De uitspraakdatum van dit arrest is 15 mei 2024, ongeveer 4 jaar en 10 maanden later. De eerste zitting bij het hof was niet binnen 24 maanden gepland en werd aangehouden om een reden die aan het hof te wijten is. De oorzaak van de twee andere aanhoudingen heeft bij de verdediging gelegen. Het hof zal de overschrijdingen daarom deels compenseren in de strafoplegging.
Alles afwegende komt het hof tot de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van in beginsel achttien maanden maar zal deze straf vanwege overschrijdingen van de redelijke termijn matigen tot zestien maanden met aftrek van voorarrest. Daarnaast zal het hof verdachte ontzetten uit het recht om als bestuurder van een rechtspersoon op te treden en zal het de publicatie van dit arrest door middel van toezending aan de Kamer van Koophandel gelasten. Anders dan de verdediging acht het hof deze bijkomende straf wel opportuun nu verdachte geen enkel inzicht in de strafwaardigheid van zijn handelen heeft laten blijken.
Tenuitvoerlegging
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 3]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 28.382,57. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Verdachte is in eerste aanleg vrijgesproken voor het onder drie tenlastegelegde, waardoor dit feit in hoger beroep niet meer aan de orde is. De benadeelde partij kan om die reden niet in de vordering worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 5]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 51.552,08. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Het hof is van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. De benadeelde partij kan daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 7]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 359.187,58. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Het hof is van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. De benadeelde partij kan daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 47, 51, 57, 63, 225 en 341 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het onder 3, het onder 4, onderdeel B en C, het onder 5, onderdeel A en B (voor zover het gaat om het bedrag van € 18.200,-), het onder 6, onderdeel D, en het onder 7, onderdeel A, tenlastegelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet in zoverre opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 2, 4, 5, 6 en 7 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2, 4, 5, 6 en 7 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
16 (zestien) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Gelast de openbaarmaking van dit arrest na het onherroepelijk worden ervan, met vermelding van de personalia van verdachte, door middel van toezending aan de Kamer van Koophandel.
Ontzet de verdachte van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van 5 (vijf) jaren.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 3]
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 5]
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij: curator in het faillissement van [naam B.V. 7]
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Veroordeelt de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Aldus gewezen door
mr. W.M. Weerkamp, voorzitter,
en, mr. H.J. Deuring en mr. R.G.J. Welbergen, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. R.W.P. Soons, griffier,
en op 15 mei 2024 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Proces-verbaal van het in dezelfde zaak voorgevallene ter openbare terechtzitting van het gerechtshof van 15 mei 2024.
Tegenwoordig:
mr. R.G.J. Welbergen, voorzitter,
mr. A. Hermelink, advocaat-generaal,
J.R.M. Roetgerink, griffier.
De voorzitter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig.
De voorzitter sluit het onderzoek en spreekt het arrest uit.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de voorzitter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.

Voetnoten

1.De paginanummers waarnaar wordt verwezen, betreffen het proces-verbaal van de FIOD, Gefisnummer 53859, ambtsedig opgemaakt en ondertekend te Zwolle op 24 mei 2016 (aantal doorgenummerde pagina’s: 4562), tenzij anders vermeld.
2.D-017, p. 2092-2101.
3.D-548, p. 4382-4385.
4.D-008, p. 2037-2043.
5.D-448, p. 3988.
6.D-141, p. 2742-2743.
7.D-124, p. 2668-2671.
8.D-531, p. 4302.
9.V03-01, p. 1603-1607.
10.V04-01, p. 1651-1667
11.D-001, p. 1985-1997.
12.D-002, p. 1998-2001.
13.D-146, p. 2761-2762.
14.D-137, p. 2707-2732.
15.D-054, p. 2246-2252.
16.D-055, p. 2254-2260.
17.AMB-038, p. 1109-1130.
18.V02-01, p. 1547-1553.
19.D-003, p. 2002-2009.
20.D-004, p. 2010-2014.
21.D-065, p. 2315.
22.V10-01, p. 1773-1791.
23.V06-01, p. 1680-1697.
24.D-020, p. 2118-2124.
25.D-605, p. 4529-4542.
26.Het proces-verbaal ter terechtzitting van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 17 juni 2019.
27.V03-06, p. 1640-1647.
28.D-169, p. 2929-2930.
29.D-066, 2316.
30.AG-004, p. 598-600
31.AMB-021, p. 1029-1038.
32.D-101, p. 2442.
33.D-103, p. 2448-2453.
34.D-107, p. 2464.
35.D-006, p. 2023-2029.
36.D-007, p. 2030-2036.
37.D-602, p. 4522-4526.
38.Het proces-verbaal ter terechtzitting van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 17 juni 2019.
39.Het proces-verbaal ter terechtzitting van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 17 juni 2019.
40.V03-07, p. 1648-1650.
41.D-173, p. 2936-2937.
42.D-277, p. 3378-3398.
43.D-278, p. 3399-3401.
44.V07-01, p. 1698-1714.
45.D-026, p. 2158.
46.D-027, p. 2159.
47.AG-005, p. 623-627.
48.Het proces-verbaal ter terechtzitting van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, van 17 juni 2019.
49.AMB-032, p. 1066-1093.
50.AMB-030, p. 1062-1065.
51.D-516, p. 4175-4195.
52.D-012, p. 2067-2072.
53.D-012a, p. 2073-2075.
54.D-174, p. 2938-2939.
55.AG-006, p. 639-641.
56.V03-03, p. 1618-1624.
57.AMB-021, p. 1029-1038.
58.6-PV, p. 389-439.
59.D-194, p. 3016-3022.
60.D-260, p. 3316-3317.
61.D-294, p. 3474-3490.
62.AG-001, p. 498-512.
63.7-PV, p. 440-497.
64.AMB-028, p. 1060.
65.AMB-032, p. 1066-1093.
66.AMB-032, p. 1066-1093.